Wie krijgt het laatste woord over de coronamaatregelen, de regering of het Parlement? De discussie woedt nog steeds volop, nadat premier Alexander De Croo (Open Vld) gisteren een aparte coronawet ten grave leek te dragen. ‘Een nieuwe wet is een juridisch risico’ zo stelde de eerste minister. Maar minister van Binnenlandse Zaken Annelies Verlinden (CD&V) geeft niet af: ‘Wij werken verder aan een pandemiewet’, zo is het droge commentaar. En ook binnen de meerderheid leven er bedenkingen. Justitiespecialist Stefaan Van Hecke (Groen) vindt het ‘niet zinnig deze discussie nu zomaar te sluiten’. En ook binnen de eigen Open Vld is er druk, onder meer van oud-voorzitter Gwendolyn Rutten (Open Vld), om de corona-aanpak via een wet te regelen.
In het nieuws: Dan toch geen coronawet in het Parlement? Of wel?
De details: De premier wil niet ‘nog meer onzekerheid toevoegen’ in het dossier. Maar Verlinden wil wel degelijk een wet.
- ‘De laatste onzekerheid die we willen toevoegen is een juridische onzekerheid. Een nieuwe wet is een risico‘, zo liet premier Alexander De Croo (Open Vld) het doek zakken over een discussie die al maanden aansleept in de Kamer, en ook binnen de regering. Op De Zevende Dag hield hij een fel pleidooi om die bewuste coronawet te doen vergeten. Case closed dus, zo leek.
- De volledigheid gebiedt te zeggen dat die houding van De Croo zelf niets nieuws is: in de Kamer gaf de eerste minister al meermaals aan, tijdens het vragenuurtje, dat hij huivert voor het creëren van nog meer onzekerheid, juridisch dan, bij alle genomen maatregelen.
- Nu regelt de regering die corona-aanpak via een handigheidje: de wet op ‘civiele veiligheid’ uit 2007, die eigenlijk gemaakt is om de minister van Binnenlandse Zaken ‘in geval van dreigende omstandigheden’, tijdelijke en zeer dringende noodsituaties dus, snel te laten ingrijpen. Men dacht destijds bij het maken van de wet niet aan pandemieën, maar een kernramp, een grote ontploffing of aanslag.
- Op basis van die wet maakt de minister van Binnenlandse Zaken, eerst nog in de regering Wilmès destijds Pieter De Crem (CD&V), nu Annelies Verlinden (CD&V), dan ministeriële besluiten, zogenaamde MB’s, die dan de coronaregels precies omschrijven.
- Het schoentje knelt daar: geen van die maatregelen passeren zo langs het parlement. Tenminste, juridisch toch niet: er moet niet over gestemd worden, na een debat, zoals bijvoorbeeld in Nederland wel het geval is. In praktijk is er natuurlijk wel debat over de corona-aanpak van de regering in de Kamer, onder meer elke week in het vragenuurtje. Alleen, het belangrijkste wapen, de stemknop, hebben de parlementairen eigenlijk niet in dit belangrijkste dossier van het moment.
- Over die juridische toestand, die nu al bijna een jaar aansleept, is al erg veel gezegd en geschreven. In de eerste maanden, onder de regering Wilmès II, verliep de toestand via zogenaamde ‘volmachten’, waardoor MB’s niet onlogisch waren: de regering krijgt via zo’n volmachtenwet net de toestemming om heel veel op korte tijd te mogen regelen, zonder telkens langs het parlement te moeten.
- Maar die praktijk werd onder de regering De Croo verdergezet, alleen dus zonder de volmachten zelf. Dat leverde forse kritiek op van een aantal vooraanstaande grondwetspecialisten. Zowel professor Stefan Sottiaux van de KU Leuven als professor Patricia Popelier van de Universiteit Antwerpen waren vernietigend voor die methode, om telkens maar de wet van 2007 te gebruiken: ‘Ongrondwettig’ en ‘geen legale rechtsgrond’, waren de termen die zij hanteerden, zonder pardon.
- Anderzijds: de methode is juridisch al verschillende keren bevochten, voor de Raad van State, die moet oordelen of wetten ‘juist’ gebruikt worden. Maar één keer werd de regering teruggefloten, over de strenge regeling rond de erediensten, omdat de godsdienstvrijheid geschonden was.
