Klacht opstandige aandeelhouder tegen Nationale Bank verworpen

Een opstandige aandeelhouder van de Nationale Bank van België heeft ook bij het Hof van Cassatie geen gelijk gekregen in zijn strijd tegen de boekhouding van de financiële instelling. Dat heeft de Nationale Bank in een mededeling zelf bekend gemaakt.

Een private aandeelhouder was naar de rechter getrokken omdat de Nationale Bank verscheidene jaarrekeningen niet correct zou hebben opgemaakt. Daarbij had de ontevreden aandeelhouder de rekeningen van de jaren 2012, 2013 en 2014 gecontesteerd.

Ongegrond

De man legde klacht neer bij de ondernemingsrechtbank van Brussel. Daar was de eis echter afgewezen. Het hof van beroep had vervolgens de uitspraak van de lagere rechtbank bevestigd. Daarbij was het hoger beroep van de betrokken aandeelhouder ongegrond verklaard.

Nu heeft ook het Hof van Cassatie duidelijk gemaakt de eerdere uitspraken te steunen. Opgemerkt werd daarbij dat de Nationale Bank haar jaarrekening opmaakt in overeenstemming met het bijzonder boekhoudkundig referentiekader dat op haar van toepassing is.

De Nationale Bank wijst erop dat de jongste uitspraak past in een lange reeks van vonnissen en arresten die door verschillende juridische instanties zijn uitgesproken in juridische procedures die door een aantal aandeelhouders tegen de financiële instelling waren opgestart.

‘Die uitspraken waren telkens in het voordeel van de Nationale Bank,’ aldus een melding van de instelling in een reactie op de uitspraak van het Hof van Cassatie. ‘Hieruit blijkt dat de Nationale Bank het rechtskader dat op haar van toepassing is, correct hanteert.’

Gesloten deuren

De voorbije zomer was er nog een zaak waarbij een aandeelhouder bij de rechtbank had geprotesteerd omdat de aandeelhoudersvergadering achter gesloten deuren had plaatsgevonden.

De Nationale Bank had die maatregelen naar eigen zeggen onder druk van de coronacrisis doorgevoerd, maar de klager was van mening dat de bank het vraagrecht van de aandeelhouders niet respecteerde door enkel schriftelijke vragen toe te laten.

De rechter stelde de aandeelhouder echter in het ongelijk.

Meer