Wilde de PS écht met de communisten van de PVDA-PTB een regering maken? En willen ze dat nog steeds? Elio Di Rupo, oud-premier en huidig Waals minister-president, schrijft een boeiende biografie, waarin hij in geuren en kleuren beschrijft hoe beide partijen in 2019 onderhandelden over een Waalse regering. “Een echte teleurstelling”, noemt hij de mislukking van dat kabinet, “waar ik echt oprecht probeerde”, en waar Raoul Hedebouw (PVDA) een veeg uit de pan krijgt. Het is typerend voor een schimmenspel tussen PS en PTB: de versies van beiden over die onderhandelingen in ‘19 lopen compleet uiteen. En terwijl Di Rupo dus nu zijn spijt over de mislukking neerpent, is er in werkelijkheid een soort cordon sanitaire vanuit de PS gelegd, na 9 juni, rond de PVDA. Bij de Franstalige socialisten is er geen enkele wil om opnieuw te gaan praten, zeker niet met het oog op oktober en de gemeenteraadsverkiezingen. Want daar, op het lokale niveau, wil Hedebouw wel degelijk inbreken.
In het nieuws: De biografie “Labyrint van de Macht” van Di Rupo is uit.
De details: Het is een eloquent geschreven geheel, waar de oud-premier zijn persoonlijke geschiedenis vertelt. Daarbij hanteert hij zijn eigen waarheid, maar die is politiek interessant. Met name wat hij vertelt over de communisten en over een Waalse coalitie.
- “Le vrai regret”, de “echte teleurstelling”, zo omschrijft Di Rupo de mislukking van gesprekken tussen communisten en PS in de zomer van 2019. “Voor iemand als ik, die de deugden van het democratisch socialisme cultiveert als het enige echte alternatief voor het kapitalisme, is het echt een teleurstelling om te zien hoe honderdduizenden progressieve stemmen verloren gaan als water in het zand. Kiezers die gedupeerd zijn door de demagogie en het finaal terugkrabbelen van de PTB. Zoveel verraden hoop…”
- Wie eraan twijfelt of Di Rupo taalgevoel heeft (in het Frans toch), moet toch “Le Labyrinthe du Pouvoir” aanschaffen: bijna 300 pagina’s heerlijke zinnen, een originele rode draad in zijn persoonlijk verhaal en gelardeerd met passende citaten van schrijvers, filosofen of politici bij elk hoofdstuk.
- Maar het boek van de ondertussen 72-jarige ex-premier is uiteraard ook een politiek document, met de nodige welgemikte boodschappen. Di Rupo is ondertussen alweer een kopstuk van de PS bij de volgende verkiezingen: hij trekt de Europese lijst. Mourir sur scène, in het Europees Parlement, zo lijkt het, als zeventiger.
- De ontboezemingen over die onderhandelingen in 2019, onder het hoofdstuk “Des ministers communistes en Wallonie?” zijn daarom des te interessanter, en te lezen in het licht van wat er na 9 juni van dit jaar zal gebeuren.
- “Rond 15 uur op de dag van de onderhandelingen, vlak voor z’n afspraak bij ons, verklaart Raoul Hedebouw al meteen eerst aan de pers: “We willen geen deel uitmaken van een meerderheid zonder dat het een écht veranderingsbeleid wordt”.”
- “Omdat we de neiging van PTB’ers kennen om bij het minste excuus te gaan lopen, trekken Paul Magnette en ik tijdens dat gesprek alle registers van de sociale vooruitgang open. Hedebouw, beaamt dat nadien aan de pers: “We voelden een echt verlangen om een echt debat te voeren. Maar dat betekent niet dat we het over alles eens zijn”.”
- Di Rupo vraagt Hedebouw om voor een tweede meeting terug te komen met een ‘hiërarchie’ in zijn eisen: wat wil hij het meest van al? Maar bij die tweede meeting gaat het al fout: de PVDA’ers reageren zuur dat ze federaal niet meer uitgenodigd worden, door Johan Vande Lanotte (Vooruit) en Didier Reynders (MR). Nochtans had Magnette hen gevraagd om PVDA te ontvangen.
- “Hedebouw weet heel goed dat de Franstalige politieke partijen nooit zullen instemmen om met Vlaams extreem-rechts in coalitie te gaan. En hij weet dat de Nederlandstalige partijen het land nooit zullen regeren met extreemlinks, wat in essentie een Waals fenomeen is.”