- Dat laatste argument gaf De Croo ook mee op De Zevende Dag gisteren. Hij wil de huidige methode behouden, net omdat ze juridisch stabiel blijkt: ‘Elk parlementair debat dat er gevraagd wordt, ga ik aan. De juridische basis van de ministeriële besluiten is meermaals bevestigd door de Raad van State. Het is een democratische manier om de maatregelen in te voeren’, zo schermde hij.
- Bovendien, ‘als er een andere juridische basis zou zijn, zouden de maatregelen niet minder hard binnenkomen. Er zijn landen die een coronawet hebben, maar waar er meer protest is dan in ons land’, zo stelde De Croo. Daarmee verwees hij expliciet naar Nederland. Verschillende parlementsleden en opiniemaker keken jaloers naar het debat daar, in de Tweede Kamer, over corona. De premier wijst naar de rellen die nadien volgden.
- En opvallend, vanmorgen op Radio 1 gaf Tinne Van der Straeten (Groen), minister van Energie in de regering De Croo, haar premier ook ruggensteun, in een fraai staaltje rond-de-kritische-vraag-heen-dansen. Want over het gebrek aan parlementaire controle zei ze dit: ‘Het is een toptrio die de coronacrisis bestuurt, met de premier, minister van Volksgezondheid Frank Vandenbroucke (Vooruit) en minister van Binnenlandse Zaken Annelies Verlinden (CD&V). Dat is een goed evenwicht. Ik denk dat we goed moeten blijven luisteren, die kritische feedback meenemen. Het is goed dat we een sterke kapitein hebben’, zo stelde ze, er expliciet aan toevoegend: ‘Het is goed zoals premier De Croo het gezegd heeft, dat is waar wij als regering voor staan.’
The big picture: En toch rommelt het nog steeds over die coronawet.
- Of de discussie daarmee helemaal gaat liggen, is maar de vraag. Niet in het minst omdat er binnen de regering een aantal mensen hun nek al over uitstaken: onder meer minister van Binnenlandse Zaken Verlinden zelf. Die kondigde in Knack nog groots, op de voorpagina, de nieuwe pandemiewet net aan begin dit jaar.
- Daarmee counterde Verlinden kritiek van onder meer felle opinies van niet alleen de grondwetspecialisten maar ook commentatoren in de kranten en politicologen: de consensus was toch dat het hele gebruik van de wet van 2007 wat democratische hygiëne miste. Maar Verlinden stelde dus net dat een coronawet ‘een juridisch richtinggevend kader zou bieden voor niet enkel deze, maar ook toekomstige pandemieën’.
- En opvallend, op die lijn blijft ze zitten, ondanks de woorden van de premier gisteren. ‘Het dossier gaat gewoon z’n gebruikelijke weg, die elke wet die gemaakt wordt moet afleggen‘, zo klinkt stellig op het kabinet Verlinden, waar men liefst de term ‘pandemiewet’ hanteert, en niet ‘coronawet’; het gaat immers over een aanpak die voor elke toekomstige pandemie moet kunnen gelden.
- ‘Kijk naar de beslissingen van de Raad van State, die hebben maar één keer de techniek via de MB’s teruggefloten. In die context is het normaal dat de premier zegt dat het juridisch kader van vandaag een solide basis is. Maar wij werken verder aan de wet’, zo sust het kabinet Verlinden.
- ‘Vreemd dat dit nu zo loopt, dat een wet niet meer nodig zou zijn. Er waren al enkele interkabinettenwerkgroepen over doorgegaan‘, zo zegt Stefaan Van Hecke, justitiespecialist voor Groen.
- Bij Groen is in de Kamer dus toch wat meer nuance te horen dan op de regeringsbanken: ‘Het is een telkens weerkerende discussie: met een nieuwe, ruime pandemiewet moeten we opletten dat we de deur niet openzetten voor een bredere inperking van vrijheden, zoals een noodtoestand. En we zouden er ook snelheid mee kunnen verliezen, als we telkens voor elke maatregel naar het parlement moeten. Maar om daarom nu heel de discussie over die wet stil te leggen en gewoon te zeggen ‘dat ze er niet komt’? Dat vind ik toch ook niet zinnig’, reageert Van Hecke.
