Nog nooit van ‘microgroenten’ gehoord? Ondernemer Dario Vunckx (21) van MicroFlavours tot voor kort ook niet. Vandaag kweekt hij ze zelf op zijn stadsboerderij in Brussel, en levert hij scheuten van onder meer radijzen, rucola en koriander per fiets aan sterrenrestaurants en hotels.
Het idee voor MicroFlavours’ ontstond – cliché-alert – bij een pint op café. Anders dan bij 99 procent van de op bierkaartjes opgerichte bedrijven werd deze stadsboerderij ook echt uit de grond gestampt. In 2017 aanvankelijk als studentenproject bedrijfsmanagement op de hogeschool Odissee in Brussel, sinds mei 2018 als volwaardig vennootschap. ‘Ik kende niks van planten en had nog nooit van microgroenten gehoord’, vertelt Dario. ‘Wel had ik altijd al interesse in gezonde, duurzame voeding. Ik woon in Brussel, wat het een uitdaging maakt om met weinig buitenruimte zelf een moestuin aan te leggen. Door veel op te zoeken over indoor kweken, kwam ik bij microgroenten uit.’
Rendabel nicheproduct
Maar wat zijn dat nu precies? ‘Dat knutselwerkje in de kleuterschool waarbij je zaadjes liet ontkiemen op watjes in een bakje? Dat doen wij op grote schaal met zo’n dertig andere varianten. We planten de zaadjes van rucola, erwten, radijzen, koriander, dille enzovoort, en oogsten al na vijf tot twintig dagen. Zo krijg je ‘microgroenten’, de eerste scheuten van de gewassen. Sterrenkeukens gebruiken die kleurrijke smaakbommetjes vaak. Momenteel leveren we aan enkele grote hotels en een honderdtal chefs, vooral Michelin- en Gault&Millau-restaurants.’
‘Indoor kweken in zes verticale lagen maakt ons 75 keer productiever dan een traditionele kwekerij’
Microgroenten zijn een nicheproduct waarvan de afzetmarkt bij de doorsneeconsument nog beperkt is. Toch kan het rendabel zijn, verduidelijkt Dario. ‘Er is één grote speler op de markt in Nederland, Koppert Cress, die microgroenten exporteert naar heel Europa. Hij heeft de prijs hoog gezet en had lange tijd een monopolie. Restaurants betalen ervoor, want er is geen alternatief. Nu komen steeds meer microboerderijen op in Europa.’
Wietplantage
Het voordeel van microgroenten is dat je er geen groot stuk grond voor nodig hebt. Dario kweekt ze in een rijhuis in Brussel. ‘We lieten ons inspireren door wietplantages. Als je verticaal kweekt onder ledlampen, kun je het hele jaar door oogsten zonder zonlicht. Door de zes verdiepingen kunnen we onze opbrengst verzesvoudigen – 365 dagen per jaar. Daardoor zijn we per vierkante meter 75 keer productiever dan een traditionele kwekerij.’ Dario experimenteert ook met hydroponie, waarbij hij planten kweekt op water dat hergebruikt wordt. Dat bespaart tot 90 procent water in vergelijking met de traditionele landbouw.
‘Het duurzame aspect vind ik heel belangrijk’, benadrukt Dario. ‘We leveren per elektrische fiets aan hotels en restaurants – bewust binnen een straal van 12 kilometer. Door te produceren waar er geconsumeerd wordt, kunnen we de korte keten behouden.’ Eind dit jaar verhuist de stadsboerderij naar Molenbeek, waar meer ruimte is. ‘We willen onze capaciteit vertienvoudigen’, aldus een ambitieuze Dario. ‘Op lange termijn willen we ook in andere grote Belgische steden stadsboerderijen kunnen opzetten. Klimaatopwarming en overbevolking dwingen ons na te denken over oplossingen om op een duurzame manier voedsel te voorzien. Die mentaliteit is aan het veranderen in heel Europa. Het bescheiden België mag niet achterblijven.’
