De globale economie heeft de voorbije 8 maanden grote veranderingen ondergaan. De post-Covid wereld zal daarom gans anders zijn dan wat we tot eind 2019 gewoon waren. Drie grote veranderingen kunnen worden opgetekend.
1. Gedragsveranderingen hebben de structuur van de economie voor altijd veranderd
- Dat uit zich in een gewijzigd consumentenpatroon, waarbij de luchtvaart, de detailhandel, de horeca en het toerisme rake klappen hebben gekregen…

- Terwijl werken vanop afstand en e-commerce de grote winnaars van de coronapandemie mogen worden genoemd.

- Een nieuwe manier van denken zorgt voor een versnelling van de energietransitie. Dat zorgt voor problemen in, onder andere, de auto- en petroleumsector.
- Er komt ook steeds meer protest tegen de lage lonen in sommige sectoren, vooral in die activiteiten die tijdens de pandemie als essentieel werden beschouwd (zorgsector, pakjesbezorgers, supermarktpersoneel, …).
2. Een toename van de ongelijkheden
- Bedrijven in een reeks sectoren hebben het steeds moeilijker. Omdat de inkomsten en de winsten dalen, moet steeds meer van het eigen kapitaal worden opgesoupeerd. Dat leidt tot een verslechtering van de balans.
- Om de financiële klappen op te vangen, zien bedrijven zich verplicht de rekrutering stop te zetten of op zijn minst af te remmen. Daarnaast kunnen de salarissen van de werknemers niet stijgen of worden hun uren gereduceerd. Ook wordt er werk gemaakt van delokalisering om goedkoper te kunnen produceren.
- Omdat centrale banken een zeer expansionistische monetaire politiek nastreven en het gros van dit geld in vastgoed en aandelen verdwijnt, worden daar grote prijsstijgingen genoteerd, die enkel een deel van de bevolking bevoordelen. Dit kan op termijn tot sociale spanningen leiden.

3. Post-Covid economie is heterogeen, niet homogeen
- Sommige sectoren (luchtvaart, autosector, commercieel vastgoed, traditionele detailhandel, toerisme, horeca, …) zullen lange tijd in moeilijkheden blijven. Andere zullen net zullen floreren (gezondheidszorg, farma, ICT, logistiek, veiligheidsdiensten, …)
- De Covid-crisis legt een groot verschil bloot tussen beschermde werknemers (ambtenaren, werknemers met langdurige contracten) en onbeschermde werknemers (freelancers, deeltijdse en kortlopende contracten).
- Wanneer de economie heterogeen is, kan de economische beleidsvoering onmogelijk algemeen zijn. Niet alle bedrijven hebben hulp nodig, net als niet alle gezinnen financiële hulp nodig hebben. In de meeste landen van de OESO heeft de crisis tot grote spaaroverschotten onder gezinnen geleid.

Conclusie
- Geconcludeerd mag worden dat het economisch en werkgelegenheidsbeleid best specifiek wordt afgestemd op elke sector apart.
- Verder moet met betrekking tot de klimaatproblematiek, de energiemix en de lage lonen in bepaalde sectoren rekening worden gehouden met de tijdsgeest.
- Tenslotte moeten systemen worden ontwikkeld die de overstap en de herscholing van werknemers in kwetsbare sectoren naar groeisectoren begeleiden en faciliteren.