- Eenzelfde signaal van bij de liberalen van premier De Croo zelf. ‘Het parlement erkennen en een wettelijke basis voor maatregelen die onze (grond)rechten inperken. Democratisch fatsoen. Elementary, Watson’, zo tweette oud-voorzitter Gwendolyn Rutten (Open Vld) fel, over de aankondiging van de premier gisteren. Al eerder profileerde Rutten zich als felle voorstander van een heuse wet, eerder dan MB’s.
- Binnen Open Vld leeft het debat over de coronawet wel degelijk. Zowel Patrick Dewael (Open Vld), zelf oud-minister van Justitie, als voorzitter Egbert Lachaert (Open Vld) zouden intern aangedrongen hebben op een steviger juridisch kader. Dat De Croo nu een regeling via parlementaire weg afdoet ‘als een risico’, is voor sommigen ‘echt wel het toppunt’. ‘Waar zijn we mee bezig als liberalen?’, klinkt het ferm.
De essentie: Het dreigt zo een dossier te worden dat de oppositie kan kapen.
- Bij N-VA profileert fractieleider Peter De Roover zich al een tijd op het dossier. Daarbij viseert hij vooral Verlinden, die de wet beloofde, maar dit weekend kreeg de premier de volle laag.’De definitie van ‘democratisch’ volgens Alexander De Croo: het Parlement mag in Staatsblad lezen hoe fundamentele vrijheden per MB worden opgeheven. Voorganger Wilmès had nog het fatsoen om volmachten te vragen. De Croo grijpt ze.’
- En opvallend, N-VA staat niet alleen. Aan Franstalige kant profileert het kleine DéFI zich fel op de zaak. Hun voorzitter François De Smet trok zondag op RTL ten aanval over de MB’s. ‘We zitten niet in een dictatuur, maar toch in een democratische apathie. We hebben nood aan een echt debat, via die pandemiewet. De zelfmoorden, de doden, de depressies, die verdienen dat democratische debat echt wel.’
- Met de vastberadenheid van Verlinden, om niet af te geven in het dossier, blijft de kritiek van de oppositie gegarandeerd nog weken springlevend. Zeker als het dan ook bij de meerderheid rommelt, met kritische parlementsleden, is het dossier een blijver als potentiële spanningsbron.
Voor wie het wil blijven volgen: De oorlog tussen Marc Van Ranst en Georges-Louis Bouchez (MR) gaat verder.
- ‘Men onderschat hoe uitputtend dat is voor de mensen. Dat bombardement aan feiten, meningen en inschattingen. De ene al onheilspellender dan de ander. Een stuk motivatie gaat zo verloren’, zo taxeerde premier Alexander De Croo (Open Vld) gisteren in De Zevende Dag het mediaklimaat in tijden van pandemie.
- En opvallend daarbij: een heuse call to action: ‘Ik roep álle experten op om zich in hun uitspraken op de feiten te baseren. Iedereen zou zich voorzichtiger kunnen opstellen, zowel experten als politici.’
- Het was, na z’n oproep donderdag in de Kamer, de tweede keer dat de premier zich expliciet leek te richten tot de twee kemphanen van het moment, viroloog Marc Van Ranst en Georges-Louis Bouchez, MR-voorzitter. Die clashten beiden vorige week nog hevig, onder meer over de exacte rol van de ‘experten’.
- Voor Bouchez zijn dat ‘adviseurs’’, die betaald worden, en die gebonden zijn aan een zekere loyauteit en dus niet de beslissingen van de regering meteen na de feiten al behoren af te schieten of te bekritiseren.
- Maar Van Ranst drukte dan weer op z’n recht om z’n mening te kunnen geven, iets wat ‘hij niet zou laten’. En hij wees er vrijdag in Terzake op dat hij ‘nog geen euro’ betaald kreeg voor z’n rol van adviseur.
- Dat wil de regering nu regelen: er komt een vergoeding voor hun adviezen. Of dat in praktijk dan betekent dat die experten hun mediaoptredens gaan minderen? Dat valt zeer te bezien. In Het Nieuwsblad laat Erika Vlieghe, de voorzitter van de GEMS, al weten ‘dat een vergoeding niks verandert aan onze deontologie’.
