Vanavond om 19.00 uur gaat de kern opnieuw op zoek naar een akkoord rond pensioenen, na zes keer overleg zonder doorbraak. Het belooft allemaal niet veel goeds. Want de onderhandelingen van de afgelopen weken hebben een diepe breuklijn binnen Vivaldi blootgelegd over de sociaal-economische visie op de pensioenen. Terwijl aan de ene kant duidelijk de MR en cd&v zich manifesteren op de betaalbaarheid, staat de PS lijnrecht aan de andere kant, en gaat het over sociale verworvenheden en vooral niet “teruggrijpen naar de Zweedse recepten”. Maar zo simpel ligt het niet: de PS slaagt er ook niet in om Vooruit aan haar kant te krijgen. Met Frank Vandenbroucke (Vooruit) heeft die een absolute specialist aan tafel, en met voorzitter Conner Rousseau bewandelt ze toch een strengere lijn: tien jaar deeltijds werken volstaat niet, voor een minimumpensioen. De regering heeft in principe tijd tot 21 juli. Maar het momentum lijkt helemaal weg: het dreigt eerder te springen dan te lijmen.
In het nieuws: Vanavond weer een rondje Pensioenen, het zevende al.
De details: Vivaldi is zo aan het laatste onderdeel van wat nog rest van de zomerambities, en het proces is slepend.
- Meer tekenend kan het moeilijk zijn: “Zelfs over de nota, op basis waarvan we onderhandelen, is geen eensgezindheid“, zo zucht een federale bron. Want waar de onenigheid over die onderhandelingsnota zondag aan tafel al gesignaleerd werd, in deze nieuwsbrief, blijkt nu dat het toch meer is dan een spelletje “wie-mag-de-nota-aanleveren”, tussen de premier, Alexander De Croo (Open Vld) en de bevoegde minister van Pensioenen Karine Lalieux (PS).
- De frustraties zitten daarbij diep, ook over het uitblijven van deftige berekeningen: “Dit dossier is absoluut niet nieuw, we wisten al heel de legislatuur dat deze discussie eraan zat te komen. Waarom is het dan allemaal zo pover voorbereid”, zo is bij een regeringspartij te horen. Daarbij wijst men voor alle duidelijkheid naar de twee: zowel premier als Lalieux.
- Maar feit is dat de pensioendiscussie tot animo leidt, en eens te meer onderstreept hoe moeilijk het is te regeren met een bonte coalitie van zeven partij(tjes). Plus: de vaststelling dat er een centrumkern (want echt ‘rechts’ kan men die standpunten nauwelijks noemen) en een stevig linkse kern in de Vivaldi-coalitie is. Die blijkbaar op zo’n belangrijk dossier als de pensioenen moeten vaststellen dat het water bijzonder diep is en blijft.
- De positionering van cd&v daarin is opvallend: de christendemocraten zijn in een aantal dossiers de afgelopen maanden manifest aan de linkerkant gaan staan. Onder meer over de index (“waar niet aan geraakt mag worden”), spreken ze dezelfde taal als PS of Ecolo. En over de verlaging van de btw op elektriciteit en gas naar 6 procent, stond Vincent Van Peteghem, de cd&v-vicepremier, zij aan zij met Vooruit, om dat erdoor te duwen.
- Alleen, over de pensioenkwestie, en eigenlijk de grotere sociaal-economische analyse, is Van Peteghem wel degelijk geen klassieke ACW’er, maar wil hij eigenlijk maar één zaak, zo herhaalt hij telkens: fundamenteel hervormen. Een beetje gemorrel in de marge is niet genoeg, is altijd het (principiële) standpunt van cd&v geweest. Vandaar dat zij, samen met de MR, in de pensioendiscussie de heilige huisjes zoals de pensioenleeftijd van de beroepsmilitairen en het rijdend personeel van de NMBS weer op tafel legden: het zal een ‘bredere’ hervorming zijn, of ze zal niet zijn, zo is daar de mantra.
