‘Hernieuwbare energie heeft te weinig aandacht voor mensenrechten’

De hernieuwbare energiesector moet meer inspanningen doen om schendingen van de mensenrechten tegen te gaan. Landroof en andere types van misbruik dreigen het imago van de sector als een wereldwijd positieve kracht te ondermijnen. Dat is de boodschap van een studie van het Britse Business & Human Rights Resource Centre (BHRRC).

Het onderzoek is gebaseerd op een analyse van zestien grote beursgenoteerde operatoren en investeerders in duurzame energie. De studie keek naar verschillende indicatoren. Onder meer landrechten en arbeidsrechten werden onder de loep genomen. Daarnaast keken de onderzoekers ook naar maatregelen ter bevordering van de gezondheid en veiligheid en initiatieven om corruptie tegen te gaan.

Iberdrola

De onderzoekers benadrukken dat de industrie nog een lange weg moet afleggen om zijn aandacht voor mensenrechten, werknemers en omwonenden in zijn operaties en toeleveringsketens te tonen. Het Spaanse concern Iberdrola haalde met een score van 53 procent het beste resultaat.

Daarna volgden andere Europese operatoren zoals Acciona (51 procent), Ørsted (47 procent), Enel (44 procent) en EDP Group (34 procent). De Chinese operatoren CGN Group en PowerChina staan onderaan de rangschikking. Bij PowerChina kon zelfs geen enkele positieve actie worden opgetekend. Het bedrijf staat dan ook met 0 procent op de laatste plaats.

Gemiddeld lieten de onderzochte bedrijven een score van 22 procent optekenen. De onderzoekers merken daarbij op dat zelfs de ondernemingen met de best scores nog een lange weg moeten afleggen. Het rapport identificeerde de voorbije tien jaar 197 klachten wegens schendingen van mensenrechten bij de uitbouw van projecten voor hernieuwbare energie.

Landrechten

‘Vooral problemen met landrechten vormen een belangrijk knelpunt,’ zeggen de onderzoekers. ‘Er is hier sprake van een wijdverbreide en flagrante praktijk. Geen enkele onderneming blijkt een beleid te hebben geïmplementeerd om de landrechten te respecteren of het proces van landverwerving te regelen. Er is ook nergens een spoor van een beleid dat een eventuele verhuizing van bewoners rechtvaardig kan organiseren.’

Mary Robinson, professor klimaatethiek aan het Trinity College in Dublin, wijst erop dat producenten van fossiele brandstoffen voor hun investeringen vaak uitsluitend een rendement op korte termijn – ongeacht de mogelijke schade voor mens of leefmilieu – voor ogen hadden.

‘Daardoor hebben deze ondernemingen hun legitimiteit en sociale ondersteuning verloren,’ werpt Robinson op. ‘Als datzelfde gebeurt met de operatoren voor hernieuwbare energie, kan dit de expansie naar een uitstootvrije toekomst in sterke mate hinderen.’

Meer