Het Witte Huis en het Centers for Disease Control and prevention (CDC) vragen Facebook, Google, Twitter, Apple, Amazon, Microsoft, IBM, Cisco en andere techbedrijven om hen meer uitgebreide toegang te geven tot de locatiegegevens van de Amerikanen via hun smartphone. Dat meldt de Washington Post. Op die manier wil Washington de verspreiding van het coronavirus bestrijden.

Syndomic surveillance

Anonieme, gebundelde gebruikersgegevens die door de techbedrijven worden verzameld kunnen door de overheid worden gebruikt om de verspreiding van de ziekte in kaart te brengen – een praktijk die als ‘syndomic surveillance’ bekend staat. De gegevens kunnen ook worden ingezet om te zien of mensen ‘social distancing’ respecteren.

De voorbije dagen zijn daarover gesprekken gevoerd tussen vertegenwoordigers van de grote techbedrijven en de overheid. Washington maakt van het bekomen van deze gegevens een absolute prioriteit.

Gelijkaardige en zelfs nog agressievere surveillancemethoden zijn al gebruikt in China, Zuid-Korea en Israël. Maar privacy-activisten zijn op hun hoede en vezen dat de overheid nog andere plannen heeft met de gegevens.

Techbedrijven komen in lastige positie

De techbedrijven bevinden zich in ieder geval in een lastige positie: ze moeten hun verantwoordelijkheden met betrekking tot de privacy van gebruikers nu afwegen tegen hun morele plicht om te helpen bij de bestrijding van een ziekte die duizenden mensenlevens heeft gekost en de wereldeconomie tot stilstand heeft gebracht.

Volgens een aantal bronnen zouden de gegevens geanonimiseerd worden en zou de overheid geen toegang hebben tot de locaties van specifieke personen. Gebruikers zouden daarenboven verplicht worden om zich zelf aan te melden.

Facebook voorziet wetenschappers en NGO’s in sommige landen al van geanonimiseerde gegevens om te helpen bij de preventie van ziekten. Het bedrijf denkt dat een soortgelijke inspanning de verspreiding van het virus kan helpen begrijpen en bestrijden. Andere bronnen waarschuwen dat het overmaken van deze gegevens aan de overheid in de toekomst tot de erosie van de individuele privacy zal leiden, vooral als de overheid niet-geanonimiseerde gegevens gaat opeisen.