De Verenigde Staten (VS) hebben naar eigen zeggen bij een drone-aanval op 29 augustus een terroristische aanslag verijdeld, maar uit een analyse van de camerabeelden door The New York Times blijkt dat de drone een hulpverlener heeft gedood. Er is volgens de krant geen bewijs dat er terroristen aanwezig waren in de wagen die de VS hebben aangevallen.
De militaire operatie van de Verenigde Staten in Afghanistan zit erop. Het land heeft eind augustus Kaboel verlaten. Tijdens de laatste weken van de zomermaand hebben verschillende overheden, waaronder België, zoveel mogelijk landgenoten uit Kaboel proberen weg te halen. De Taliban hebben daar de macht overgenomen. Maar tijdens die reddingsoperaties hebben enkele extremisten van de terreurorganisatie IS-K een aanslag gepleegd net buiten de luchthaven van Kaboel. Dertien Amerikaanse soldaten en zo’n 170 Afghaanse burgers kwamen daarbij om het leven.
Rechtvaardige aanval?
Op 29 augustus reageerden de Verenigde Staten met een drone-aanval. Het Pentagon had naar eigen zeggen een terroristische aanslag verijdeld door een auto waarin een bom aanwezig was te vernietigen. De bestuurder van de wagen heeft daarbij het leven gelaten. Het leger sprak van een “rechtvaardige aanval.” Maar de Amerikaanse krant The New York Times trekt die verklaring nu in twijfel.
De krant baseert die twijfels op een analyse van het beeldmateriaal van lokale beveiligingscamera’s en interviews met collega’s en familieleden van de bestuurder van de auto. Volgens de Amerikaanse krant was er geen uitsluitend bewijs dat de man explosieven op zich had of dat hij banden had met een terreurorganisatie.
Militaire functionarissen zeiden dat ze de identiteit van de bestuurder van de auto niet kenden toen de drone de aanval inzette. Het leger had zich gebaseerd op “verdachte activiteiten eerder die dag.” Op videobeelden was te zien hoe de man diezelfde dag zijn wagen vollaadde met jerrycans. Het Pentagon was ervan overtuigd dat daarin explosieven aanwezig waren. Volgens The New York Times is daar niets van aan en waren de jerrycans gevuld met water. “Ze waren bedoeld om naar zijn familie te brengen”, aldus de krant.
“Geen tweede explosie”
Het leger was er achteraf nog steeds van overtuigd dat er explosieven aanwezig waren in de wagen. “Aangezien na de raketinslag een omvangrijke secundaire explosie plaatsvond, zat in de auto waarschijnlijk een grote hoeveelheid springstof”, klonk het bij generaal Mark Milley. The New York Times heeft weliswaar geen bewijs gevonden van een tweede explosie.
Volgens de Amerikaanse krant heet de omgekomen chauffeur Zemari Ahmadi, een man die al lange tijd werkzaam was voor een Amerikaanse hulpgroep. Voorts benadrukt The New York Times dat de man tijdens die dag veel verplaatsingen deed om vrienden van en naar hun werk te brengen.
Tot slot zou het leger ook het aantal burgerlijke slachtoffers onderschat hebben. Na de aanval sprak het leger van mogelijk drie burgerslachtoffers, maar de krant spreekt van minstens tien doden, waaronder zeven kinderen. De Taliban zeiden eerder al dat er meerdere burgerslachtoffers waren gevallen bij de aanval.
Lees ook: