Energietransitie: Deens ingenieursconcern wil grootste waterstoffabriek van Europa bouwen

Het Deense bedrijf Topsoe gaat de “grootste” centrale op ons continent bouwen voor de productie van elektrolysers, de sleuteltechnologie bij de productie van groene waterstof.

Waarom is dit belangrijk?

De Europese Unie maakte recent haar plannen bekend om een einde te maken aan de Europese afhankelijkheid van Russische fossiele brandstoffen. Daaronder viel de doelstelling om tegen 2030 zo’n 10 miljoen ton hernieuwbare waterstof te produceren. Er zou zo'n 100 gigawatt (GW) aan elektrolysecapaciteit nodig zijn om die 10 miljoen ton te leveren - een aanzienlijk verschil met de ruwweg 0,3 megawatt (MW) die vandaag geïnstalleerd is.

500 megawatt (MW): dat is de verhoopte jaarlijkse capaciteit van de elektrolyse-installatiefabriek. Naar verwachting zal dit vermogen echter snel zal worden verdubbeld, wierp Topsoe-CEO Roeland Baan op tegenover het persagentschap Reuters. Hij voegde eraan toe dat er nog een optie was om op te schalen tot 5 gigawatt (GW).

De productie in de Deense fabriek moet in 2024 van start gaan. Er hangt een prijskaartje van 2 miljard Deense kronen (267 miljoen euro) aan vast, aldus nog Baan. Volgens de bestuursvoorzitter zal in augustus een definitieve investeringsbeslissing worden genomen.

“Grootste uitdaging”

Om de afhankelijkheid van Russische energie af te bouwen, heeft de Europese Commissie recent haar Green Deal herzien. Daarin speelt hernieuwbare waterstof een prominente rol. Aangezien ongeveer 200 GW aan hernieuwbare energie nodig zou zijn om de waterstofdoelstelling van het statenverband te halen, moet volgens Baan gerekend worden op een enorme groei in het aantal zonne- en windenergieprojecten. “Dat is de grootste uitdaging waarvoor wij staan”, klonk het.

Waterstof wordt pas als hernieuwbaar beschouwd wanneer het met behulp van groene energie wordt geproduceerd.

In dat kader hebben Denemarken, Nederland, Duitsland en ons land vorige week een deal aangekondigd om tegen 2050 minstens 150 GW aan extra windmolens in de Noordzee op te trekken. Beoogd wordt om een “groene energiecentrale” voor Europa te creëren.

Staalindustrie en chemiesector

De Europese bedrijfswereld stimuleert in toenemende mate de vraag naar hernieuwbare waterstof als grondstof voor zijn industriële processen. Onder meer de staalindustrie en de chemiesector willen met het gebruik van waterstof op het gebied van klimaatneutraliteit betere scores kunnen halen. Dat heeft geleid tot de bouw van een aantal elektrolyse-installaties, die water splitsen om groene waterstof te kunnen produceren.

Vorig jaar raakte bijvoorbeeld bekend dat in de vestiging van energiereus Shell in de Duitse stad Wesseling, het project Refhyne was opgestart. De site herbergt de grootste olieraffinaderij van Duitsland, maar beschikt sindsdien ook over de grootste elektrolyse-installatie die vooralsnog in zijn soort op ons continent te vinden is. De installatie moet Shell toelaten om hernieuwbare waterstof te produceren

Topsoe, van zijn kant, concurreert met het Duitse Sunfire, dat van plan is zijn jaarlijkse productiecapaciteit initieel tot 500 MW uit te breiden, met de bedoeling op te schalen tot 1 GW.

(ns)

Meer