Enorme inactiviteit onder migranten: “In Brussel en Wallonië zijn deze cijfers taboe”

40 procent van de uitbetaalde leeflonen in België komt terecht bij niet-Belgen. Meer dan 40 (44,2) procent van migranten die van buiten de EU komen is niet aan het werk en is dat ook niet van plan. Geen enkel EU-land doet het slechter. Professor Stijn Baert (UGent) geeft uitleg op Business AM.


Beluister hier het volledige gesprek met Stijn Baert.


Waarom is dit belangrijk?

Om het ontspoorde begrotingstekort te dichten is de Belgische overheid op zoek naar inkomsten. Hoe meer mensen aan het werk zijn, hoe meer inkomsten de staatskas binnenhaalt. Maar hier wringt het schoentje: de overheid krijgt geen mensen aan het werk.

Stijn Baert is professor arbeidseconomie aan de universiteit van Gent. Stories@Ugent@Work deed onderzoek naar de inactiviteit onder migranten.

  • “Het beleid heeft heel lang gefocust op het activeren van werkzoekenden, mensen die geen baan hebben, maar er wel een zoeken”, legt Baert uit. “Maar een veel grotere groep, de inactieven, is volledig buiten schot gebleven. Je kan het vergelijken met een ijsberg, het zichtbare puntje zijn de werkzoekenden, maar de grote massa onder de waterlijn zijn de inactieven.”
  • Het is niet dat inactiviteit loont. In die groep zitten bijvoorbeeld ook huismannen en -vrouwen, die geen uitkering krijgen. “Het is meer dan alleen onze sociale zekerheid die onvoldoende stimuleert – dat is zeker een wel een deel van het verhaal. In het algemeen is het zo dat werken vooral te weinig loont omdat je een enorm deel van het loon weer naar de schatkist ziet verdwijnen.”
  • “Van elke honderd euro die een baas betaalt voor een alleenstaande, gaat er meteen 53 euro naar de staatskas, dat is een deel van de verklaring.”

Geen discriminatie, wel (migratie)politiek

  • “Onder personen met een migratieachtergrond zien we een gigantische inactiviteit”, stelt Baert. “Er is geen enkel EU-land waar die inactiviteit onder migranten zo hoog ligt.”
  • “Men weet grotendeels wie die mensen zijn, er zijn ook mensen in die illegaliteit, maar die vallen buiten de statistieken. Er zijn wel problemen met discriminatie, maar die zijn niet groter dan in andere landen.”
  • “Er zijn problemen binnen de gezinnen, bij Turkse en Marokkaanse gezinnen wordt van meisjes bijvoorbeeld minder verwacht dat ze naar school of naar de arbeidsmarkt gaan. Maar er zijn ook problemen in het beleid die te weinig activerend is.”
  • De migratiepolitiek is ook verantwoordelijk: “In Denemarken komen meer mensen om te werken of te studeren. Bij migranten die naar hier komen is dat vooral omdat men moet vluchten of wegens gezinshereniging. Uit wetenschappelijk onderzoek weten we dat de stromen die we in België aantrekken veel minder succesvol zijn op de arbeidsmarkt. Op die manier zit je in een vicieuze cirkel.”
Grafiek uit studie van Stories @ Ugent @ Work

Statistiek

Als we de statistieken bekijken, zien we dat Vlaanderen het niet goed doet, maar Wallonië en Brussel doen het nog veel slechter. De vraag rijst of er daar minder motivatie is om het probleem aan te pakken.

  • “Als je de reacties vanuit de politiek leest, merk je dat het is alsof het probleem zichzelf wel zal oplossen”, beaamt Baert. “Wat mij bij sommige Waalse politici zeer sterk tegen de borst stoot, is dat onze minister van Pensioenen, Karine Lalieux van de PS, zegt dat we eigenlijk niet te veel moeten doen voor de pensioenen en de werkzaamheidsgraad om dat allemaal te kunnen betalen.”
  • “Het is omdat zij niet hervormt in de pensioenen, dat die werkzaamheidsgraad zo laag blijft. Zo zet ze de hele wereld op haar kop.”
  • “Op Twitter zeggen journalisten uit Wallonië mij: ‘Het is goed dat je die cijfers brengt, want er is in Wallonië en Brussel een zeker taboe om die te brengen’. Cijfers zijn er toch om een debat te starten? Dan kan je daar nog een beleid tegenover plaatsen die binnen jouw ideologisch kader past.

(ns)

Meer