De technologische sector produceert al meer broeikasgassen dan de burgerluchtvaart. Het digitale energieverbruik is met 9 procent per jaar gestegen. Dat blijkt uit een rapport van The Shift Project. Om de ecologische voetafdruk van de sector binnen de perken te houden, wordt in het rapport voorgesteld om de verdere groei de volgende periode tot 1,5 procent per jaar beperkt te houden.
“Het wereldwijde energieverbruik neemt met 1,5 procent per jaar toe, maar in de digitale sector loopt dat cijfer inmiddels op tot 9 procent,” zeggen de onderzoekers. “Indien deze trend zich ongewijzigd doorzet, zal de energiefactuur tegen midden volgend decennium zijn verdubbeld.”
Nieuwe apparaten
Het fenomeen moet volgens het rapport in eerste instantie worden toegeschreven aan de sterke uitbreiding van de digitale uitrusting. Inmiddels zijn wereldwijd meer dan vier miljard smartphones operationeel. Dat is meer dan een verdubbeling tegenover vijf jaar geleden. Ontwikkelingslanden treden massaal toe tot de markt, terwijl in de geavanceerde economieën telefoons vaak na maximaal twee jaar worden ingeruild.
Daarnaast wijst het rapport op de verdere uitbreiding van de portfolio met nieuwe apparaten, zoals smartwatches of intelligente luidsprekers. Verwacht wordt dat over vijf jaar een huishouden van vier mensen in een ontwikkeld land gemiddeld vijftig geconnecteerde apparaten – zoals camera’s, alarmen, thermostaten en lampen – zal tellen.
“Consumenten, zelfs wanneer ze naar de omvang van de eigen elektriciteitsrekening kijken, zien de omvang van de schade niet,” zegt The Shift Project. “Elk gebruik van een digitaal apparaat zal netwerken en datacenters activeren, waardoor de omvang van uiteindelijke energierekening bijna een verdrievoudiging zal kennen.”
Het rapport geeft toe dat de technologiebedrijven inspanningen doen om het verbruik van hun serverparken drastisch terug te schroeven. Microsoft heeft in Schotland zelfs een serverpark in zee laten afzinken om een grotere koeling te verkrijgen. “Dat is echter niet voldoende om de toename van het volume dataverkeer, dat met 35 procent per jaar stijgt, op te vangen,” wordt er opgemerkt.
“Al deze activiteiten, met transport en verwerking inbegrepen, vertegenwoordigen bovendien slechts de helft van de totale impact. Men mag niet vergeten dat 45 procent van de totale ecologische voetafdruk van de sector is gelinkt aan de productie van hardware. De dematerialisering van de sector wordt overschat.”
Matiging
“Computergebruikers vergeten dat hun apparaten moeten worden vervaardigd,” beklemtoont Jean-Marc Jancovici, voorzitter van The Shift Project. “Om digitale telefoongesprekken mogelijk te maken, moeten eerst satellieten worden gelanceerd of kabels op de bodem van de oceanen worden gelegd.”
“De ongebreidelde groei van de digitale consumptie heeft een steeds grotere impact in de klimaatverandering. Er moeten steeds meer data worden verwerkt op een constant groeiend park van terminals, die steeds meer energie opeisen. De omvang van de ecologische voetafdruk van een iPhone is sinds zijn lancering meer dan drie verdrievoudigd.”
“Terwijl de technologiesector vijf jaar geleden slechts een aandeel van 2,5 procent had in de wereldwijde uitstoot van broeikasgassen, is dat cijfer inmiddels al opgelopen tot 3,7 procent,” zegt Jancovici. “Dat is meer dan de burgerluchtvaart. Tegen het midden van volgend decennium zal de digitale sector een aandeel van 8 procent hebben in de wereldwijde emissie. Dat is evenveel als de impact van personenwagens.”
Om de situatie onder controle te houden, is volgens het rapport een matiging nodig. Daarbij moet volgens de onderzoekers gestreefd worden om de groei tot 1,5 procent per jaar te beperken.
“Het is niet de bedoeling de digitale sector te muilkorven,” zeggen zijn. “Wel moet men zich de vraag stellen of een verdere explosieve groei moet worden aangemoedigd en alle nieuwe concepten – zoals de introductie van een volgende generatie mobiele technologie – noodzakelijk zijn. Dat zijn legitieme vragen.”