Namibië wil Europa van duurzame energie voorzien

Namibië heeft de potentie om voor Europa een belangrijke leverancier van duurzame energie te worden. Dat heeft James Mnyupe, economisch adviseur van de Namibische president Hage Geingob, gezegd tijdens een recente promotietour om Europa voor het energieproject van het Afrikaanse land warm te maken. Maar ook andere kandidaten tonen interesse in het Namibische aanbod.

Europa moet zware inspanningen doen om de ecologische voetafdruk van zijn economie te verminderen en een einde te maken aan zijn afhankelijkheid van leveringen van olie en gas uit Rusland. Namibië, een van de meest zonrijke landen in de wereld, is ervan overtuigd om op die Europese problemen een antwoord te kunnen bieden.

Zonovergoten en kurkdroog

“Namibië kan zoveel zonnekracht produceren dat het land binnenkort volledig voor zijn eigen elektriciteitsvoorziening zal kunnen zorgen”, benadrukt James Mnyupe. “Tegen het einde van dit decennium zou het land zelfs een exporteur van duurzame waterstof kunnen worden.”

Namibië is een land met een oppervlakte van 824.268 vierkante kilometer – ruimschoots twee keer groter dan Duitsland – in het zuidwesten van Afrika. Het land bestaat vooral uit woestijngebied en heeft een bevolking van amper 2,5 miljoen inwoners.

Met zijn zonovergoten en kurkdroog klimaat is Namibië dan ook perfect voor de bouw van gigantische zonneparken. De elektriciteit van die centrales kan worden ingezet voor de productie van waterstof, dat op zijn beurt als brandstof kan worden gebruikt of kan worden omgezet in ammoniak voor de aanmaak van kunstmest.

Waterstof wordt verkregen door de splitsing van water, waarbij ook nog zuurstof wordt gegenereerd. Dit proces gebeurt door elektrolyse, een techniek die bijzonder veel energie vereist. Namibië zegt zich echter in een unieke positie te bevinden om dat proces duurzaam te houden.

Het land beschikt immers over een uitgestrekte kustlijn. Daar kan massaal water voor elektrolyse worden gevonden. Zonneparken kunnen de elektriciteit leveren om die elektrolyse op een duurzame manier aan te pakken. De verkregen waterstof kan vervolgens naar een terminal worden afgevoerd en geëxporteerd.

De Europese Unie is van plan om tegen eind dit decennium 10 miljoen ton duurzame waterstof uit eigen middelen te produceren. Maar er wordt tevens gerekend op 10 miljoen ton import als vervanging van de aanvoer van steenkool, olie en gas.

“Het zal onmogelijk zijn om de volledige behoefte aan waterstof met een eigen productie te dekken”, erkent Jorgo Chatzimarkakis, secretaris-generaal van de sectororganisatie Hydrogen Europe. “Europa heeft daarvoor te weinig zon en wind. Afrika kan daarom een bijzonder belangrijke partner worden.”

China

Namibië selecteerde de voorbije herfst Hyphen Hydrogen Energy – een joint venture tussen de Duitse energiegroep Enertrag en investeerder Nicholas Holdings – als potentiële partner voor de bouw van een centrale voor de productie van waterstof in Tsau Khaeb, in het zuidwesten van het land.

Indien alles volgens planning verloopt, zou over vier jaar de eerste fase van de elektriciteitsproductie operationeel kunnen worden. Op volle kracht zou de site jaarlijks 300.000 ton duurzame waterstof kunnen produceren.

Maar de investering bij Tsau Khaeb geeft tevens een idee van de fondsen die Namibië nodig heeft om tot een toonaangevend producent van waterstof uit te kunnen groeien. Hyphen verwacht immers dat het project in totaal een investering van 9,4 miljard dollar zal vergen. Dat bedrag vertegenwoordigt nagenoeg het volledige jaarlijkse bruto binnenlandse product van Namibië (10,7 miljard dollar).

“Ook Chinese bedrijven hebben al interesse getoond”, gaf Mnuype nog aan. “Namibië zal samenwerken met iedereen die zich wil inspannen om het land te helpen zich te industrialiseren.”

De export van waterstof zou Namibië kunnen helpen zich los te maken van het traditionele kader waarin veel Afrikaanse landen gevangen zijn geraakt, waarbij ze louter als een exporteur van grondstoffen functioneren in plaats van geraffineerde producten met een hogere toegevoegde waarde te vervaardigen.

Met de investeringen in zonnekracht wil Namibië in eerste instantie echter volledig voor de eigen behoefte aan energie kunnen instaan. Momenteel wordt ongeveer tweederde van de Namibische elektriciteit vanuit het buitenland – vooral Zuid-Afrika – ingevoerd. “Dit project is dan ook een eerste stap vormen op de weg naar economische emancipatie”, geeft Mnyupe nog aan.

(fjc)

Meer