Energie-intensieve industrieën hebben er bij de Europese Unie (EU) op aangedrongen de snel stijgende energieprijzen aan te pakken. Ze zeggen dat de recordhoge kosten hun concurrentievermogen hebben aangetast en dat het Europese bedrijven ertoe zou kunnen aanzetten zich ergens anders te vestigen.
Na maanden van prijsstijgingen bereikte het Europese gas deze week, nog maar eens, recordniveaus. De stijgingen zijn nog steeds het gevolg van de geringe opslag, de koelere temperaturen en de vrees voor een verminderde toevoer vanuit Rusland.
In Nederland bereikte het maandcontract dinsdag 184,95 euro per megawattuur. Vergeleken met het begin van dit jaar is dat een stijging van meer dan 800 procent. De Duitse benchmarkprijzen voor elektriciteit op jaarbasis liggen ongeveer 500 procent hoger dan aan het begin van het jaar.
Bedrijven dreigen zich te verplaatsen
“Een langdurige periode van ondraaglijk hoge energieprijzen kan leiden tot zware verliezen, verplaatsing van Europese bedrijven en een toename van koolstoflekkage”, zei een groep van Europese industrieverenigingen, waaronder cementgroep Cembureau, metaalgroep Eurometaux, staallobby Eurofer en Fertilizers Europe, woensdag in een verklaring.
“Er zijn dringend maatregelen op EU-niveau nodig om de getroffen bedrijven in staat te stellen deze situatie, die naar verwachting nog enkele maanden zal duren, te boven te komen en te blijven investeren in de energietransitie in Europa”, zeggen de groepen.
Als bedrijven Europa zouden verlaten, zou er sprake zijn van “koolstoflekkage”. Dat is koolstofdioxide waar bedrijven niet voor hoeven betalen via de koolstofmarkt van de EU. Hoewel de prijzen van koolstofvergunningen dit jaar meer dan verdubbeld zijn, zouden die slechts voor een klein deel bijdragen op de energieprijzen, weet Reuters. Toch roepen industrieën op tot een hervorming van de koolstofmarkt.
Koolstofarme energie beste verdediging volgens EU
Ongeveer 20 van de 27 lidstaten van de EU hebben in reactie op de prijsstijging noodmaatregelen genomen, waaronder verlagingen van energiebelastingen en subsidies voor consumentenrekeningen.
De EU-landen zijn grotendeels zelf verantwoordelijk voor hun nationale energiebeleid. Toch willen sommigen dat Brussel de manier waarop Europa de elektriciteitsprijzen vaststelt, hervormt om ze nauwer te koppelen aan de productiemix van elk land. Momenteel worden de elektriciteitsprijzen bepaald door de installatie die de energie opwekt – vaak een gascentrale.
Volgens Brussel is de beste verdediging tegen de schommelende prijzen van ingevoerde fossiele brandstoffen dat landen overschakelen op koolstofarme, lokaal geproduceerde energie, zoals is vastgelegd in de klimaatdoelstellingen van de EU.
(mah)