Verwachtingen: Onderzoeksleider Jasmine Jasmine Hu, professor management aan de Ohio State University, merkt op dat iedereen – zelfs de beste leiders – onvermijdelijk fouten zullen maken.

• Vaak wordt van deze individuen nochtans verwacht dat ze dominant en zelfverzekerd optreden en de persoonlijkheden zijn die fouten herstellen in plaats van te maken.
  • “Die houding kan hen juist minder efficiënt maken”, waarschuwt Hu. “Inzicht in de eigen blinde vlekken en kwetsbaarheden kan helpen om een betere manager en leider te worden.”
  • “Nederige leiders erkennen hun eigen beperkingen en fouten en waarderen de sterke punten en bijdragen van anderen, terwijl ze ook openstaan voor nieuwe inzichten en feedback.”
• Uit het onderzoek blijkt dat medewerkers van een nederige leider eerder geneigd zijn hun kennis te delen en hun zorgen te uiten, maar bovendien ook grotere inspanningen willen doen om de werkvloer te verbeteren.
  • “Het is belangrijk dat leiders niet alleen hun fouten toegeven, maar ook over die vergissingen nadenken en proberen te achterhalen hoe het beter kan”, voert Hu aan.
  • “Nederige managers zijn meer geneigd om inspanningen te doen om uit hun fouten te leren. Het is niet voldoende om na te gaan wat er fout is gegaan, want er moeten uit die problemen ook positieve conclusies worden getrokken.”

Verbetering in plaats van preventie: De onderzoekers merken nog op dat fouten niet worden benaderd vanuit het concept van preventie, maar wel met het oogmerk om verbeteringen door te voeren.

• “Deze laatste invalshoek zorgt ervoor dat fouten een weg kunnen wijzen naar betere manieren om de doelstellingen te bereiken”, verduidelijkt Hu.
  • “Wanneer louter een preventieve benadering wordt gehanteerd, zal er vooral naar gestreefd worden om de vergissingen te corrigeren en een straf te vermijden. Daarbij wordt vooral naar resultaten op korte termijn gekeken.”
• “Leiders die de gemaakte fouten gebruiken om naar positieve uitkomsten te zoeken, zullen bovendien vaak tot de vaststelling komen dat ook hun teams een grotere inzet voor verbetering tonen”, betoogt Hu. “De teams reageren positief op de nederigheid van de leider.”
• De resultaten van de studie tonen volgens de onderzoekster dan ook dat organisaties en de maatschappij het leiderschap op een andere manier zouden moeten benaderen.
  • “We zien immers vaak managers die bang zijn om zelfs maar toe te geven dat ze fouten maken, want ze vrezen dat daarmee een inbreuk wordt gepleegd tegen het historische beeld van het leiderschap”, besluit Hu.
  • ‘In werkelijkheid is het veel belangrijker dat er gekeken wordt op welke manier fouten in een efficiënter leiderschap zou kunnen worden omgezet.”

(ns)