De producentenprijsindex in China is voor het eerst sinds 2020 gedaald. Doorgaans zien we in navolging daarvan ook een soortgelijke daling in de Verenigde Staten.
Is dit het eerste signaal dat de wereldwijde inflatie aan kracht verliest?

Waarom is dit belangrijk?
Beleggers en analisten zijn op zoek naar een eerste signaal dat de inflatie aan het afzwakken is. Ze hopen dat dat de centrale banken zal aanzetten om de rentes minder fors te verhogen. Er wordt gevreesd dat het verstrakkende geldbeleid zal leiden tot een recessie.In het nieuws: de Chinese producentenprijsindex, die de grondstoffenprijzen volgt, is in oktober voor het eerst sinds de coronapandemie gedaald.
- In die maand werd een daling met 1,3 procent opgetekend tegenover een jaar geleden. Dat lijkt misschien niet veel, maar het volgt op dubbelcijferige stijgingen.
- Onder andere de prijs van ijzer, staal en steenkolen is gedaald.
- Dit is een zeer belangrijk signaal, aangezien veranderingen in de producentenprijzen in China gewoonlijk één of twee maanden voorlopen op dezelfde wijzigingen in de VS.
De context: een vertragende groei in China is goed nieuws voor de inflatie
- De inflatie in China stijgt niet zo fors als in de VS en Europa. Dat komt onder meer omdat het zerocovidbeleid een neerwaartse impact heeft op de binnenlandse vraag, wat op zijn beurt de economische groei afremt.
- De groei zal in 2022 naar verwachting uitkomen op 3 procent in plaats van de verhoopte 5 procent. De afgelopen decennia was er nog sprake van een dubbelcijferige groei.
- Dat is geen slecht nieuws: een bloeiende Chinese economie zou de wereldwijde inflatie verder aanwakkeren.
En nu: waarom daalt de inflatie nog steeds niet?
- De eerste recessiesignalen zijn er al. China zag zijn export in oktober opnieuw met 0,3 procent dalen ten opzichte van het voorgaande jaar, terwijl een stijging met 4,3 procent op jaarbasis werd verwacht. Dat bewijst dat de wereldwijde vraag vertraagt.
- Grote bedrijven, waaronder de techgiganten, snoeien in de personeelskosten.
- Nu de energieprijzen zich stabiliseren, zou men verwachten dat de inflatie afneemt. Maar wat voor olie en gas geldt, geldt minder voor elektriciteit, waarvan de prijs in Europa nog steeds 175 procent hoger ligt in vergelijking met begin dit jaar. Bovendien verbergen de steunmaatregelen van de overheden een deel van de prijsstijgingen. Dat verklaart waarom we nog geen algemene daling van de geldontwaarding hebben gezien.
- In ieder geval hebben de centrale banken, waaronder de Federal Reserve en de Europese Centrale Bank (ECB), duidelijk gemaakt dat ze nog niet klaar zijn met de renteverhogingen. Ze sluiten niet uit dat ze de komende maanden minder fors aan de handrem zullen trekken, maar dat betekent niet dat de monetaire instellingen plots het geweer van schouder gaan veranderen. We stevenen eerder af op een kleine, langdurige recessie dan op een zeer korte, scherpe recessie.
- In ieder geval wordt in de VS deze week met spanning uitgekeken naar het nieuwe inflatierapport. Dichter bij huis, in België, verwacht het Federaal Planbureau voor november en december een inflatie van ongeveer 10 procent. Dit is minder dan in oktober (12 procent), maar het toont aan dat de forse geldontwaarding nog niet snel zal verdwijnen.
(ns/lb)