- In praktijk blijkt dat niet altijd het geval: onder meer de regeling om de meewerkende echtgenotes van zelfstandigen in de discussie te betrekken, bleek wel erg goed te vallen bij de cd&v-fractie in de Kamer. Dat leverde dan weer het verwijt op van Open Vld, dat “men toch wel erg selectief is met de grote principes van hervormingen”.
- Gisteren, op een meeting van de Eurogroep, de landen van de Eurozone waar de ministers van Financiën aanschuiven, gaf Van Peteghem opnieuw een niet mis te verstane boodschap, voor de coalitiepartners: “Vanaf 2023 moeten we in de eurozone terug richting houdbare overheidsfinanciën. Mijn boodschap: de schuldgraad verminderen is meer dan louter snijden in uitgaven, we moeten vooral ook noodzakelijke structurele hervormingen doorvoeren.”
- Daarbij komt Van Peteghem in de komende dagen met zijn ondertussen al eindeloos becommentarieerde fiscale hervorming, maar doelt hij evengoed op de pensioendiscussie. En ook bij de MR leeft die: het kan niet zijn dat de PS zomaar vrije baan krijgt voor haar plannen. Beiden kijken wat gefrustreerd naar Open Vld, die zich helemaal achter de premier verbergt. En De Croo die vooral probeert om voor het zomerreces nog een broodnodig akkoord voor Vivaldi te vinden, zodat minstens in de zomermaanden het gevoel kan domineren dat “de regering bestuurt en beslist”.
Wat concreet? Vanavond liggen dezelfde discussies alweer op tafel.
- Om te beginnen moet de PS vanavond aanvaarden dat de discussie zal gevoerd worden op basis van de tekst van de premier, en niet die van Lalieux. Die eerste geniet de steun van de meeste partijen, al is het de vraag wie het dan op de spits drijft. Maar wel lastig, omdat zo meteen gezichtsverlies dreigt.
- Het enige waar men het, ondertussen al dagen, over eens is, blijft de pensioenbonus: extra netto inkomen voor wie langer blijft werken dan strikt genomen moet.
- Het grootste echte knelpunt blijft de discussie over het minimum aantal jaren gewerkt, om toegang te krijgen tot het minimumpensioen van 1.500 euro. Daar circuleert nu een consensusvoorstel van de premier om het wel op twintig jaar ‘effectief gewerkt’ te houden, maar te tellen met jaren van 208 dagen, en op het eind niet de jaren, maar gewoon het aantal dagen te tellen. In werkelijkheid zou er dus veel minder moeten gepresteerd zijn. De PS kan daar, in principe, mee akkoord gaan.
- Maar vervolgens komt de kat weer op de koord: de discussies lopen dan opnieuw over de vraag of dan zwangerschapsverlof, ziekte, tijdskrediet en zelfs tijdelijke werkloosheid en dergelijke meetellen of niet. Maar in essentie komen altijd weer dezelfde tegenstellingen terug. In die zin was het dus wel opvallend dat de PS moest vaststellen dat ook zusterpartij Vooruit duidelijk een ondergrens trok.
- Voor de camera’s van Villa Politica haalde Conner Rousseau opvallend uit: “Er is heel veel ruis over de federale regering, het stoort mij enorm dat ze weer geen akkoord heeft gehaald dit weekend.” En daarbij onderstreepte Rousseau dat er voor hem wel degelijk moet hervormd worden, ook over die fiscale hervorming die Van Peteghem gaat voorstellen.
- Zo loopt de breuklijn niet helemaal langs de oude ‘Zweedse driespan’ van Open Vld, MR en cd&v, tegenover het ‘linkse motorblok’ van groenen en socialisten. Want aan Vlaamse kant wil iedereen ook wel wat uitzicht op de betaalbaarheid van de pensioenen op langere termijn.
- Maar zo komen telkens dezelfde discussies terug. Zo ook de vraag vanaf wanneer die nieuwe criteria zouden gelden: het linkerkamp wil die zo ‘laat’ mogelijk laten ingaan, pas vanaf prestaties na 2014, in het centrumkamp ijvert men net het omgekeerde, en wil men “veel sneller een effect op de arbeidsmarkt”.
