Samsung probeert juridisch blazoen op te poetsen met interne anticorruptiecommissie

De Zuid-Koreaanse elektronicaholding Samsung heeft een nieuwe commissie opgericht die intern moet beletten dat de onderneming en zijn medewerkers zich tot crimineel gedrag, en dan vooral corruptie, zouden kunnen lenen. Het initiatief komt er na het juridische brokkenparcours dat Samsung de jongste tijd reed.

De commissie is grotendeels samengesteld uit externe experts. Dat heeft Kim Ji-hyung, voorzitter van de nieuwe commissie en een voormalig rechter bij het Zuid-Koreaanse hooggerechtshof, gezegd.

Samsung is de voorbije periode herhaaldelijk met criminele activiteiten in verband gebracht. Dat geldt niet in het minste voor topman Jay Y. Lee.

Kritiek

De voorbije herfst hadden rechters in het onderzoek naar Lee nog sterke kritiek geuit aan het adres van Samsung. Volgens hen deed het concern te weinig inspanningen om zijn leidinggevende kaders binnen de grenzen van de legaliteit te houden.

Kim Ji-hyung zei het aanbod van Samsung aanvankelijk ook te hebben afgewezen. Hij erkende te hebben gevreesd dat de commissie uiteindelijk geen wezenlijke verbeteringen zou kunnen doorvoeren en door Samsung uitsluitend zou worden gebruikt om op de rechtbank mildere vonnissen na te streven.

Topman Lee zou echter de autonomie van de commissie hebben gegarandeerd, waarop Kim Ji-hyung naar eigen zeggen de opdracht heeft aanvaard. De nieuwe commissie zal in februari zijn taak opnemen. Het nieuwe orgaan bestaat uit zeven leden, meestal externe specialisten uit juridische of maatschappelijke sectoren. 

Omkoping

Er blijft echter grote scepsis tegenover het initiatief. Diverse juristen maken gewag van een gebaar dat erop gericht is om de behandeling van de klachten tegen Samsung op de rechtbank te beïnvloeden. Bovendien wijzen zij op andere strafbare feiten die bij Samsung – ondanks beloftes om de controle of de transparantie te verbeteren – eveneens werden vastgesteld.

Jay Y. Lee (51) wordt ervan beticht een vriend van voormalig Zuid-Koreaans president Park Guen-hye te hebben omgekocht om bij de overheid steun te krijgen voor het opvolgingsbeleid van het concern.

In eerste instantie was Lee tot een voorwaardelijke gevangenisstraf veroordeeld. Dat milde vonnis werd echter in augustus door het Zuid-Koreaanse hooggerechtshof vernietigd. Er dreigt nu voor Lee eventueel een zwaarder vonnis, met mogelijk een effectieve gevangenisstraf.

Andere managers van het concern zijn eveneens tot gevangenisstraffen veroordeeld wegens de sabotage van vakbondsactiviteiten en boekhoudfraude.

Meer