Onze eerste taal leren we vanzelf, maar wat zijn nu de gemakkelijkste talen om onder de knie te krijgen? Deze lijst is in de eerste plaats voor de Britten bedoeld, maar aangezien we zelf ook een Germaanse taal spreken, is hij tot op zekere hoogte ook op ons van toepassing.
Wie een tweede taal vloeiend wil spreken, moet daar voor z’n tiende verjaardag al mee beginnen. Voor je carrière is het alvast goed als je meerdere talen kunt spreken. Sommige talen leren we gemakkelijker dan andere. Deze tien zouden het gemakkelijkst zijn.
1. Afrikaanse taal
Afrikaans heeft veel gemeen met Engels (en uiteraard nog veel meer met Nederlands), en de grammatica is erg eenvoudig. Werkwoorden hoeven niet vervoegd te worden, er zijn geen geslachten en veel woorden zijn overgenomen uit het Nederlands en het Engels.
[divider style=”solid” top=”20″ bottom=”20″]
2. Frans
Hoewel Frans een Romaanse taal is, heeft het ongeveer 8.000 woorden gemeen met Engels dankzij de overwinning van Willem de Veroveraar in de slag bij Hastings. Hoewel perfect Frans spreken niet eenvoudig is, is er in het Nederlands geen gebrek aan Franse woorden. Denk bijvoorbeeld aan ‘après-ski’, ‘horloge’ of ‘bourgeois’.
[divider style=”solid” top=”20″ bottom=”20″]
3. Nederlands
Veel linguïsten geloven dat Nederlands de gemakkelijkste tweede taal is voor moedertaalsprekers van het Engels. Zowel structureel als syntactisch is Nederlands verwant aan het Engels en ze is grammaticaal ook minder complex dan het Duits. Als we deze lijst zouden toepassen op sprekers van het Nederlands, dan zou Engels ook voor ons zeker bij de tien gemakkelijkst aan te leren talen staan.
[divider style=”solid” top=”20″ bottom=”20″]
4. Portugees
Een aantrekkelijk aspect van het Portugees is de mogelijkheid om vragen te stellen door enkel de intonatie te veranderen. Deze taal heeft ook een aangenaam ritme (maar een moeilijke uitspraak).
[divider style=”solid” top=”20″ bottom=”20″]
5. Italiaans
Uiteraard is de woordenschat van het Italiaans gebaseerd op het Latijn. Daardoor klinken veel woorden ons bekend in de oren. Er zijn zeer weinig spellingregels en de zinsstructuur is ritmisch. Bovendien vinden velen de taal mooi wat het leuk maakt om ze te oefenen.
[divider style=”solid” top=”20″ bottom=”20″]
6. Esperanto
Dit is een artificiële taal met wereldwijd ongeveer twee miljoen sprekers. Het Esperanto werd opgesteld om toegankelijk te zijn voor iedereen. Leo Tolstoy beweerde Esperanto in vier uur geleerd te hebben.
[divider style=”solid” top=”20″ bottom=”20″]
7. Fries
Amper een half miljoen mensen spreekt Fries, maar de taal is uiterst nauw verbonden aan het Engels. De woordenschat, structuur en uitspraak zijn haast identiek.
[divider style=”solid” top=”20″ bottom=”20″]
8. Zweeds
Deze Germaanse taal vertoont nogal wat gelijkenissen met het Nederlands en het Engels. De uitspraak is melodisch en zingerig en daarom aangenaam om te leren.
[divider style=”solid” top=”20″ bottom=”20″]
9. Noors
Het Noors heeft een consistente uitspraak en grammaticale regels die vergelijkbaar zijn met die van het Engels. Vooral Noorse werkwoorden zijn opmerkelijk eenvoudig om te leren vanwege het lage aantal vervoegingen.
[divider style=”solid” top=”20″ bottom=”20″]
10. Spaans
Het Spaans wordt geschreven zoals het wordt uitgesproken en de uitspraak levert weinig problemen op (met de ‘ñ’ en de ‘c’ als enige uitzonderingen). Spaans is ook uiterst populair als tweede of derde taal, omdat het wereldwijd zo veel wordt gesproken.