IKEA wil coronahulp aan overheid teruggeven

De Zweedse meubelketen IKEA is met 9 landen in onderhandeling om geld dat ze van die respectieve overheden kreeg terug te geven. De keten zegt minder onder de Covid-19 crisis te hebben geleden dan verwacht.

In de Financial Times (€) zegt Tolga Oncu, retail operations manager bij Ingka Group, dat onderhandelingen over het teruggeven van overheidsgeld zijn opgestart. De betrokken landen zijn België, Kroatië, Tsjechië, Ierland, Portugal, Roemenië, Servië, Spanje en de Verenigde Staten.

Volgens Oncu verwachtte IKEA dat de omzet met 70 tot 80 procent zou dalen, maar is dat niet gebeurd. Vooral omdat vele klanten van de lockdowns gebruik maakten om hun huis op te frissen. ‘We weten vandaag meer dan we in februari en maart wisten. Het is nu het moment om te zeggen ‘Dankjewel voor de hulp, aan ons nu om iets terug te doen.’

Omdat er tussen de verschillende landen grote verschillen zijn in de manier waarop bedrijven werden geholpen, is het voor IKEA moeilijk te zeggen hoe de hulp zal worden terugbetaald. Belangrijkste is volgens Oncu ‘om het juiste signaal aan de maatschappij te geven’.

De maatregel stelt vele bedrijven voor een dilemma. Sommige bedrijven in bepaalde landen hebben al geld teruggegeven, vaak onder externe druk. Maar weinige multinationals hebben alle financiële hulp teruggegeven. 

IKEA sloot bij het begin van de crisis de meeste van zijn 374 winkels wereldwijd. Het gebuikte de noodhulp om zijn werknemers en hun families te beschermen. Vandaag blijkt dus dat niet al dat geld nodig is geweest. Ook in België mocht IKEA in de eerste dagen na de versoepeling van de lockdown massa’s klanten ontvangen.

Het bedrijf heeft ondertussen zelf een noodfonds opgezet waarin 26 miljoen dollar steekt. Dat geld kan door managers worden besteed aan lokale hulpinitiatieven.

Meer