- “Ondanks deze kleinzielige spelletjes die niet veel goeds voorspellen, proberen Magnette en ikzelf toch zo ver mogelijk te gaan, uit respect voor de kiezers van PTB.”
- Op 11 juni komen we weer bij elkaar voor een discussie in de ochtend. Die middag moeten de Parlementsleden de eed gaan afleggen. Hedebouw komt plots met een grote PTB-weigering, op basis van onze verslagen van vorige vergaderingen, die nochtans correct waren opgesteld. Hij laat zijn heftige demagogie los: “We willen een goede rode wijn, geen slechte rosé die in een piquette is veranderd, omdat er zoveel water aan is toegevoegd”.
- “Ik antwoord dat “onze aanpak echt en oprecht is”. “De PTB moet stoppen met het zoeken naar excuses”.
- De vergadering eindigt met de PVDA-PTB die opstapt. “Hun stoelen zullen leeg blijven, omdat de communisten deze keer voor eens en altijd hebben laten zien dat ze niet in staat zijn om een democratische dialoog aan te gaan en hun verantwoordelijkheid op te nemen.”
Waarom dit ertoe doet: Meer dan bij het Vlaams Belang in Vlaanderen, is er in Franstalig België al een cordon rond de PVDA-PTB gezet.
- De parallel is opvallend: terwijl de N-VA in de opkomst van Vlaams Belang en mogelijke coalities met hen toch een soort onderhandelingshefboom ziet, een dreigement dat gehanteerd wordt om straks Open Vld en cd&v onder druk te zetten “om geen nieuwe Vivaldi te vormen”, of men gaat toch nadenken over coalities met Tom Van Grieken, is in Franstalig België een heel andere dynamiek bezig.
- Daar zijn Ecolo en PS al bijzonder dicht tegen elkaar gekropen, en staat de deur wagenwijd open voor Les Engagés om de nieuwe regionale regeringsploegen te komen versterken. De MR van Georges-Louis Bouchez lijkt de gebeten hond voor zowel PS als de groenen. Maar evengoed is er geen enkele ruimte voor de PVDA-PTB van Hedebouw.
- Dat Di Rupo nu nog eens in z’n biografie onderstreept hoezeer de PVDA “niet in staat is verantwoordelijkheid te nemen”, en krokodillentranen huilt over het mislukken van een linkse coalitie, is daarbij een integraal deel van de strijd: meer dan ooit wil de PS van PTB-stemmen een “verloren reservoir” op links maken, waarbij de kiezer duidelijk moet weten dat die z’n stem weggooit.
- Bij de PVDA frustreert die lezing van de onderhandelingen uit 2019 mateloos. Zowel Hedebouw als Peter Mertens (PVDA) hebben een heel andere recollectie van die feiten: “Op geen enkel moment zijn wij daar ernstig genomen. Di Rupo lachte ons uit, stelde meteen onmogelijke vragen over de participaties in overheidsbedrijven. Men maakte ons vanaf de eerste minuut duidelijk dat het theater was”, zo zegt een hoge bron bij de PVDA daarover.
- Voor PVDA hoeft een regeringsdeelname in juni niet meteen: ze blijven een klassieke zweeppartij, en willen vooral “actie op het terrein” en “het sociale discours” beïnvloeden. Dat kan ook Hedebouw moeilijk verbergen.
- Maar tegelijk is 2024 een hoogst uitzonderlijk verkiezingsjaar: vier maanden na de federale en Europese verkiezingen zijn er gemeenteraadsverkiezingen. En daar wil de PVDA wél graag meedoen, op lokaal niveau.
- De experimenten in Zelzate en Borgerhout bevallen de PVDA: zij kunnen daar lokaal impact hebben én aantonen dat ze wel degelijk het verschil kunnen maken, onder meer door in Zelzate staalreus Sidmar wat extra te belasten. Het versterkt hun verhaal van geloofwaardigheid. Vorige keer werden in Brussel en ook in Seraing wel wat lokale gesprekken gevoerd tussen PVDA en PS, maar Hedebouw en co raakten in 2018 in Franstalig België nergens binnen in een lokale coalitie.
- Dat manoeuvre lijkt de PS al langer door te hebben: zij barreren nu niet alleen de deur voor de gewesten of het federale niveau, maar doen eigenlijk ook lokaal de rolluiken dicht. Geen macht voor de communisten, ook niet lokaal. Aan Vooruit werd vriendelijk doch kordaat gevraagd hetzelfde te doen: in Zelzate komt geen verderzetting, meer dan vermoedelijk.
