Piste één: de gruwelijksten der Tsjetsjenen

In eerste instantie werd met de vinger gewezen naar de Tsjetsjeense “Kadyrovtsy”. Dat is het privéleger van Ramzan Kadyrov, de leider van de Tsjetsjeense Republiek. Die eenheid staat erom bekend bijzonder brutaal te werk te gaan, en het is algemeen bekend dat ze er hun hand niet voor omdraaien om burgers te kidnappen, martelen, verkrachten en in koelen bloede neer te schieten.

Meteen nadat de eerste beelden over de gruweldaden in Boetsja naar buiten kwamen, werd gedacht aan de Kadyrovtsy. De burgemeester van de stad, Anatoli Fedoroek, toonde aan het persagentschap Reuters dat twee lichamen waren gekneveld met witte doeken, die ze van de Tsjetsjenen moesten dragen. Reuters zelf heeft geprobeerd de uitspraken te bevestigen, maar slaagde hier vooralsnog niet in. Op sociale media doet echter nog een gerucht over de mogelijke daders de ronde.

Piste twee: troepen uit het verre oosten

Meer waarschijnlijk lijkt dat de 64e Gemotoriseerde Brigade betrokken was bij het bloedbad. Die brigade maakt deel uit van het 35e Gecombineerde Leger, dat vanuit Wit-Rusland richting Kiev zou oprukken. Een BTG, of Battalion Tactical Group, een onderdeel van een legereenheid dat op zichzelf kan opereren, werd al in januari gespot nabij de Wit-Russische stad Mozir. Op 27 januari berichtte The Atlantic Council’s Digital Forensic Research Lab (of kortweg the DFR Lab), de factcheckdienst van denktank Atlantic Council, dat 10 infanterievoertuigen, 13 T-80 tanks en twee artilleriestukken, allemaal gelinkt aan de 64e Brigade, richting de Oekraïense grens bewogen. Dit valt ook te zien op onderstaand TikTok-filmpje.

De legereenheid is oorspronkelijk helemaal niet gestationeerd nabij Mozir, maar wel een dikke 6.800 kilometer verderop. De eenheid is namelijk ondergebracht in het Russische dorpje Knjase-Wolkonskoje, helemaal in het oosten van Rusland en vlakbij de grens met China. Waarschijnlijk werden zij, in aanloop naar de invasie, met treinen vanuit het verre oosten van Rusland richting de grens met Oekraïne gebracht.

Dat de troep deelnam aan de verovering van Boetsja, Hostomel en Irpin, samen met onder meer het 331e Regiment Parachutisten en het 63e Regiment “Rosgvardiya“, twee legergroepen die tot de elitetroepen in Rusland behoren, was algemeen geweten. Maar nu worden specifiek het 63e regiment, en zijn commandant, luitenant-kolonel Omoerbekov Azatbek Asanbekovitsj, genoemd als de slachters van de inwoners van Boetsja.

Bevestiging

Hun deelname aan de gruwel in Boetsja werd onder meer via Twitter bekend gemaakt door het account Anonymous Operations, dat de bezigheden van het hackerscollectief Anonymous met de wereld deelt.

Het vrijwilligerscollectief InformNapalm, opgezet om Oekraïners en buitenlandse media te informeren over de situatie in het oorlogsgebied, bevestigde de claim, en deelde de data van de legereenheid, samen met enkele foto’s, via hun Telegramaccount. Later werd de aanwezigheid van de 64e bij het bloedbad ook bevestigd door Aleksej Arestovitsj, adviseur van president Volodymyr Zelensky.

Het gerucht dat de 64e Brigade betrokken was bij de massamoorden in Boetsja kan kloppen. Toch zal het zeker niet de enige legertroep zijn die hier aan deelnam. Naast het bloedbad in Boetsja werden ook in Brovary, een voorstad ten oosten van Kiev, al gelijkaardige gruwelijke taferelen ontdekt door Oekraïners.

(lb)