Werkgevers geven hun medewerkers soms de kans om spullen op het werk, zoals een laptop of smartphone, over te kopen tegen een zacht prijsje. Nu blijkt dat je sociale bijdragen moet betalen als die prijs te laag is.

In het nieuws: Als je van jouw werkgever bijvoorbeeld een smartphone, laptop of bedrijfswagen mag gebruiken, kan die je na verloop van tijd de optie geven om die goederen over te kopen.

• Kans bestaat dat je een stevige korting krijgt. De Tijd meldt nu, op basis van administratieve instructies van de RSZ, dat je in zo’n geval sociale bijdragen moet betalen.
  • Het verschil tussen de reële restwaarde en het door de werknemer betaalde bedrag wordt beschouwd als een voordeel in natura en maakt dus deel uit van het loon van de werknemer. Het algemeen geldende tarief is 13,07 procent.
  • De reële restwaarde is de waarde die de gsm, de laptop of de bedrijfswagen op het moment van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst op de tweedehandsmarkt heeft. Het maakt daarbij niet uit of het toestel of voertuig al fiscaal is afgeschreven.
  • “Om de reële restwaarde te bepalen kan men drie soortgelijke producten opzoeken op een tweedehandswebsite”, verduidelijkt Céline Meersman van Loyens & Loeff in een reactie tegenover De Tijd. “Grote bedrijven kunnen dat één keer per maand in bulk doen. Meestal volgt de fiscus die waardebepaling.”
• Enkel wanneer de werkgever een gepast bedrag vraagt, gebaseerd op de correcte restwaarde van het toestel of het voertuig, moeten er geen sociale bijdragen betaald worden.