Goedkope nachttreinen moeten Franse reissector duurzamer maken

In Frankrijk heeft de Société Nationale des Chemins de Fer (SNCF) de nachttrein tussen Parijs en Nice nieuw leven ingeblazen. Het initiatief is een poging om verplaatsingen over middellange afstanden ecologischer te maken. Een trein is op die afstanden immers zowel goedkoper als milieuvriendelijker dan het vliegtuig.

De Franse spoorwegmaatschappij krijgt van de overheid een budget van 100 miljoen euro om de uitbouw van zijn netwerk nachttreinen te investeren. Dat pakket vormt een onderdeel van een totaal pakket van 5,3 miljard euro die in het economisch herstelplan van de Franse regering aan de spoorwegsector is toegewezen.

Verlieslatend

Volgens de Franse regering zullen de middelen worden gebruikt voor de vernieuwing van de spoorweginfrastructuur, de afbouw van de ecologische voetafdruk van de sector, de beperkingen van de geluidsoverlast, de bereikbaarheid van stations en de beveiliging van de overwegen.

Volgens Greenpeace verbruikt een vliegtuig voor een vergelijkbare reis zes keer meer energie dan een trein. Een retourvlucht tussen Parijs en Zürich stoot bijvoorbeeld 300 kilogram koolstofdioxide per persoon uit, vergeleken met 48 kilogram voor de trein. 

Er waren de voorbije periode in Frankrijk slechts nog slechts twee nachttreinen operationeel. Op de verbinding tussen Parijs en Briançon in de Alpen werden vorig jaar 125.000 passagiers geteld. De route tussen Parijs en Perpignan registreerde 273.000 reizigers.

Midden vorig decennium reden in Frankrijk nog een vijftiental nachttreinen. Om besparingsredenen werden deze verlieslatende diensten echter nagenoeg allemaal geschrapt. Een ticket voor de nieuwe verbinding kost tussen 19 euro en 29 euro. 

Het collectief ‘Oui au Train de Nuit’ wijst erop dat de nachttrein voor het leefmilieu nog andere voordelen heeft. Onder meer wordt gewezen op de mogelijkheid om de fiets mee op de trein te nemen. Op die manier kan de reis van de terminus naar de eindbestemming met zachte mobiliteit worden verder gezet. Het collectief hoopt tevens op een Europees netwerk van nachttreinen met gegarandeerde verbindingen.

Europees

In december vorig jaar kondigden de nationale spoorwegmaatschappijen van Frankrijk, Oostenrijk, Duitsland en Zwitserland de lancering van een Europees initiatief aan dat vanaf eind dit jaar een aantal nieuwe nachtroutes – waaronder Parijs-Wenen, Zürich-Rome, Parijs-Berlijn en Berlijn-Brussel – zou organiseren.

Twee jaar geleden maakten 1,5 miljoen mensen gebruik van de Nightjet-treinen van de Österreichische Bundesbahnen (ÖBB). ‘Voor de uitbraak van de coronapandemie zagen we een duidelijke stijgende trend’, aldus een woordvoerder van de Oostenrijkse spoorwegmaatschappij.

‘We noteerden een jaarlijkse groei met 10 procent. Steeds meer jongere reizigers, die voordien vaak goedkope vluchten boekten, lieten interesse in de nachttrein blijken. Verwacht mag worden dat die trend zich na het einde van de gezondheidscrisis opnieuw verder zal doorzetten.’

Jean-Baptiste Djebbari, Frans minister van transport, maakte begin dit jaar bekend tegen eind dit decennium opnieuw een tiental nachttreinen door Frankrijk te willen laten rijden. Begonnen wordt met een verbinding Parijs-Tarbes, die eind dit jaar haar debuut zou maken.

Om het Franse netwerk nachttreinen weer in ere te herstellen zouden zeshonderd nieuwe wagons en zestig nieuwe locomotieven moeten worden aangekocht. Dat zou een totale kost vergen van 1,45 miljard euro.

De Franse regering overweegt bij de heropstart van de Franse nachttreinen ook verbindingen met België. Er wordt gedacht aan een nachttrein Brussel – Rijsel – Lyon – Bourg-Saint-Maurice, een verbinding van ruim 1.100 kilometer, in de winter, of de route Parijs – Brussel – Hamburg – Kopenhagen – Malmö.

(evb)

Meer