De VN bestaat 75 jaar: hoe relevant is de organisatie nog vandaag?

Vandaag exact 75 jaar geleden tekenden 50 landen in San Francisco het stichtend charter van de Verenigde Naties. Het doel van de VN laat zich, op papier althans, gemakkelijk samenvatten: het nastreven van een wereld zonder oorlog en armoede. Is de VN op hoge leeftijd nog steeds geschikt voor die taak?

Na al die jaren is het nog steeds het grootste en langst durende project van globale politieke samenwerking. En in tegenstelling tot zijn voorganger, de Volkenbond, is er onder de hoede van de VN geen nieuwe wereldoorlog ontstaan. Het aantal lidstaten is aangegroeid tot 193 leden, en de organisatie houdt zich naast internationale politiek intussen ook bezig met vredesoperaties en humanitaire hulpverlening.

Verouderde machtsverhoudingen

Waarom is er dan geen gigantisch feest ter ere van het jubileum? De waarheid is dat de VN op 75 jaar een verouderde logge machine is. Met de het ledenaantal heeft ook de bureaucratie binnen het instituut soms absurde proporties aangenomen, wat een snelle besluitvorming in het geval van een crisis niet bevorderd.

Ook het machtsevenwicht binnen de organisatie is niet mee met zijn tijd. De vijf permanente leden van de VN-Veiligheidsraad, de enige die een vetorecht hebben, reflecteren nog de machtsverhoudingen van 1945: de VS, China, Rusland, Groot-Brittannië en Frankrijk. Buiten China zit er dus geen enkele leidende lidstaat in het hoogste beslissingsorgaan van de VN uit Azië. Ook Afrika, het Midden-Oosten en Latijns-Amerika zijn niet vertegenwoordigd.

De rivaliteit tussen de VS enerzijds en Rusland en China anderzijds zorgt er bovendien voor dat samenkomsten van de VN-Veiligheidsraad vaak eindigen in een patstelling. Het machtigste VN-orgaan kon zelfs geen gemeenschappelijk antwoord formuleren op de Covid-19-crisis.

Blaffen zonder bijten

Nochtans is de pandemie het voorbeeld bij uitstek waarbij internationale samenwerking cruciaal is. Maar sinds de Eerste Golfoorlog in 1991 is het echter met een vergrootglas zoeken naar een crisis die opgelost werd door een tussenkomst van de VN-Veiligheidsraad. Al te vaak is het een platform voor de drie rivaliserende grootmachten om elkaars voorstellen te veto’en.

De genocides in Rwanda, Darfoer en recentelijk Myanmar werden niet voorkomen. Het kon ook de VS in 2003 niet tegenhouden om Irak binnen te vallen.

In Syrië en Libië blinkt de VN uit in gelatenheid, hoewel die conflicten gekenmerkt worden door de vele burgerdoden en de wreedheden begaan door de strijdende partijen.

De VN hebben natuurlijk ook hun verdienste: ze hebben allerlei programma’s lopen die honderden miljoenen mensen helpen om honger, armoede en geweld te bestrijden. Het klimaatpanel van de VN is de referentie in de strijd tegen de klimaatopwarming. VN-vluchtelingenorganisaties bieden steun aan 60 miljoen van de meest kwetsbaren. En zonder het non-proliferatieverdrag zouden veel meer landen tegenwoordig dodelijke kernwapens hebben. Veel van die programma’s kennen structurele problemen, maar daarnaast behalen ze ook resultaten.

De grote uitdagingen van onze tijd schreeuwen om gedegen en gebalanceerde internationale samenwerking: de pandemie, de klimaatontwrichting, de cyberveiligheid, en nucleaire proliferatie.

Haar 75ste verjaardag is wellicht een goed moment voor de organisatie om eens te reflecteren over hoe ze zichzelf kan heruitvinden om die globale uitdagingen het hoofd te bieden. Misschien heeft de wereld dan wel zin om een feestje te bouwen voor haar 100ste verjaardag.

Meer