- Een ander knelpunt, dat steeds terugkeert: het vervroegd pensioen na 42 jaar werken. De PS wil dat er absoluut doorkrijgen. Maar ook daar eist het centrumkamp dan een tegenmaatregel: het aanscherpen van de voorwaarden voor vervroegd pensioen voor iedereen, met onder meer een focus op de erg vroege pensioenering van beroepsmilitairen en NMBS-personeel. Maar dat is tot vandaag zowel voor de PS als Ecolo een groot taboe.
De essentie: De discussie raakt meer en meer symbolieken aan. Met alle gevaren van dien.
- Twee jaar lang zat de pensioendiscussie in de koelkast. Bij de vorming van Vivaldi in september 2020 haalde de PS haar grote trofee binnen, en mocht ze de minister van Pensioenen leveren. Sindsdien bleek het dossier één lange lijdensweg.
- In de nazomer van 2021 lanceerde Lalieux haar eigen plannen, tot frustratie van de liberalen, die dan maar ook met forse communicatie kwamen. Vanaf toen is het dossier eigenlijk nooit meer uit dat woelig water geraakt.
- De premier en Lalieux dachten deze keer die polemiek te kunnen sussen, door de discussie te beperken rond slechts vier kernpunten. Maar de zes opeenvolgende discussies in het kernkabinet hebben aangetoond dat dit ijdele hoop is: de fundamenteel tegengestelde visies op wat een ‘hervorming’ behelst, raken maar niet overbrugd. En de PS, die met de pensioenminister net de motor zouden moeten zijn, leunt achteruit: niets moet, een uitstel van een akkoord kan net zo goed.
- Meteen heeft het hele schouwspel wel zijn effecten op de perceptie rond Vivaldi, een kabinet waarrond al wat een crisissfeer hing. Een stevig aangekondigd ‘zomerakkoord’ werd plots een ‘zomeragenda‘. De pensioenen kunnen alsnog een extra poetsbeurt geven aan het blazoen, maar weinigen in de coalitie zien het vandaag al positief in. Een akkoord vannacht zou eerder verbazend zijn.
Opvallend: Het leken wel bijna verkiezingen, gisteren op het Brusselse stadhuis.
- Wie maandag rondliep op de 11 juli-viering in het Brusselse stadhuis, kon de aanwezige partijvoorzitters amper tellen. En allen deden hun stinkende best om toch maar de Vlaamse feestdag te kruiden, met een paar snedige uitspraken. Daarbij overheerst het gevoel dat twee jaar voor de verkiezingen, niemand nog echt bezig is met besturen, maar eerder met zich positioneren.
- Zo was er de onvermijdelijke Bart De Wever (N-VA), die nog eens fel uithaalde: “Het is helemaal op. In België gebeurt er niets meer en wat er gebeurt, is verkeerd. Als wij zouden winnen in 2024 en de partijen die hun kiezers verloochenen, Open Vld en cd&v, afgestraft worden, dan is het spel gespeeld.”
- Op de vraag van gastvrouw Goedele Devroy hoe De Wever dan wel dat confederalisme zou gaan doordrukken, zonder partners, antwoordde hij scherp: “Ik wil graag de vraag omdraaien: hoe ga je nog een Belgische regering maken als de Vlaming een duidelijke keuze maakt? Mij moeten ze alvast niet meer bellen als het niet over confederalisme gaat.”
- Vreemd genoeg werden nadien zijn uitspraken in de Franstalige pers, onder meer bij Belga, zo geïnterpreteerd dat hij opnieuw aan Vlaams Belang zou gaan snuffelen, als er een ‘meerderheid zou zijn van N-VA en Vlaams Belang, in Vlaanderen. In het gesprek verklaarde hij, voor de zoveelste keer, net het tegendeel: de deur tussen De Wever en Tom Van Grieken blijft potdicht.
