Spreken is zilver, zwijgen is goud
Doorheen de eeuwen was ook het gebruik van zilver als betaalmiddel courant. Naast zilveren muntstukken waren er de zilvercertificaten. Dat waren papieren certificaten die tegen zilver konden worden omgeruild. Een zilverstandaard avant la lettre, als het ware. Zilver had vele voordelen: omdat het een pak minder waard is dan goud, had het een kleinere monetaire waarde en was het makkelijk inzetbaar bij kleinere transacties.
Zilver is een fascinerend edelmetaal dat steeds een unieke dubbelrol heeft vervuld: naast zijn gebruik als geld wordt het ook overvloedig gebruikt in de industrie. Zilver heeft van alle metalen de beste elektrische geleidbaarheid. Daarnaast is zilver van alle metalen ook de beste warmtegeleider en heeft het de hoogste optische reflectie.
Zilver spreekt investeerders maar matig aan
De lijst van zaken waarin zilver verwerkt zit, is dan ook lang: batterijen, computers, spiegels, chirurgisch materiaal, wasmachines, juwelen, zonnepanelen, plasmaschermen, … Met andere woorden: het leven zoals we het vandaag kennen, zou niet hetzelfde zijn zonder zilver.
Maar in het overgrote deel van deze apparaten is het zilver niet recycleerbaar en gaat het dus verloren. Dat betekent ook dat de vraag naar zilver prijsinelastisch is. De hoeveelheid zilver die wordt gebruikt is dermate klein dat zelfs een verdubbeling van de zilverprijs amper effect zou hebben op de uiteindelijke eindprijs van het product waarin het verwerkt zit. De industrie verbruikt 57% van het totale zilveraanbod en die vraag nam samen met het aanbod sinds 2010 licht af. Tot 2016, toen de onrust op de financiële markten en de complexe huidige geopolitieke situatie de vraag opnieuw deed toenemen. Dat terwijl het globale aanbod in 2018 met 3% daalde.
Waarom noteert zilver dan op een fractie van de goudprijs? Zilver spreekt investeerders maar matig aan. In tegenstelling tot goud is het veel volumineuzer. Wie vandaag 30 gram goud koopt, kan voor eenzelfde bedrag om en bij de 2,5 kilo zilver krijgen. Het succes van goud en diamant zit net in het gemak om grote waarden snel en discreet te vervoeren.
Verder verkleurt zilver omdat het reageert op zwavel, dat overvloedig in de lucht aanwezig is. Na verloop van tijd verliest het zijn glans en wordt het zwart. Tenslotte is de prijs van zilver volatieler dan die van goud, omdat zilver meer industrieel gebruik kent en dus gevoeliger is voor recessies en periodes van economisch herstel. Niet iets waar beleggers op zitten te wachten.
Bloody Thursday: hoe het zilvermonopolie van de de broers Hunt onderuit ging
Fascinerend in dat verband is de poging van de Texaanse familie Hunt midden jaren 70 van vorige eeuw om alle zilver in de wereld op te kopen. De Hunts behoorden in die tijd tot de rijkste families van de VS en zelfs van de ganse wereld.
‘Iedereen was erop uit de wereld – en meer specifiek de Hunts zelf – ten val te brengen’
Hun poging om een absoluut zilvermonopolie te bewerkstelligen, moet gezien worden tegen de chaotische economische en politieke achtergrond van die tijd. De oliecrisis woedde volop. De Arabische landen hadden de olieprijs met 70% verhoogd en verminderden de olieproductie elke maand met 5%. De prijs van een vat olie steeg explosief. België voerde voor het eerst autoloze zondagen in en dat had niets met de klimaatwijziging te maken.
Een jaar later bereikte de inflatie in de VS ruim 14%. Overal ter wereld werd geld gedrukt dat het een lieve lust was. De val van de dollar leek een kwestie van maanden. De Hunts zagen in edelmetalen de enige uitweg om hun fortuin veilig te stellen.
