De Franse stad Pau is de eerste overheid ter wereld die een vloot waterstofbussen in gebruik heeft genomen. Over een route van zes kilometer in het centrum van de stad worden acht bussen, geleverd door de Belgische constructeur Van Hool, ingezet. De Fébus, zoals de nieuwe dienst is gedoopt, is een samenwerking van het Franse vervoerbedrijf Keolis met de lokale Société de Transport de l’Agglomération Paloise.
Fébus is een onderdeel van een grotere modernisering van het openbaar vervoer van Pau, een stad met bijna tachtigduizend inwoners in het Franse departement Pyrénées-Atlantiques.
Klimaatneutraal
De bussen creëren door het gebruik van brandstofcellen de elektriciteit die ze voor hun aandrijving nodig hebben. Waar nodig kunnen lithium-batterijen en elektromotoren voor extra kracht zorgen. Bovendien zijn de bussen uitgerust met een technologie die de recuperatie mogelijk maakt van de energie die bij het remmen vrijkomt.
‘Deze technologieën zorgen ervoor dat er geen enkele emissie is van broeikasgassen of andere bronnen van luchtvervuiling,’ aldus de verantwoordelijken van Fébus. ‘De bussen stoten alleen waterdamp uit.’
Tijdens de nacht kunnen de bussen worden opgeladen in een waterstofstation van het bedrijf ITM Power. Dat station kan dagelijks tussen 174 kilogram en 268 kilogram waterstof produceren. De installatie wordt gevoed door zonnepanelen. Opgeladen hebben de bussen een actieradius van minstens 240 kilometer. De bussen hebben een lengte van achttien meter en kunnen 125 passagiers vervoeren.
Kostprijs
‘De eerste reacties van de reizigers zijn positief,’ zeggen de verantwoordelijken van Fébus. ‘Men spreekt daarbij niet alleen van comfortabele en geluidloze verplaatsing. De luxueuze aankleding van de voertuigen, met lederen zetels en houten bekleding, blijkt eveneens op de goedkeuring van vele gebruikers te kunnen rekenen.’
Ook de omkadering van de vloot staat in het teken van innovatie en duurzaamheid. ‘De bussen zijn perfect toegankelijk voor reizigers met een beperkte mobiliteit,’ zeggen de verantwoordelijken. ‘De veertien haltes op de route verstrekken realtime informatie en bieden de wachtenden gratis wifi aan. Er zijn bovendien automatische ticketmachines en beveiligingscamera’s geplaatst.’
De bussen kunnen over 85 procent van de totale afstand van hun route gebruik maken van afzonderlijke rijstroken, zodat ze afgescheiden blijven van het andere wegverkeer. Tevens kunnen ze aan de kruispunten op hun route een prioriteitssysteem activeren. Door die ingrepen wordt de totale reistijd beperkt tot zeventien minuten.
De kostprijs van een bus bedraagt 1,8 miljoen euro. Midden dit decennium zou die prijs echter gedaald zijn tot het niveau van een exemplaar op gewone elektrische batterijen.