Wereld maakt zich zorgen om toekomst Belgisch trappistenbier

Er zijn almaar minder monniken die willen toezien op de productie van Belgisch trappistenbier. Dat bevestigt een reportage door de Wall Street Journal, die het probleem daarmee internationale allure geeft.

Trappistenbrouwerijen zijn verbonden met abdijen van trappistenmonniken, die van oudsher bier brouwden en verkochten om in hun levensonderhoud te voorzien. Naarmate deze kloosterordes afbrokkelen, wordt het voor sommigen echter moeilijk om het nodige personeel aan te houden, aangezien het beschermd keurmerk trappist een zekere mate van betrokkenheid van de monniken bij het brouwen van het bier vereist.

Om het label ‘Authentic Trappist Product’ (ATP) te krijgen van de Internationale Vereniging Trappist moet officieel aan drie voorwaarden voldaan zijn: het bier moet gebrouwen worden in een klooster, onder toezicht van monniken en met winst die naar goede doelen of de abdij gaat. Het ATP-label kan overigens ook aan andere producten toegekend worden, zoals kaas, likeuren en chocolade.

In januari verloor de Achelse trappist als eerste van de Belgische trappisten zijn ATP-label, omdat er geen broeders meer zijn. Gelukkig valt het onder de trappistenabdij van Westmalle, waardoor Achel zich toch nog trappist mag noemen. Slechts dertien kloosters wereldwijd beschikken voor hun producten over een vijfjarige licentie voor het ‘Authentic Trappist Product’-label. De Belgische leden zijn Orval, Chimay, Rochefort, Westmalle en Westvleteren. (wdm)

Meer