In het boek The Big Rich beschrijft auteur Bryan Burrough de geestesgesteldheid van Bunker, een van de drie broers Hunt, als volgt: ‘Bunker zag – net als zijn vader – de wereld stilaan maar zeker naar de verdoemenis gaan. De communisten, de joden, de Rockefellers, de Arabieren, de Russen, de Chinezen, de hippies, … Iedereen was erop uit de wereld – en meer specifiek de Hunts zelf – ten val te brengen.’
Vader Hunt was een verwoed gokker geweest, die zijn gokwinsten in olie had geïnvesteerd en zo fortuin had gemaakt. Kolossale risico’s nemen maakte deel uit van zijn ochtendroutine. Maar dat gebeurde niet zonder een lichte vorm van achtervolgingswaanzin.
De Hunts waren ervan overtuigd dat ze door de overheid werden geviseerd. De Hunts achtten de tijd aangebroken om hun fortuin te beschermen tegen de grote schommelingen op de olie- en financiële markten. Omdat het Amerikanen in die jaren verboden was goud te bezitten, zette de familie haar zinnen op zilver.
Hun achtervolgingswaanzin werd uiteindelijk hun selffulfilling prophecy
Door de vraag naar zilver op te voeren, hoopten ze de prijs omhoog te jagen. Tussen 1973 en 1979 kochten de broers zo’n 6.000 ton zilver. Goed voor 46% van de toen beschikbare wereldvoorraad. Om een belasting van 5% in eigen land te omzeilen, stockeerden ze hun zilver fysiek in Zwitserse kluizen. Hun plan leek te slagen, want de prijs van zilver steeg in dezelfde periode uiteindelijk met factor 28.
Dat succes trok uiteraard ook andere investeerders aan, wat de prijs nog een extra boost meegaf. De broers werden echte celebrities omdat ze erin geslaagd waren om op minder dan 10 jaar de prijs van zilver kunstmatig op te drijven. Op een bepaald moment bezaten ze 77% van alle zilver in de wereld.
Maar de voormelde achtervolgingswaanzin werd uiteindelijk hun selffulfilling prophecy, want op 21 januari 1980 verbood de Amerikaanse grondstoffenbeurs – met steun van de regering – de verdere aankoop van zilver. Zilver mocht dus enkel nog worden verkocht en dat alleen aan kopers die door de commodities exchange waren goedgekeurd.
Het spel was gespeeld en de Hunts konden er niets meer aan veranderen. Ze konden enkel nog verkopen, maar door massaal zilver aan te bieden zouden ze paniek op de markten veroorzaken. Op enkele dagen tijd daalde de zilverprijs met 30%. Alsof dat nog niet genoeg was, verbood Paul Volcker, de toenmalige voorzitter van de Amerikaanse centrale bank FED, financiële instellingen om leningen toe te kennen wanneer het geld werd gebruikt om er edelmetalen mee te kopen.
Toen de Hunts in maart van 1980 een lening van 135 miljoen dollar aan een van hun vele leenheren moesten terugbetalen, zat er voor de broers weinig anders op dan hun zilvervoorraden aan te spreken. De Hunts kregen het steeds moeilijker en probeerder alsnog het tij te keren door samen met een reeks Arabische investeerders papieren obligaties op te stellen die ondersteund werden door hun 200 miljoen onsen zilver. Ze hoopten op die manier een internationale munteenheid op te zetten die als basis een zilverstandaard zou hebben, een equivalent van de goudstandaard met andere woorden.
Maar dat plan mislukte waarna de zilverprijs verder daalde. De broers kregen op 27 maart 2018 uiteindelijk nog 11 dollar per ons zilver, 78% minder dan 10 weken eerder. Een datum naar dewelke nog steeds wordt gerefereerd als Bloody Thursday.
Bunker en Herbert Hunt zouden uiteindelijk veroordeeld worden voor manipulatie. De monsterboete die hen werd opgelegd, zou hen het faillissement in duwen. Maar beide broers zouden over de jaren heen hun miljardairsstatus heroveren, dankzij hun investeringen in olie. Bunker stierf in 2014, Herbert is ondertussen 90. Zijn fortuin wordt op 2 miljard dollar geschat.