Kunnen energieaandelen soelaas brengen tijdens een berenmarkt?

Het is de jongste maanden volatiliteit troef op de beurzen. Beleggers maken zich onder meer zorgen dat zowel de Verenigde Staten als de Europese Unie afstevenen op een recessie. Ook de oorlog in Oekraïne blijft de sfeer op de beurzen beïnvloeden. Kunnen energieaandelen soelaas brengen?

Beleggers kunnen allesbehalve tevreden terugblikken op de eerste jaarhelft. Heel wat indexen hebben die periode in het rood afgesloten. De S&P500 is bijvoorbeeld met ruim 20 procent gezakt. Dat is meteen ook de slechtste eerste jaarhelft voor die Amerikaanse index sinds 1970. In onze contreien heeft de Bel20 gedurende de eerste zes maanden van 2022 zo’n 15 procent moeten prijsgeven.

Impact oorlog Oekraïne

Michel Ernst, aandelenstrateeg bij CBC, merkt in een nota aan de beleggers op dat alternatieve of
hernieuwbare energie momenteel één van de sterkhouders op de beurs is. “Die sector presteert dankzij de Russische inval zo’n 15 procent beter dan de MSCI World index, omdat een versnelling in de energiewende zich opdringt. Meer alternatieve energiebronnen dus, met minder (Russisch) olie en gas”, verduidelijkt hij.

Ook de Amerikaanse bank Goldman Sachs verwacht veel van de energieaandelen. “Beleidsmatige rugwind, verbeterende fundamentele factoren in de sector, gecombineerd met de positionering van investeerders (…) geven ons meer redenen om optimistisch te zijn over de vooruitzichten voor de Green Energy Majors”, wierp de bank op in een recent rapport.

JPMorgan is er eveneens van overtuigd dat energieaandelen “de beste gok” zijn op dit moment. Volgens de Amerikaanse bank is het na de recente en scherpe terugval, nu het moment om dergelijke aandelen te kopen. De koers van de Energy Select Sector SPDR Fund, een ETF die de energiebedrijven uit de S&P500 volgt, is vorige maand gezakt met bijna 20 procent, maar noteert nog altijd 25 procent in de plus in vergelijking met begin dit jaar.

De aandelenstrateeg van CBC lijkt de overtuiging van JPMorgan te delen. “Heel wat bedrijven zijn bezig op het domein van alternatieve of hernieuwbare energiebronnen. Die hadden de voorbije jaren flink de wind in de zeilen en bereikten hun piek begin 2021, na het eerste pandemiejaar. Ondertussen is een flink deel van de koerswinst opgesoupeerd en is weer ruimte voor opwaarts potentieel”, klinkt het.

Beginfase energietransitie

Hoe vlot verloopt de mondiale overstap naar groene energie? Uit een rapport, genaamd Global Electricity Review 2022, van de milieu-denktank Ember blijkt dat wind- en zonne-energie in 2021 voor het eerst meer dan 10 procent van de elektriciteit in de wereld opwekten. Ter vergelijking: in 2020 was dat 9,3 procent en in 2015 (het jaar waarin het klimaatakkoord van Parijs werd ondertekend) slechts 4,6 procent.

Gecombineerd genereerden duurzame energiebronnen (waterkracht, wind, zon, bio-energie, kernenergie en andere) 38,2 procent van de wereldwijde elektriciteit in 2021. Dat was meer dan steenkool (36,5 procent) in datzelfde jaar.

Ernst voegt er wel aan toe dat de meeste landen zich nog in de beginfase van de energietransitie bevinden. “In het huidige decennium zou de groei echter nog groter kunnen zijn dan in de recente recordjaren”, klinkt het. Hij verwijst daarbij naar de prognoses van het Internationaal Energie Agentschap (IEA). Die organisatie voorspelt dat de wereldwijde capaciteit voor hernieuwbare elektriciteit met 60 procent kan aandikken tussen 2022 en 2026 tot meer dan 4.800 gigawatt. Dat is evenveel als de
huidige elektriciteitsproductie uit fossiele brandstoffen en kernenergie samen.

(fjc)

Meer