Carlos Tavares: “Elektrische wagen is een keuze van de politiek”

De strategie van de Europese Commissie om verbrandingsmotoren uit te faseren en door een elektrische aandrijving te vervangen, is een politieke keuze die met sociale en zelfs ecologische risico’s is gelinkt. Dat heeft Carlos Tavares, chief executive van de autogroep Stellantis, in een interview met een aantal Europese media gezegd. Hij waarschuwde daarbij ook dat een aantel merken die transitie mogelijk niet zullen overleven.

Sinds de samensmelting tussen Fiat Chrysler en PSA Group tot Stellantis heeft Tavares al 30 miljard euro gereserveerd om de groep de transitie naar de elektrische mobiliteit te laten maken.

Goedkoper en sneller

Met de overstap naar een elektrische aandrijving wil de autosector zijn ecologische voetafdruk drastisch verkleinen. “Er zijn echter goedkopere en snellere manier om de uitstoot van koolstofdioxide te verminderen”, betoogde de topman van Stellantis.

“Rekening houdend met de huidige Europese energiemix moet een elektrische auto een afstand van 70.000 kilometer afleggen om de ecologische voetafdruk van de productie van de batterij te compenseren en een inhaalbeweging op een licht hybride voertuig, dat bovendien de helft goedkoper is, te beginnen.”

Tavares stelde verder dat de autofabrikanten door de introductie van een verbod op voertuigen met een verbrandingsmotor tegen het midden van het volgende decennium in Europa snel moeten starten met projecten om hun fabrieken en toeleveringsketens te transformeren.

“Die brutaliteit van deze verandering dreigt een aantal sociale risico’s te creëren”, betoogde de topman. Er moet volgens hem gevreesd worden dat niet alle merken die verschuiving zullen overleven, wat ook de inkomsten van vele huishoudens zou kunnen ondermijnen.

Italië

Tegelijkertijd waarschuwde Tavares dat een aantal gezinnen mogelijk ook niet in staat zullen zijn om een elektrische wagen te kopen, terwijl ze nog steeds een auto nodig hebben.

Tavares nuanceerde ook zijn beloftes om geen fabrieken van Stellantis in Europa te zullen sluiten. “Over het algemeen houd ik mij aan de beloften die ik heb gedaan, maar we moeten ook competitief blijven”, benadrukte hij.

Hij had het daarbij onder meer over de productiekosten die de groep in Italië heeft en volgens hem aanzienlijk duurder – soms het dubbele – van sites in andere Europese landen zijn.

Die hoge kosten zijn volgens Tavares het gevolg van de exorbitante energieprijzen. De Italiaanse regering zou echter aan een oplossing werken. Eind dit jaar zouden beide partijen rond de knelpunten opnieuw overleg plegen.

Meer