Het toerisme in Vlaanderen zit opnieuw sterk in de lift, zeker nu corona ons dwingt om het dichter bij huis te zoeken.

In maart zakten de boekingen in Vlaamse hotels dramatisch, door de corocrisis was het lang niet zeker of vakanties in eigen land zouden kunnen doorgaan. Maar eens de boekingen opnieuw opengingen, overtreft dat aantal het normale gemiddelde. Dat blijkt uit cijfers van Toerisme Vlaanderen.

Kust wel, kunst niet

Vlaams minister voor Toerisme Zuhal Demir (N-VA) is blij met die cijfers, maar relativeert dat ook meteen op De Zevende Dag. ‘We zien wel dat er nu meer boekingen zijn dan normaal, maar die enorme dip in maart, het is heel moeilijk om dat nog goed te maken.’

Vooral de kust en de rustige, groene plekken doen het erg goed. Al blijft het voor dagtoerisme natuurlijk koffiedik kijken. De weersomstandigheden blijven bepalend. Dit weekend was er bijvoorbeeld slechter weer voorspeld, dan blijven de toeristen dus ook thuis.

De kunststeden, die het normaal moeten hebben van internationaal toerisme, hebben het moeilijker. Daar komen dus extra inspanningen. ‘We zetten stevig in op Wallonië en de buurlanden, maar het duurt even voor dat op gang komt.’ Normaal komen er in Brugge, bijvoorbeeld, veel toeristen uit Japen en de Verenigde Staten, maar die mogen momenteel het land nog niet in.

‘Niet in te halen’

Demir is realistisch. De economische schade van de coronacrisis op de toeristische sector is immens en die zal niet snel goedgemaakt worden. ‘Sinds half maart heeft de toeristische sector voor minstens 5 miljard euro schade geleden. We moeten eerlijk zijn: onze toeristische sector gaat dat niet meer goedmaken. Een hotelnacht die voorbij is kan je nooit meer goedmaken’, klinkt het bij de minister.

Dat wil niet zeggen dat de inspanningen van de overheid daarom voor niets zijn. ‘Het is nu vooral een kwestie van ‘damage control’ en op dat vlak zien we in deze cijfers een zeer positieve trend sinds de veiligheidsraad op 3 juni versoepelingen aankondigde’, zegt Demir.