Ook gelezen in ‘Le Labyrinthe’: Di Rupo praat over de moeilijkste passage uit zijn loopbaan, de affaire-Trusgnach.
- De onwaarschijnlijke weg die Di Rupo heeft afgelegd, van jongste van zeven kinderen in een straatarm gezin met een alleenstaande moeder, tot premier van België, is ondertussen gekend. Als jonge kerel niet vlot in het Frans, schopte hij het tot doctor in de wetenschappen, waarbij hij zijn “droom als wetenschapper in de VS” finaal toch opgaf voor de politiek, zijn andere passie.
- Al in 1992 was hij minister van Onderwijs. Twee jaar later verving hij Guy Coëme (PS), die sneuvelde in het Agusta-schandaal, in de federale regering en werd hij vicepremier onder premier Jean-Luc Dehaene (cd&v).
- In november 1996 barst de affaire-Trusgnach los:
- “Het is 23 uur 30 uur als ik eindelijk door de deur van mijn flat in Brussel loop. Het felrode lampje op mijn antwoordapparaat knippert als een bezetene. Premier Dehaene heeft zes keer geprobeerd me te bereiken en me gevraagd hem onmiddellijk terug te bellen. De voorzitter van de Socialistische Partij, Philippe Busquin, heeft ook gebeld. In zijn bericht dringt hij erop aan dat ik de premier terugbel.”
- “Elio, kan je dringend naar mijn huis in Vilvoorde komen? Is het zo dringend? “Ja, ik zal het uitleggen.”
- Ik stap achter het stuur van mijn Saab en rij naar het huis van de premier. Een doodse sfeer begroet me. Philippe Busquin is er, zijn gezicht bleek.
- “Zoals gewoonlijk komt de premier meteen ter zake. Hij overhandigt me een blad papier met een vijftiental namen erop. “Kent u deze mensen? Ik loop de lijst twee keer door. Nee.” “Morgen komt De Standaard met een schandaal over u. U wordt beschuldigd van pedofilie. U wordt beschuldigd van pedofilie met een minderjarige.”
- “Verbazing bij mij. Ja, ik ben homo, of liever ‘bi’, maar ik heb nog nooit seks gehad met een minderjarige. Nooit.”
- Dehaene suggereert Di Rupo die nacht ontslag te nemen, maar dat doet de PS’er niet. Hij houdt voet bij stuk, dat hij onschuldig is, hoe moeilijk ook de storm (met onder een hele reeks kranten die zijn ontslag eisen aan Vlaamse kant) waar hij in terecht komt.
- “Als ik ontslag uit de regering genomen had, zouden er nooit tegenonderzoeken geweest zijn, en ook geen gelukkige afloop. In de ogen van het publiek zou ik die minister gebleven zijn die ten val gebracht is in een pedofiliezaak. Enkel de dood had me van die nachtmerrie kunnen bevrijden, een dood die ik dan had moeten bespoedigen”, zo schrijft hij met gevoel voor dramatiek.
- Di Rupo bleef zitten, kreeg de steun van het merendeel van zijn partijtop én van de regeringsleden, terwijl onder meer Herman De Croo (Open Vld) en Isabelle Durant (Ecolo) hem vanuit de oppositie keihard aanpakten. Dat laatste is hij nooit vergeten, zo blijkt uit het boek. Enkele weken later blijkt de bron van alle beschuldigingen, de Limburger Olivier Trusgnach, een fantast.
Op de agenda: Bedrijfswagens en fiscale fraudeplannen voor Vivaldi.
- Een wat ongemakkelijke ontmoeting, gisteren in de wandelgangen van de Kamer, Vincent en Vincent, de ene op het Frans uitgesproken, de andere in het Nederlands, en jaren samen vicepremier in het kernkabinet.
- Maar Van Quickenborne (Open Vld) is tegenwoordig opnieuw burgemeester van Kortrijk en een donkerblauw herboren liberaal. En Van Peteghem (cd&v) zit nog steeds in de kern, en moet daar een oorlogje uitvechten met de liberalen, maar ook met groenen en socialisten vandaag.
- Die eerste noemde die laatste in de pers “een olifant in een porseleinkast”. In het halfrond zelf reageerde Van Peteghem: “Ik las vandaag een mooi compliment van een collega in de krant: ik leg de lat te hoog, ik ga te veel in overleg met de regeringspartners, ik wil de dingen in beweging brengen. U mag gerust zijn, ik zal er inderdaad steeds voor proberen te zorgen dat wij dingen in beweging brengen.”