- Al nam die laatste wel de groepsfoto van de N-VA-delegatie, tijdens de receptie: kwestie van toch eens te lachen met de animositeit, die de laatste weken weer heviger is tussen het Belang en N-VA. Van Grieken noemde voor de VRT-camera’s dan weer “confederalisme pure politieke sciencefiction”, en pleitte net wel voor een soevereiniteitsverklaring in het Vlaams Parlement, mochten zijn partij en N-VA samen een meerderheid vinden.
- Even goed gooide premier De Croo koud water op de plannen over een nieuw rondje staatshervorming: “Mensen die willen samenwerken en van goeie wil zijn, kunnen bergen verzetten. Dat heb ik gezien in twee jaar corona. Dat heeft niets te maken met structuren. Als we één ding nodig hebben, dan zijn het politici die van goede wil zijn. Dan kunnen we ongelofelijk veel aan, in Vlaanderen en België”, zo stelde hij aan de aanwezige pers.
- En ook vanuit het Vooruit-kamp niet bepaald veel enthousiasme: “Het enige wat ik altijd hoor op die Vlaamse nationale feestdag, zijn kreten van dezelfde mannen, over meer macht en weer een staatshervorming. Maar wat hebben mensen aan confederalisme of onafhankelijkheid? Dat betekent vooral weer stilstand, jaren van niets doen. Daar zijn de mensen niet mee bezig, die willen weten, ‘staat er straks een leerkracht voor de klas van mijne kleine?’. Het gaat altijd om meer macht, een pure machtsdiscussie. Maar om wat te doen? Om het onderwijs of het openbaar vervoer om zeep te helpen?”
- Dat Vooruit daarmee dan weer de deur helemaal dicht zou doen voor een staatshervorming, had Rousseau nu ook weer niet gezegd. Het is wel duidelijk dat hij het, net zoals de PS, zeker niet al te veel over grote akkoorden over een ‘nieuw België’ gaat hebben. De focus moet helemaal op één zaak: de koopkracht.
- Ook nieuwkomer Nadia Naji (Groen) liet zich opmerken, voor de camera’s van Villa Politica: “Laten we eerst goed beleid voeren met de Vlaamse beleidsdomeinen die we al hebben. Het lerarentekort is nog nooit zo groot geweest, we komen handen te kort in de zorg”, ging ze de vraag wat uit de weg, of Groen ook een staatshervorming wil.
- “De verschillen tussen Vlamingen, Walen en Brusselaars worden kunstmatig opgeklopt, door partijen die daar baat bij hebben”, zo onderstreepte Naji. Maar ze opende wel de deur naar “efficiënter werken”, “want corona heeft aangetoond dat het beter kan”. Daarbij kwam ze niet verder dan dat “er geen taboes zijn”. Het is een publiek geheim dat de Vlaamse en federale fractie van Groen niet helemaal op dezelfde communautaire lijn zitten.
Een zanger of een premier? De eerste minister zingt niet mee. De kabinetschef van de koning overigens ook niet.
- Achteraf ontstond er nog wat commotie over de vraag waarom de premier niet meezong met de ‘Vlaamse Leeuw’, die op het eind van de ceremonie in het Brusselse stadhuis wordt gespeeld. Beelden van Belga circuleerden waarop hij duidelijk zichtbaar de mond hield, terwijl onder meer Jan Jambon (N-VA), maar ook Bart Somers (Open Vld) en Benjamin Dalle (cd&v) wel uit volle borst meezongen.
- En dat was blijkbaar reden genoeg om er ‘nieuws’ van te maken. Het past uiteraard ook uitstekend in het beeld van een federale ploegleider, die op voet van oorlog leeft met de Vlaams-nationalisten, die zijn bloed kunnen drinken. In het hol van de leeuw kwam de premier dus met een ‘statement’, door niet mee te zingen, zo las men tussen de lijnen.
- Of toch niet helemaal. Want we moeten getuigen dat in al die jaren Wetstraatverslaggeving, we ons geen enkel vocaal optreden van De Croo kunnen herinneren: de premier is geen zanger, zoals pakweg Yves Leterme (cd&v) die ooit per abuis voor de camera’s van RTL de Marseillaise aanhief, net voor het Belgische ‘Te Deum’ in Brussel.
