Grootste olieproducent ter wereld waarschuwt voor “sociale onrust” als de wereld te snel afstapt van fossiele brandstoffen

De CEO van Saudi Aramco heeft wereldleiders opgeroepen om de komende jaren te blijven investeren in fossiele brandstoffen. Anders lopen ze volgens hem het risico op een inflatiespiraal en op sociale onrust; wat hen ertoe kan dwingen om de emissiedoelstellingen helemaal overboord te gooien.

Waarom is dit belangrijk?

Torenhoge brandstofprijzen kunnen regeringen wereldwijd aan het wankelen brengen.

“Foutieve veronderstelling”

Op het World Petroleum Congress in Houston, Texas, stelde Amin Nasser dat men ervan uitgaat dat de wereld “vrijwel van de ene dag op de andere” op schonere brandstoffen kan overstappen, maar dat dit een foutieve veronderstelling is, aldus de Financial Times.

“Ik begrijp dat het voor sommigen moeilijk zal zijn om publiekelijk toe te geven dat olie en gas een essentiële en belangrijke rol zullen spelen tijdens de overgang en daarna”, zei Nasser tegen de afgevaardigden op het WPC, een van de grootste bijeenkomsten van olie- en gasdirecteuren ter wereld.

“Maar deze realiteit erkennen zal veel gemakkelijker zijn dan omgaan met energieonzekerheid, ongebreidelde inflatie en sociale onrust als de prijzen ondraaglijk hoog worden, en zien dat landen aan hun netto-nul verplichtingen beginnen te verzaken.”

Onderinvestering

De olie- en gasindustrie heeft de prijsstijging aangegrepen om te wijzen op de gevaren voor de continuïteit van de energievoorziening en de betaalbaarheid van de energietransitie. De risico’s van onderinvestering in fossiele brandstoffen was een veelvoorkomend thema op het evenement in Houston.

Zo stipte Jeff Miller, CEO van de olievelddienstengroep Halliburton, aan dat er vooral de afgelopen zeven jaar sprake is van een “aanzienlijke onderinvestering” in de sector. Hij schreef dit toe aan zowel de klimaatdruk als het gebrek aan beschikbaar kapitaal ten gevolge van de slechte rendementen van de bedrijfstak.

De wereldwijde upstreaminvesteringen zijn met 50% gedaald tot onder de historische normen, zei hij. Hierbij zijn de investeringen in West-Afrika met maar liefst 75% gedaald, aldus nog FT.

“We gaan in feite een periode van schaarste tegemoet en ik denk dat we voor het eerst in lange tijd een koper zullen zien die op zoek is naar een vat olie, in plaats van een vat olie dat op zoek is naar een koper,” zei Miller.

Nasser zei dat een meerderheid van belangrijke figuren in de industrie en de politiek het eens waren over de risico’s van onderinvestering, maar dat ze dat niet openlijk wilden zeggen. “Ze zeggen dat in privé”, zei hij. “Ze zouden dat ook in het openbaar moeten zeggen.”

Captains of industry

Deze opmerkingen zijn natuurlijk die van captains of industry in de fossiele industrie; een bedrijfstak die vecht om te overleven. De kritiek komt ook op een moment dat investeerders steeds meer druk uitoefenen op olie- en gasbedrijven om hun activiteiten groener te maken. Zo zei het Internationaal Energieagentschap (IEA) eerder dit jaar dat energieconcerns alle nieuwe olie- en gasexploratieprojecten moeten stopzetten als de wereld tegen 2050 een netto-uitstoot van nul wil bereiken.

Maar: de brandstofprijzen zijn de hoogte ingeschoten naarmate de wereldeconomieën heropstartten na de piek van de coronapandemie. De politiek moet veel moeite doen om een evenwicht te vinden tussen beloften om de economie koolstofarm te maken, en pogingen om de kosten aan de benzinepomp laag te houden.

(jvdh)

Meer