De mobiliteitsgigant Uber schudt zijn portefeuille door elkaar. Nadat hij maandag al zijn zelfrijdende-autodivisie van de hand deed, moesten dinsdag de vliegende taxi’s eraan geloven.

Vliegende auto’s zullen nog niet meteen van de grond komen, maar de eerste grote deal in de sector is een feit. Uber verkoopt zijn onderzoek naar vliegende auto’s aan Joby Aviation, een bedrijf dat zich focust op de ontwikkeling van zo’n auto.

Tegelijk investeert het taxibedrijf 75 miljoen dollar (62 miljoen euro) in Joby om uiteindelijk wel de vruchten te kunnen plukken van het eindresultaat. Eerder stopte Uber Joby al 50 miljoen dollar toe.

Focus verleggen

Een dag eerder ging Ubers zelfrijdende-autotak de deur uit. Die ging naar Aurora, waar onder andere het allesbedrijf Amazon een aandeel in heeft. Er is een grote gelijkenis tussen de twee deals, want ook in Aurora pompte Uber 400 miljoen euro voor een belang van 26 procent. De bedoeling is dat de eerste zelfrijdende auto van Aurora door Uber zal gebruikt worden.

Het ziet ernaar uit dat Uber zijn focus aan het verleggen is naar zijn kernactiviteiten en de coronacrisis zal daar niet vreemd aan zijn. Het bedrijf verbrandt hopen cash en zag zijn omzet in het derde kwartaal van dit jaar 18 procent lager gaan.

Maaltijden

Die relatief beperkte omzetval heeft de groep vooral te danken aan haar maaltijdleveringen die 125 procent groeiden. Ondertussen haalt Uber meer omzet uit zijn maaltijden dan uit zijn taxi’s. Concurrent Doordash trekt woensdag naar de beurs.

Maar het is niet abnormaal dat Uber op zo’n precair moment er even geen andere zaken kan bijhebben en dus zijn ‘other bets’, zoals het bedrijf ze noemt in zijn kwartaalverslagen, opkuist. Dinsdag ging Uber 1,5 procent lager op Wall Street, woensdag wint het voorbeurs 1,4 procent.