De Belgische bevolking moet zoveel mogelijk blijven werken om de economie draaiende te houden. De werkgevers moeten dan ook voldoende voorzorgen nemen zodat mensen die niet kunnen telewerken toch op een veilige arbeidsomgeving kunnen rekenen.
Dat heeft Piet Vanthemsche, één van de co-voorzitters van de Economic Risk Management Group (ERMG) die de regering in de aanpak van de coronacrisis moet bijstaan, op Radio 1 gezegd.
Bescherming
‘Mensen worden geconfronteerd met een aantal maatregelen die hen moeten beschermen tegen het virus,’ zegt Vanthemsche. ‘Langs de andere kant willen we mensen ook aanmoedigen om aan het werk te blijven. Dat kan tegenstrijdig klinken.’
‘Er zijn echter duidelijke afspraken. Wie kan thuiswerken, moet thuiswerken. Waar dat niet kan, moeten er door de werkgever voldoende voorzorgen worden genomen om de werknemer voldoende te beschermen.’
Vanthemsche benadrukt dat een positieve aanmoediging nodig is en dat we mensen dankbaar moeten zijn dat ze blijven werken, zodat onze economie kan blijven draaien. Vanthemsche verwijst dan naar chauffeurs, werknemers in industriële sectoren, in de farmaceutica en de voedingssector.
Tijdelijke werkloosheid
‘Dat is erg belangrijk voor de rest van de economie en voor het dagelijks leven,’ zegt Vanthemsche. ‘Op die manier kan ook worden vermeden dat de bevoorradingsketens wegvallen. Wie ziek is, moet uiteraard wel thuis blijven.’
Toch erkent Vanthemsche ook het belang van tijdelijke werkloosheid. ‘Een aantal bedrijven kunnen niet meer werken omdat de vraag wegvalt. Tijdelijke werkloosheid is heel belangrijk om ervoor te zorgen dat mensen hun werk niet verliezen. Een statuut met een tijdelijke uitkering, waarbij men meteen terug aan het werk kan als het probleem zich herstelt, is sociaal gezien dan ook een heel belangrijke maatregel.’