Eind dit jaar komt er een einde aan de samenwerking tussen de British National Portrait Gallery en British Petroleum (BP). Het lopende contract wordt niet verlengd. Dat hebben beide partijen aangekondigd. Het Britse energieconcern is al dertig jaar sponsor van de BP Portrait Award, maar het partnerschap is de voorbije jaren in toenemende mate het mikpunt geweest van protesten, waarbij vooral de betrokkenheid van de producenten van fossiele brandstoffen bij de kunsten op de korrel werd genomen.
Drie jaar geleden had een groep van bijna tachtig toonaangevende kunstenaars Nicholas Cullinan, de directeur van de National Portrait Gallery, opgeroepen om de banden met British Petroleum te verbreken.
Opgemerkt werd dat de instelling zich niet langer mocht binden aan activiteiten die een schadelijke impact hebben op de planeet. Het jaar daarop werd British Petroleum voor de eerste keer in meer dan twintig jaar uit de jury van de Portrait Award geschrapt.
Motie van wantrouwen
De belangengroep Culture Unstained beklemtoonde dat de breuk duidelijk als een motie van wantrouwen tegenover de praktijken van BP moet worden bestempeld. “Het bedrijf heeft gedurende dertig jaar de kans gekregen om zichzelf als een verantwoordelijke filantroop te presenteren, maar krijgt het steeds moeilijker om zijn toxisch imago op te poetsen”, voerde Jess Worth, directeur van Culture Unstained, aan.
“Zelfs op dit ogenblik nog blijft BP miljoenen pond investeren in de exploratie van nieuwe bronnen voor de ontginning van olie en gas, waardoor de wereld nog verder in een klimaatcrisis wordt geduwd.”
De campagnes tegen de sponsoring van de kunstwereld door bedrijven uit de sector van de fossiele brandstoffen, hebben zich in het Verenigd Koninkrijk de voorbije jaren – naarmate de bezorgdheid over de omvang en ernst van de klimaatcrisis toeneemt – vermenigvuldigd.
Vijf jaar geleden werden na meer dan een kwarteeuw ook al de banden tussen BP en de Tate Gallery doorgeknipt. Het bedrijf had toen nog gezegd onder invloed van een extreem uitdagende zakelijke omgeving zijn beleid te moeten bijsturen.
British Museum
Drie jaar geleden zette ook de Royal Shakespeare Company de samenwerking met BP stop. Dat gebeurde nadat een aantal vooraanstaande actievoerders hadden aangevoerd dat het partnership de oliemaatschappij in staat stelde de destructieve realiteit van haar activiteiten te verdoezelen.
Een maand later maakte ook de National Galleries Scotland bekend omwille van klimaatproblemen zijn banden met BP te verbreken. Het National Theatre had op dat ogenblik ook al aangegeven zich niet langer door het olieconcern Shell te laten sponsoren.
BP blijft nog wel sponsor van het British Museum, maar recent hebben meer dan driehonderd archeologen en historici de beheerders van het museum in een brief gevraagd die banden door te knippen. Het personeel van het British Museum had eerder ook al tegen de samenwerking geprotesteerd.
(am)