De twee Duitse herders van Joe Biden moesten vorige week terugkeren naar het huis van de Amerikaanse president in zijn thuisstaat Delaware. Een van de honden vertoonde agressief gedrag tegenover het personeel van het Witte Huis, melden anonieme bronnen aan nieuwszender CNN.
Major, die drie jaar oud is en in 2018 door Biden werd geadopteerd, zou betrokken zijn geweest bij een ‘bijtincident’ met een lid van het beveiligingspersoneel van het Witte Huis. Hoe het met het slachtoffer gesteld is, is niet bekend. Het Witte Huis heeft nog niet gereageerd op het bericht.
Volgens CNN zeggen verschillende medewerkers dat de hond wel vaker ongewenst gedrag vertoont, zoals springen, blaffen en ‘aanvallen’ op het personeel. Champ, de oudere Duitse herder, is ongeveer dertien jaar oud en gedraagt zich rustiger.
‘Een obsessie’
Champ en Major verhuisden mee naar het Witte Huis in januari, minder dan een week na de inauguratie van Biden, en zouden daar vrij rondlopen. De Duitse herders zijn regelmatig te zien op foto’s die Biden deelt op sociale media.
Zijn vrouw, Jill, vertelde vorige maand nog in The Kelly Clarkson Show dat ze probeerde ervoor te zorgen dat de honden zich thuis zouden voelen in het Witte Huis. ‘Ze moeten mee in de lift, dat zijn ze niet gewend, en ze moeten naar buiten op de South Lawn met veel mensen die naar ze kijken. Dus dat is waar ik geobsedeerd door was, iedereen rustig en kalm krijgen’, zei ze.
Trump, geen grote hondenvriend
Het Witte Huis heeft een lange geschiedenis met huisdieren – een traditie waarmee Donald Trump brak. Hij was de eerste Amerikaanse president in ongeveer 120 jaar die geen hond had.
‘Ik zou het niet erg vinden om er een te hebben, eerlijk gezegd, maar ik heb geen tijd. Hoe zou ik er uitzien met een hond op het gazon van het Witte Huis?’, zei hij tijdens een toespraak in 2019 in Texas. (wdm)
Lees ook: