Europa moet tot het einde van dit decennium 74 miljard euro investeren in de productie van batterijcellen en hun grondstoffen investeren. Dit moet de regio toelaten om op de toenemende populariteit van de elektrische mobiliteit te kunnen inpikken. Dat is de boodschap van een rapport van consulent PricewaterhouseCoopers (PwC).

“Tot het eind van dit decennium zal de vraag naar batterijen jaarlijks met 35 procent toenemen”, zegt Jörn Neuhausen, analist bij PricewaterhouseCoopers. “Momenteel wordt de waardeketen in de sector echter gedomineerd door China.”

“Tegen de achtergrond van de geopolitieke spanningen moet men niet alleen spreken over een opportuniteit, maar vooral ook over de noodzaak aan een beduidend grotere Europese productie van batterijcellen.”

Ontginning

Het rapport voert aan dat de wereldwijde productie van elektrische wagens tegenwoordig in Europa is gevestigd. “Desondanks is in dezelfde regio slechts 10 procent van de wereldwijde productie van batterijcellen gesitueerd”, stipt Neuhausen aan.

“Europa ontgint bovendien minder dan 1 procent van de totale voorraad cruciale grondstoffen – grafiet, nikkel, lithium, mangaan en kobalt – die de sector voor de productie van de batterijen nodig heeft. Er wordt tevens slechts ongeveer 1 procent van de actieve materialen in deze regio verwerkt.”

Naar verwachting zullen er eind dit decennium jaarlijks 42 miljoen elektrische wagens worden verkocht. China zal zich daarbij met een verkoop van 19 miljoen exemplaren als de belangrijkste afzetmarkt manifesteren. Europa zou met 12 miljoen eenheden op de tweede plaats volgen.

“Maar de wagens zullen ook met sterkere batterijen worden uitgerust”, verduidelijkt Neuhausen. “Momenteel is er daarbij sprake van een vraag van 0,5 terawattuur. Dat zal tegen eind dit decennium wellicht toenemen tot 3,6 terawattuur.”

Consolidaties en fusies

Een kwart van die vraag zou zich volgens het rapport in Europa situeren. Om die groei te ondersteunen zou volgens het rapport in Europa 56 miljard euro moeten worden geïnvesteerd om de capaciteit van de batterijproductie op het gewenste niveau te brengen. Nog eens 18 miljard euro zou moeten worden voorzien voor de winning en verwerking van grondstoffen. 

De vraag naar de belangrijkste materialen voor de batterijproductie – vooral lithium, nikkel en grafiet – zal snel groeien”, voert Neuhausen aab. “Om de Europese toeleveringsketen voor batterijen te versterken, moet naast de ontwikkeling van gigafabrieken ook de implementering van een grote fabriekscapaciteit voor de bewerking van de benodigde grondstoffen worden aanbevolen.”

Het rapport wijst er nog op dat de Europese batterijproductie momenteel door een groot aantal partijen – elk met kleine marktaandelen – wordt gekenmerkt. “Er zullen op middellange termijn dan ook een aantal consolidaties en fusies kunnen worden verwacht”, voorspelt Neuhausen nog.