- Maar in de gang dus de ontmoeting, die wat ongemakkelijk verliep volgens bronnen: “Neem het niet persoonlijk”, zo wist Van Quickenborne wel te zeggen.
- Die strijdt wel volop tegen het fiscaal fraudeplan van Van Peteghem dat voorligt op de kern: daarin zit een luik dat wel erg ver gaat: de nieuwe anti-misbruikbepaling in artikel 344. Die draait voor veel speciale fiscale regimes de bewijslast om, waardoor men plots zou moeten gaan bewijzen dat het wel degelijk terecht is waarom men een uitzondering toepast. Nu is dat omgekeerd, en moet de fiscus zelf misbruik aantonen.
- “Dat idee kon nooit op steun van ons rekenen en dat weet Van Peteghem zeer goed. Dus als hij latten legt, dat hij ze dan legt zodat hij erover kan”, zo klinkt het vandaag nog steeds combattief bij de liberale top.
- En ook het andere dossier, van de bedrijfswagens, blijft wringen. Daarover kreeg Van Peteghem gisteren in de Kamer de wind van voren, van de oppositie. Want onder meer 500.000 mensen die gebruik maken van een bedrijfswagen kunnen deze maand op hun loonbriefje geen zekerheid krijgen over het ‘Voordeel van Alle Aard’, met andere woorden, hoeveel zo’n bedrijfswagen hen netto aan taksen gaat kosten. De sociale secretariaten zijn daarover niet te spreken.
- “Dat u geen respect hebt voor degenen die worden getroffen door een belastingverhoging, is een spijtige zaak. Erger is, u maakt deel uit van een regering die voor uw partij geen respect heeft. Er komt geen taxshift, er komt geen migratiewetboek, er komt geen homogenisering van de gezondheidszorg. Waarschijnlijk mag u in de komende weken een abortusinitiatief slikken”, zo haalde Peter De Roover (N-VA) uit.
- “De impasse rond de bedrijfswagens is tekenend voor wat fout loopt in de politiek van dit land. In België in de regering lopen zelfs de eenvoudigste kwesties vast en al dan niet tijdelijk geblokkeerd”, zo stelde Wouter Vermeersch (Vlaams Belang).
Ook gevolgd: Frank Vandenbroucke (Vooruit) moet opstappen, volgens Kathleen Depoorter (N-VA). Die denkt er niet aan.
- Het is een dossier waar zowel N-VA-Kamerlid Depoorter, een apotheker, als de krant Het Laatste Nieuws, nu al maanden hun tanden in zetten: de affaire-Medista. De gebeten hond is telkens dezelfde: minister van Volksgezondheid Frank Vandenbroucke (Vooruit).
- Daarbij draait alles rond het vaccincontract en de ruzie daarover tussen twee bedrijven, Medista en het Franse multinationale Movianto. Die laatste won een aanbesteding over de opslag en distributie van COVID-19-vaccins in juni 2022, zeer tegen de zin van Medista.
- Medista nam in ware Hollywood-stijl een topadvocaat aan, Hans Rieder, én schakelde Israëlische privédetectives in, die met videotapes probeerden om alle betrokkenen via uitgezette vallen tot bekentenissen te dwingen.
- Van die tapes publiceerde Het Laatste Nieuws hele reeksen: de krant heeft het ook al maanden aan de stok met Vandenbroucke. Die wist op een bepaald moment niet dat een topambtenaar wel degelijk allerlei verklaringen aan de detectives aflegde, die beschadigend waren, over het verloop van de procedure, terwijl zijn kabinetschef Jan Bertels wél op de hoogte was.
- Gisteren kwam daar nog een schepje bovenop: Depoorter pakte vreemd genoeg niet Vandenbroucke zelf, maar eerst premier Alexander De Croo (Open Vld) aan in de Kamer.
- Volgens Depoorter had Vandenbroucke “gelogen”, en dat was “een schending van de deontologische code van de federale regering”. “Als u uw eigen code respecteert, moet de man opstappen”, zo stelde ze aan De Croo. Opvallend, omdat de N-VA normaal de regel heeft enkel ontslag te eisen als ze echt denken dat iemand van de regering wankelt.
- En nog vreemder bovendien om naar de premier te gaan, omdat Depoorter later op de middag nog Vandenbroucke zelf zou ondervragen in een interpellatie, over de zaak. “U vraagt mij om hier een antwoord te geven nog voor die interpellatie is behandeld. Wat u hier probeert te doen, is totaal onzinnig. U hebt een instrument, maar toch vraagt u mij om mijn oordeel te geven nog voor u dat instrument gebruikt hebt. Dat is politieke waanzin”, zo duwde premier De Croo logisch terug.
