Tunnel van 18 km verbindt Duitsland met Denemarken

Met een lengte van 18 kilometer wordt de Fehmarnbelt-verbinding tussen Duitsland en Denemarken de langste afgezonken tunnel ter wereld. Op tien minuten steekt u via de nieuwe verbinding de Oostzee over.

Bouwbedrijf Vinci is deze week gestart met de bouw van de snelle verbinding tussen het Duitse eiland Fehmarn en het Deense eiland Lolland. Als alles goed gaat, kunnen reizigers tegen de herfst van 2029 via deze verbinding de Oostzee oversteken. Het gaat niet om een in zee geboorde tunnel, wel om verschillende tunneldelen die worden afgezonken via het wateroppervlak. Dat maakt het tot de langste (spoor)wegtunnel ter wereld via deze techniek. De verbinding zal zich 35 meter onder het zeeniveau bevinden.

50 minuten tijdswinst

Een grote troef aan dit huzarenstukje is de snelheid waarmee je vanuit het Duitse Puttgarden naar de haven van Rodby in Denemarken kan reizen. Met de verbinding kan dit over enkele jaren op tien minuten met de auto of zeven minuten met de trein. Een dankbaar alternatief tegenover een uur op de veerboot, of een omweg maken van 160 kilometer (zie afbeelding onderaan). Het project van 7,4 miljard euro werd in 2008 al goedgekeurd door beide landen.

Vijf rijstroken

De techniek die wordt gebruikt is niet nieuw, maar de omvang van het project is omgezien. De langste tunnel die op dezelfde manier werd geconstrueerd ligt in Hongkong en is ‘slechts’ 6, 7 kilometer lang. Voor het project worden maar liefst 1.500 medewerkers ingeschakeld. De Fehmarnbeltverbinding zal bestaan uit vijf rijstroken: twee voor auto’s, twee voor een spoorlijn en een technische rijstrook.

Meer