- Met die uitleg kwam De Croo zelf ook aandraven: “Er is maar één reden, ik kan totaal niet zingen. Ik zing geen enkel lied mee, ook de Brabançonne niet”, zo stelde hij aan Het Nieuwsblad. “Ik zou het enkel verprutsen. Dus beter stil blijven en applaudisseren achteraf”, was zijn uitleg.
- Overigens merkten we op dat ook Vincent Houssiau, de kabinetschef van koning Filip die naast de premier stond, zowaar niet meezong. We zochten er niet meteen veel achter.
Opvallend: Commotie in Brussel rond lobbying voor Uber. Pascal Smet (Vooruit) komt onder vuur.
- Voorpagina’s van De Tijd en Le Soir, met daarbij de focus op Brussels minister Pascal Smet, in verband met de ‘Uber Files‘. Dat is een onderzoek van het consortium van onderzoeksjournalisten ICIJ, waar die kranten deel van uitmaken. Maar dat leidt, niet voor het eerst, tot veel rook, maar weinig vuur. Een smoking gun ontbreekt.
- Alles draait rond Mark MacGann, een superlobbyist voor het Amerikaanse Uber, die klokkenluider geworden is, en een heel pak interne documenten overhandigde aan The Guardian, die het vervolgens in het netwerk van onderzoeksjournalisten verspreidde. Vandaar dat de Belgische leden zich focussen op Brussel, waar Uber heel hard duwde om voet aan de grond te krijgen.
- Daarbij werd het zonder twijfel weinig gehinderd door ethiek en zelfs de wet. Nieuw is dat overigens niet: de Amerikaanse pers berichtte al uitgebreid over de wantoestanden destijds, onder CEO Travis Kalanick, die uiteindelijk bij Uber de laan werd uitgestuurd.
- Dat Uber de Brusselse markt wilde, is op zich niet onlogisch: de hoofdstad wordt op vlak van taxi’s gekenmerkt door hoge prijzen, weinig concurrentie en door de schaarse licenties die uitgereikt worden. Daarbij speelt de politieke beslissing mee om die markt af te schermen, met stevige druk vanuit de sector zelf. Een klassiek voorbeeld van het beperken van de vrije markt, met de consument als slachtoffer.
- Daar zette Uber een hele grove campagne van lobbying en ondermijnen van de concurrentie tegenover: het zette privédetectives in op het schaduwen van de grootste Brusselse taxibedrijven, Taxis Verts, en Taxis Bleus. En ze organiseerden artificieel ‘spontane’ demonstraties pro-Uber.
- Maar men zoemt ook in op de rol van de politiek. Daarbij zou Pascal Smet een ‘spilfiguur’ geweest zijn, want hij beloofde, althans volgens de lobbyisten hun bewering, “hen niet tegen te werken”. MacGann zou ook goed bevriend zijn geweest met Smet. Die zou MacGann hebben gerustgesteld, nadat de inspectie op Uber was afgestuurd en er wagens in beslag genomen waren “om de taxisector te sussen”, zo zou uit de mails moeten blijken. Maar het gaat niet om mails van Smet of zijn kabinet zelf. Smet zelf geeft wel toe MacGann al te kennen van voor hij bij Uber werkte als lobbyist.
- Ondertussen springen zowel de PS als Ecolo, maar ook Vlaams Belang op het dossier. Zij geven gehoor aan de vraag van de Brusselse Taxi Federatie (BTF) om een heuse parlementaire onderzoekscommissie te eisen. Die zou dan de zaak moeten uitspitten.
- De politieke vraag daarbij: komt er dan ook een onderzoek naar de verwevenheid van diezelfde taxilobby met de Brusselse politiek? Want al jaren gaan er hele sterke geruchten de ronde van de infiltratie van die lobby, bij onder meer de PS. Bij de stemming over het taxiplan leidde dat tot grote spanningen.