- Ten gronde ging het erover dat Vandenbroucke in december in de Kamer verklaarde waarom volgens hem Medista het contract verloren had: “Medista lag ook onder bij Movianto inzake kwaliteit en dienstverlening“, zo stelde hij toen.
- “Een leugen”, riep Depoorter dus, die de resultaten van de aanbesteding in een tabel in de hand hield. Daaruit bleek dat Medista beter scoorde dan Movianto op vlak van ‘dienstverlening’.
- Dat weerlegde Vandenbroucke vrij helder: hij bedoelde dat als je ‘kwaliteit’ en ‘dienstverlening’ samen telt, Movianto hoger scoorde. Een semantische discussie dus. “Ik was onvolledig, dat geef ik toe. Misschien had ik daar wat duidelijker in moeten zijn”, zo stelde Vandenbroucke.
Nog in de Kamer: Een nieuwe strengere wet op gokken. Maar niet voor de Nationale Loterij.
- Nog eens een overwinning voor een Kamerlid, na lang knokken: Stefaan Van Hecke (Groen), de justitiespecialist van zijn partij, kreeg er gisteren een nieuwe gokwet door.
- Daarbij hoort een algemene leeftijdsgrens van 21 jaar voor elke vorm van gokspelen en een verbod om spelers nog bij het openen van een account allerlei bonussen te geven. Daarnaast is er nu “een principieel reclameverbod” op gokreclame. Maar daar kan de regering nog uitzonderingen op geven. Dat laatste ligt heel gevoelig voor de MR, waar de voorzitter Georges-Louis Bouchez (MR) zelf voorzitter is van een voetbalclub, die gesponsord wordt door gokbedrijven.
- “Dit is een historische overwinning tegen kwalijke en problematische gokverslavingen. Na 4 jaar strijden tegen de goklobby en politici die zich voor de kar van die goklobby laten spannen kunnen we spelers eindelijk beter beschermen,” zegt Van Hecke.
- Bij de oppositie reageerde Kamerlid Jean-Marie Dedecker scherp. Hij merkte immers op dat de Nationale Loterij niet onderhevig is aan de nieuwe strengere regels. Dedecker vecht al langer een oorlogje uit met Jannie Haeck, de baas van de Nationale Loterij en voormalig kabinetschef bij Vooruit.
- “Deze wet biedt een monopolie aan het grootste en meest gediversifieerde gokbedrijf van België: de Nationale Loterij.” Daarbij koppelde Dedecker de tijdelijke verhoging van de taks die de Nationale Loterij betaalt aan de staat, 30 miljoen euro extra, aan de uitzondering die het kreeg in de wet: “Het komt erop neer dat de Nationale Loterij haar vraag voor uitzonderingen op het reclameverbod, de splitsing van verschillende vergunningen en een spelerslimiet voor spelen in een dagbladhandel heeft afgekocht met de belofte 30 miljoen te storten in de begrotingsput.”
- Van Hecke is het niet oneens met de kritiek van de oppositie: ook de Nationale Loterij moet op termijn strengere regels krijgen. “Maar alles op zijn tijd, eerst deze wet”, zo zegt hij aan Het Nieuwsblad.
Opmerkelijk: Een cabinetard verbergt 50 zakjes cocaïne op het kabinet van de Waalse minister Caroline Désir (PS).
- La Dernière Heure meldt de vondst van 50 zakjes cocaïne op het kabinet van de minister van Onderwijs in de Franse Gemeenschap Désir. Op 15 december werd een medewerker van de minister aangehouden op verdenking van drugshandel, waar Désir van op de hoogte werd gebracht.
- Hoogst gênant, zeker omdat het over de minister van Onderwijs gaat. Bovendien is Désir toch wel een rijzende ster bij de PS: ze werd zelfs getipt om de nieuwe Brusselse minister-president te worden. Maar daar stak Ahmed Laaouej (PS) een stokje voor: hij is de lijsttrekker voor het gewest in Brussel, niemand anders. Désir trekt wel de lijst voor de Kamer: een rechtstreekse strijd tegen onder meer Sophie Wilmès (MR).
- Désir maakte er korte metten mee: meteen na de vondst is een ontslagprocedure in gang gezet en doorzochten kabinetsmedewerkers het bureau van de man op mogelijke criminele voorwerpen. Daarbij troffen ze 50 zakjes wit poeder aan, die in beslag zijn genomen door de politie, zegt de minister in een tweet.
