De Amerikaanse autobouwer Ford sluit wellicht zijn vestiging in de Duitse stad Saarlouis. De fabriek lag in balans met de site van Ford in de Spaanse stad Valencia om de Europese productie van de eerste volledig zelf ontwikkelde elektrische wagen van de constructeur toegewezen te krijgen. Uiteindelijk is de keuze op de Spaanse vestiging gevallen.
De sluiting van de fabriek van Ford in Saarlouis dreigt echter de hele economie van de regio, die voor een belangrijk deel van de autoproductie afhankelijk is, te ontwrichten.
Interne competitie
“Na maanden van gekibbel, waarbij de directie tot groot ongenoegen van werknemers en politici de twee fabrieken tegen elkaar in een soort interne competitie tegen elkaar opzette, komt Saarlouis als verliezer uit de strijd”, merkt de Duitse krant Frankfurter Allgemeine Zeitung (Faz) op.
“De Duitse fabriek, waar 4.600 werknemers aan de slag zijn, wordt hierdoor met forse bezuinigingen en zelfs een sluiting bedreigd. Dat geldt ook voor het aanpalende leverancierspark, waar nog eens 1.300 banen zouden kunnen verdwijnen.”
Tot midden dit decennium wordt bij Ford in Saarlouis nog het model Focus geproduceerd. Daarna lopen de tewerkstellingsgaranties af. “In de autosector wordt een fabriek zonder een eigen model op termijn met sluiting bedreigd”, merkt de krant nog op. “Ford stemde er echter alleen mee in om mogelijke opties voor toekomstige concepten te evalueren.”
Jürgen Barke, minister van Economie van het Saarland, stelde dat de overheid nochtans een pakket met verregaande steun had uitgewerkt. Daarbij was volgens hem tot aan de grenzen van de economische en politieke mogelijkheden gegaan.
De sluiting van de autofabriek in Saarlouis zou voor het Saarland, de kleinste en jongste deelstaat van Duitsland, een bijzonder zware slag betekenen. Het was Ford die de auto-industrie voor de eerste keer naar het Saarland bracht.
Op het einde van de jaren zestig van de voorbije eeuw pleitte toenmalig Duits bondskanselier Ludwig Erhard dat de deelstaat verdere economische perspectieven moest krijgen. Het Saarland was immers als laatste deelstaat in de Duitse Bondsrepubliek opgenomen en kreeg van de diverse federale agentschappen weinig middelen om zich economisch verder uit te bouwen.
Economische pijler
Het Saarland werd door de crisis in de steenkoolontginning zwaar getroffen. In de jaren zestig van de voorbije eeuw werd de helft van de toenmalige mijnen gesloten. De autosector werd vervolgens de stabiele pijler van de economie van de deelstaat.
Sinds de start van de productie ruim vijftig jaar geleden heeft Ford in Saarlouis meer dan vijftien miljoen wagens gefabriceerd. Daarbij werden achtereenvolgens de modellen Escort, Capri en Fiesta in Saarlouis gebouwd. Op het einde van de voorbije eeuw werd op het model Focus overgeschakeld.
De voorraadketen voor de autosector die zich in de loop van de tijd rond Saarlouis heeft ontwikkeld, is uitgegroeid tot de belangrijkste industrie van de deelstaat. Die activiteiten slaagden erin een compensatie te bieden voor de structurele problemen die ontstonden door het wegvallen van de steenkoolontginning en de gedecimeerde staalindustrie.
“Vele leveranciers zijn echter afhankelijk van de verbrandingsmotor”, merkt de Duitse krant nog op. “Alleen al ZF Friedrichshafen heeft in zijn transmissie-fabriek in Saarbrücken 9.000 mensen in dienst. De fabrieken van Bosch in Homburg, waar ruim 4.000 mensen werken, zijn in belangrijke mate afhankelijk van de dieseltechniek.”
Ford wil in Duitsland echter nog wel verder investeren. Daarbij wordt gekeken naar de vestiging van de autobouwer in Keulen, waar 15.000 mensen werken en die voor de volgende jaren al budgetten van meer dan 2 miljard euro heeft toegewezen gekregen.
In Keulen worden twee nieuwe modellen gepland, gebaseerd op een platform van Volkswagen. Er is ook een batterijfabriek voorzien. In Valencia wil Ford niet langer het platform van Volkswagen gebruiken, maar voor het eerst op een eigen systeem overschakelen.
(lb)
