Ondanks de oorlog in Oekraïne dringt Suhail Al Mazrouei, de minister van Energie van de Verenigde Arabische Emiraten, erop aan om Rusland niet uit te sluiten van OPEC+. “Wie kan de olieproductie van Rusland vervangen?”, aldus de minister.
Het Westen heeft al allerhande sancties opgelegd tegen Rusland als reactie op de oorlog in Oekraïne. De jongste weken hebben de westerse bondgenoten ook maatregelen genomen om minder afhankelijk te worden van Russisiche energie. Sinds de start van het militaire conflict lopen die prijzen hoog op. De prijs van een vat Brent-olie, afkomstig uit de Noordzee, schommelt momenteel rond 115 dollar.
400.000 extra vaten per dag
Het Westen kijkt onder meer in de richting van het oliekartel OPEC+ (OPEC met Rusland en bondgenoten) om iets te doen aan de stijgende olieprijzen. De leden van het kartel kunnen immers beslissen om de productie te verhogen en zo de prijs te drukken.
Vorige maand werd er beslist om de olieproductie in april met 400.000 vaten per dag op te trekken. Daarmee gaven de olieproducerende een vervolg aan de geleidelijke verhoging van de productie die eerder al werd aangekondigd. Een verhoopte versnelde verhoging bleef uit.
Het helpt ook niet dat Rusland deel uitmaakt van dat oliekartel. De olieprijzen zijn nu eenmaal een belangrijk economisch wapen voor het Oost-Europese land. Hoe dan ook lijken de leden van OPEC+ de positie van Rusland niet in vraag te stellen. In een interview met CNBC zei Al Mazrouei dat Rusland altijd deel zal uitmaken van OPEC+.
“Geen enkel ander land kan de energieproductie van Rusland evenaren. De politiek mag ons niet afleiden van de inspanningen van de groep om de energiemarkten te beheren”, aldus de energieminister. “Wanneer iemand met OPEC+ wenst te spreken, moeten die dat dus ook met Rusland doen.”
Olieprijs drukken
Volgens Al Mazrouei zal Russische olie van cruciaal belang zijn om de olieprijs te drukken. “Wie kan Rusland vandaag vervangen? Ik kan geen land bedenken dat in een jaar, twee, drie, vier of zelfs tien jaar 10 miljoen vaten kan vervangen. Dat is niet realistisch”, klonk het tijdens het interview.
De leden van het oliekartel zitten volgende week samen om de productiecapaciteit te bespreken. Al Mazrouei zegt akkoord te gaan met het Westen over het feit dat de markt moet gekalmeerd worden, maar hij was ook kritisch over de westerse sancties tegen het land. “Je drukt de prijs niet door een brandstof die je niet kunt vervangen te sanctioneren”, zei hij. “Ze (westerse landen, red.) doen iets, maar verwachten een tegenovergestelde reactie, en die komt er niet.”
Vraag is of het oliekartel later deze week zal beslissen om de productie versneld te verhogen. De G7-landen hebben op 10 maart in een gemeenschappelijke verklaring de olieproducerende landen opgeroepen om meer vaten olie op de markt te brengen. “Wij roepen de olie- en gasproducerende landen op zich verantwoordelijk op te stellen en na te gaan of zij in staat zijn hun leveringen aan de internationale markten op te voeren, met name wanneer de productie niet op volle capaciteit draait”, stond er in die verklaring.
(lb)
