Stadsbuurten met grotere aantallen honden worden minder geconfronteerd met moorden, inbraken en diefstallen dan de gemiddelde niveaus die in de agglomeraties moeten worden opgetekend. Een voorwaarde is wel dat de bewoners ook van een groot wederzijds vertrouwen blijk geven.
Dat blijkt uit een onderzoek van wetenschappers aan de Ohio State University en de University of Texas, gebaseerd op statistieken uit het midden van het voorbije decennium over bijna zeshonderd woonblokken in de stad Columbus.
Aandacht
“Bewoners die hun hond uitlaten, besteden vaak ook meer aandacht aan de activiteit die in de buurt kan worden opgemerkt”, voeren de onderzoekers Nicolo Pinchak en Christopher Browning, sociologen aan de Ohio State University, aan.
“In wezen kan worden gesteld dat de hondenbezitters door de buurt patrouilleren. Ongewone situaties en verdachte buitenstaanders zullen hen gemakkelijker opvallen. Daarmee kunnen zij een belangrijk afschrikmiddel vormen tegenover figuren met malafide bedoelingen.”
“Wetenschappers voeren al langer aan dat een combinatie van wederzijds vertrouwen en lokaal toezicht onder buurtbewoners een goed verweermiddel tegen criminelen kan vormen”, beklemtonen Pinchak en Browning nog.
“Studies hebben daarbij uitgewezen dat het vertrouwen tussen buren een belangrijk onderdeel vormt in de strijd tegen misdaad, want de bewoners weten dat ze op hulp zullen kunnen rekenen wanneer ze worden bedreigd. Bovendien beseffen ze dat een collectief optreden een positieve impact op de wijk kan hebben.”
“De nieuwe studie toonde, zoals verwacht, dat buurten met een hoog niveau van vertrouwen met minder moorden, overvallen en mishandelingen dienden af te rekenen in vergelijking met locaties waar de bewoners zich minder goed op elkaar kunnen verlaten”, benadrukken de sociologen.
“Maar wanneer buurten met een hoog vertrouwensniveau ook nog veel honden telden, bleek de criminaliteit nog aanzienlijk verder in te krimpen. Daarbij blijkt het aandeel overvallen met ongeveer een derde verder te dalen, terwijl er bij moorden van een halvering gewag kan worden gemaakt.”
“Onderling vertrouwen is tegen criminaliteit minder efficiënt wanneer er op straat geen mensen aanwezig zijn om te kijken wat er aan de hand is”, verduidelijken Pinchak en Browning. “Het uitlaten van honden vormt hierop een antwoord.”
Voordelen
“Daarom bieden honden in de strijd tegen criminaliteit een aanzienlijk voordeel tegenover katten en andere huisdieren, die niet hoeven te worden uitgelaten. Wanneer bewoners hun honden uitlaten, knopen ze vaak gesprekken aan met anderen. Op die manier leren ze ook wat er aan de hand is en kunnen ze mogelijke problemen signaleren.”
De resultaten toonden dat de combinatie van vertrouwen en het uitlaten van honden hielp om straatcriminaliteit te verminderen. Dat bleek onder meer te gelden voor feiten zoals moorden of overvallen, die vaak op openbare locaties worden gepleegd.
Maar ook kon op een reeks vermogensdelicten, zoals inbraken, een positieve impact worden ervaren. “Hier hoefde de locatie zelfs geen hoog wederzijds vertrouwen te vertonen”, luidt het. “Inbrekers zullen zich immers niet gemakkelijk wagen op terreinen waar ze honden kunnen zien of horen. Toezicht is hier niet nodig om criminelen af te schrikken.”
“Onderzoek heeft eerder al aangetoond dat honden een positieve impact hebben op de gezondheid en de welzijn van hun menselijk gezelschap”, besluiten Pinchak en Browning. “De resultaten van ons onderzoek tonen aan dat die positieve impact nog verder gaat dan eerder was gedacht.”
(jvdh)