- Erger nog voor de PS: de medewerker in kwestie is de zoon van ex-minister Fadila Laanan, die zelf als penningmeester op het kabinet van Désir werkte. Bij hem thuis werd tijdens een huiszoeking ook nog 10.000 euro cash aangetroffen.
Tegelijk: België maakt van ‘de strijd tegen georganiseerde misdaad’ een Europese prioriteit.
- Helemaal verrassend is het niet. En al zeker niet als de betrokken ministers voor Justitie Paul Van Tigchelt (Open Vld) en voor Binnenlandse Zaken Annelies Verlinden (cd&v) uit Antwerpen komen: België roept als tijdelijk EU-voorzitter “de strijd tegen georganiseerde misdaad” uit als topprioriteit voor het ‘Binnenlands beleid’ van de EU. En daarbij altijd de magische Europese formule, als oplossing: “Beter samenwerken”. Gisteren was er een EU-top over dat ‘Binnenlands Beleid’ in het Egmontpaleis.
- Van Tigchelt wil “waterbedeffecten vermijden” in Europa. “Als er een aanvoerlijn wordt afgesneden in Antwerpen, zullen internationale criminele organisaties ongetwijfeld meer via andere opereren”.
- Er is nu al een zogenaamde “anti-narcocoalitie” opgericht voor betere samenwerking tussen de 6 landen (België, Nederland, Frankrijk, Duitsland, Spanje en Italië) die het meest met internationale drugshandel worden geconfronteerd.
- Van Tigchelt wil nu “een Europese krachtenbundeling op diplomatiek gebied”, “zowel ten aanzien van landen van waaruit drugs wordt verscheept als de landen waar drugscriminelen zich schuilhouden”. Met andere woorden: één diplomatieke EU-inspanning ten opzichte van Zuid-Amerikaanse landen, en één diplomatieke inspanning ten opzichte van de Verenigde Arabische Emiraten, Turkije of andere toevluchtsoorden.
En nog tegelijk: Bart De Wever (N-VA) trekt met twee collega-burgemeesters naar Zuid-Amerika in zijn ‘War on Drugs’.
- Nog meer drugs, nog dichter bij de bron: de Antwerpse burgemeester Bart De Wever reist opnieuw met collega-burgemeester Ahmed Aboutaleb van Rotterdam naar Zuid-Amerika. Ditmaal gaat ook Peter Tschentscher van Hamburg mee. De drie bezoeken Colombia, Ecuador, Peru en Costa Rica.
- Niet toevallig zijn zij burgemeesters van havensteden. Het doel is ook om betere banden te smeden tussen de Zuid-Amerikaanse en Europese douanebeambten en om samenwerkingen op te zetten.
- Daarbij valt op dat bepaalde havensteden volledig in handen zijn van de drugskartels: een bezoek aan Guayaquil in Ecuador werd afgeblazen omdat het te veel personeel zou kosten om De Wever en co te beveiligen.
- De Wever ziet een groeiend probleem ontstaan. Drugskartels uit Mexico verkopen hun waar nu in Ecuador om naast de Amerikaanse ook de Europese markt te bereiken. Die evolutie noemt hij “zeer verontrustend” tegenover Gazet van Antwerpen. Ook de trafiek uit Peru en Costa Rica neemt toe, merkt men in Antwerpen.
- Bij de reis van twee jaar geleden sprak Aboutaleb nog over alle fruitcontainers te willen controleren, omdat daar veel drugs in wordt verstopt. De Wever pleit voor een andere aanpak: “Ik denk eerlijk gezegd dat dit in Antwerpen echt niet haalbaar is. Ik geloof dat we vooral zullen moeten gaan controleren op basis van intelligence en nieuwe technologie, om de pakkans te vergroten.”
Ingetrokken: De sirenes zullen niet loeien ‘s nachts.
- Geen verrassing in de Wetstraat. Georges Gilkinet (Ecolo), de minister van Mobiliteit, trekt z’n staart en nieuwe regels over sirenes in.
- Prioritaire voertuigen zoals brandweerwagens en ambulances moesten door de nieuwe wegcode voortaan altijd hun blauwe zwaailichten én hun sirene aanzetten. Ook ‘s nachts, om de verkeersveiligheid te bevorderen.
- Maar de kritiek was enorm: de nachtrust in de steden kwam in gevaar, waar Gilkinet blijkbaar geen rekening mee had gehouden. Een bochtje dus. (cv/ddw)