De coalitiepartners CD&V, N-VA en Open VLD hebben onder elkaar een zwijgakkoord afgesproken. Hierdoor kunnen parlementsleden in de coalitie geen voorstellen voor decreten of resoluties indienen zonder vooraf de goedkeuring van de meerderheid te krijgen.
Het zogenoemde zwijgakkoord werd vastgelegd tussen de CD&V, N-VA en Open VLD tijdens de vorming van de Vlaamse regering. In de praktijk betekent dit dat parlementsleden van die meerderheid nu nog moeilijk van de partijlijn kunnen afwijken.
Dit soort praktijken wordt al toegepast in meerderheden sinds de paars-groene regering in 1999. Maar dat begint wel stilaan wrevel op te wekken in de partijrangen. Zeker bij de jongere generaties in het gelid.
De democratie verlammen
N-VA-fractieleider Wilfried Vandaele vertelde aan De Tijd dat er volgens hem wel mechanismen zijn om die druk weg te nemen. Hij sprak van een zogenaamde ‘conceptnota’. Een parlementslid kan die indienen om een voorstel naar voren te schuiven, al blijft dit wel geheel vrijblijvend. Volgens Vandaele zouden er ‘rare toestanden’ voorvallen moesten decreten worden ingediend zonder de steun van de meerderheid. Situaties waar de oppositie een voorstel overneemt en de meerderheid tegen haar eigen ideeën moeten stemmen, worden zo vermeden, aldus Vandaele.
‘Als parlementslid is het natuurlijk belangrijk dat je afspraken nakomt zoals die in het regeerakkoord staan. Dat wilt men eigenlijk waarborgen met zo’n zwijgakkoord,’ vertelt Armel de Schreye, voorzitter van jong VLD Brabant. ‘Maar hierdoor ontstaat eigenlijk een volledig nieuw probleem. Als je als parlementair op dit moment een sociale kwestie wilt aankaarten, die toevallig buiten dat regeerakkoord valt, is dat amper mogelijk.’
Volksvertegenwoordigers kunnen op dit moment moeilijk hun eigen accent leggen in het parlement, meent de Schreye. ‘We verlammen de democratie door initiatieven te laten wachten op de toestemming van een meerderheid’, klinkt het.
Voorbeeldfunctie van het federaal parlement
‘We zien dat jonge liberalen en burgers die begaan zijn met de democratie natuurlijk ontgoocheld worden door deze praktijken. Dit gaat dan ook over het hart van onze democratie’, zegt de Schreye. Die opkomende garde wilt graag de politiek geloofwaardiger maken door te zorgen dat parlementairen hun werk kunnen doen. Zonder vooraf goedkeuring te krijgen van het leiderschap dan.
Binnen het federaal parlement zou er geen zwijgakkoord bestaan. ‘Dit siert het federaal bestuursorgaan. Zij nemen vanaf nu dan ook een voorbeeldfunctie aan in ons land’, zegt de Schreye.