Een tweet waarin Daryl Morey, de algemeen directeur van het Amerikaanse basketbalteam Houston Rockets, zijn steun betuigde aan de demonstranten in Hong Kong, zet de relatie tussen de NBA en China op scherp.
Morey tweette een afbeelding met de tekst “Fight for Freedom. Stand with Hong Kong”. Die tweet werd luttele uren later alweer verwijderd. De Chinese overheid, lokale fans en een reeks Chinese bedrijven, waaronder enkele belangrijke partners van de professionele basketbalcompetitie NBA, reageerden gepikeerd.
De NBA noemde de tweet “betreurenswaardig” en gaf toe vele Chinese vrienden en fans te hebben beledigd. Grote gevolgen dreigen. Telecommaatschappij Tencent zet met onmiddellijke ingang zijn livestreams van de wedstrijden van de Rockets stop. Tencent heeft vorig jaar 500 miljoen Chinezen van NBA-streams voorzien. De commerciële overeenkomst rond die uitzendingen is 1,5 miljard dollar waard. De NBA probeert al jarenlang voet aan de grond te krijgen in China. Dat heeft tot nu toe vooral veel geld gekost.
Ook in de VS krijgen de Chinezen steun. Met name van Joe Tsai (links op de foto), de medestichter van Alibaba én eigenaar van het NBA-team Brooklyn Nets. Volgens Tsai zal ‘de wonde veroorzaakt door de tweet van Morey lang nodig hebben om te helen’. Maar Amerikaanse politici en opiniemakers waren er snel bij om kritiek te uiten op de excuses die de NBA aanbood. “De NBA buigt voor een autoritair regime in ruil voor miljarden dollars”, luidt het daar. Dat is opmerkelijk omdat de NBA altijd progressief optreedt waar het binnenlandse maatschappelijke problemen betreft. Met zijn verontschuldiging doet de NBA haar reputatie op dat vlak weinig eer aan.
Houston Rockets en China delen één legende: Yao Ming
Wereldsterren als Stephen Curry en Kobe Bryant trekken elk jaar opnieuw richting China om daar hun eigen merken te promoten. Opvallend genoeg zijn het net de Houston Rockets die in de problemen komen met China. Van alle NBA-teams hebben de Rockets de meeste Chinese fans. Dat heeft een historische reden. Tussen 2002 en 2011 verdedigde de 2,3 meter lange Chinese basketter Yao Ming de kleuren van het Texaanse team. Ming werd wereldberoemd toen hij in 2008 de Olympische fakkel op het Tiananmenplein mocht deponeren. Verder was hij ook 3 keer NBA-speler van het jaar en werd hij opgenomen in de Hall of Fame.
Ming is ondertussen zelf slachtoffer van de Chinees-Amerikaanse handelsoorlog. Na een succesvolle carrière in de Amerikaanse NBA investeerde Ming een deel van zijn fortuin in een wijngaard in Napa Valley, ten noorden van San Francisco. Maar de voorbije 12 maanden is de export vanuit zijn wijngaard naar zijn geboorteland China gehalveerd.
In een populair restaurant in Shanghai kost een fles Californische Sauvignon Blanc nu makkelijk 200 euro, tegen 100 euro een jaar geleden. Gelijkaardige wijn uit Nieuw-Zeeland, waarop geen importheffingen van kracht zijn, kost de helft. Vele Californische wijnboeren hebben bestellingen vanuit China dan ook zien dalen tot nagenoeg zero.