- En kijk, vandaag weer een nieuwe dag in het oorlogje. Bouchez herhaalde vanmorgen op LN24 ‘dat de experten zich loyaal moeten opstellen ten opzichte van de beslissingen van de politiek’. ‘Ze worden betaald door de overheid, dan moeten ze zich voorzichtig opstellen.’ Daarbij bevestigt hij, op Facebook, dat de experten reeds betaald worden.
- En Bouchez kan er ook niet tegen dat de strijd wordt afgedaan als kinderlijk, een ‘discussie zoals in de zandbak‘, noemde men het op LN24 vanmorgen. ‘Men vraagt van politici dat ze helder communiceren, en als we dat dan doen, zitten we in een zandbak? En de rest van het debat zit dan in de stratosfeer of zo?’
- Van Ranst pikt het ondertussen niet dat Bouchez stelt dat hij al betaald is en eist nu excuses van Bouchez. ‘U liegt. Of u bent slecht geïnformeerd, en dat is even erg, want u brengt bewust schade toe aan de reputatie van de experten. Ik heb van de overheid sinds de start van 2020 nog geen euro ontvangen. Dat is oké. Daarover liegen in de media is dat niet. U mag uw excuses aanbieden.’
Genoteerd: Er zijn zes kandidaten voor twee plekken aan de top bij N-VA.
- Sinds wanneer is een race voor het ondervoorzitterschap van een partij nu interessant? Wel, bij gebrek aan race voor de hoogste plek bij N-VA (al zes keer op rij voor Bart De Wever), zijn de twee posten van ‘luitenant’ best gegeerd in de partij.
- De job is een beetje manusje-van-alles, maar levert vooral een zitje op in het strategische overleg van de partij. En in het verleden wisten ondervoorzitters als Sander Loones (N-VA) en ook Lorin Parys (N-VA) zichzelf wel wat profiel te geven, dankzij de post.
- De kandidaturen zijn binnen en de meest evidente naam, die al weken zoemde, doet ook mee: Theo Francken (N-VA) is kandidaat.
- Maar de race is erg open, met nog Parys zelf, die graag z’n mandaat verlengt, en liefst vier vrouwen die kandidaat zijn. Ook een verwachte naam is die van Valerie Van Peel (N-VA), Kamerlid in Antwerpen. Zij wordt gezien als de vertegenwoordiger van de ‘softere’ flank van de partij, tegenover de ‘harde’ lijn van Francken.
- Daarnaast zijn met Anneleen Van Bossuyt (N-VA) en Assita Kanko (N-VA) ook twee ‘bekendere’ parlementsleden kandidaat: Van Bossuyt is in de Kamer actief, Kanko zetelt in het Europees Parlement. De meest onbekende kandidate is Kathleen Depoorter (N-VA), ook Kamerlid.
- Wie voorspellingen wil doen: het gaat niet om een verkiezing over heel de partij, het zijn enkel de leden van de 300-koppige partijraad die hun stem mogen uitbrengen. En dat orgaan is moeilijk te lezen.
- Zeker Theo Francken, die met de zaak Kucam recent opnieuw fel in de spotlights kwam, wil er zich laten ‘rehabiliteren’ door intern een groen licht te krijgen voor z’n kandidatuur. Maar met zes kandidaten voor twee posten ligt het veld wel erg open. De top, en zeker de voorzitter, houdt zich intussen angstvallig afzijdig: stemadvies komt er niet.
Money, money, money: Iemand nog een subsidie?
- Het zijn gekke tijden voor publieke uitgaven: de kraan staat wagenwijd open. Zeker de Vlaamse regering lijkt elke dag met nieuwe subsidies te strooien. Vandaag nog eentje: bedrijven die ‘getroffen zijn’ door de brexit kunnen ’tot 50.000 euro brexitveerkrachtsubsidies‘ aanvragen. Daarvoor is liefst 28 miljoen euro uitgetrokken.
- Om wat precies te doen? Wel, bedoeling is dat bedrijven ‘advies en begeleiding’ kunnen inkopen, om ‘de bedrijfsstrategie te heroriënteren’ voor diegenen die getroffen zijn door de brexit. In feite dus het businessplan herschrijven, op kosten van de overheid, en met consultants.
- ‘De veerkrachtsubsidie ondersteunt bedrijven die direct of indirect getroffen zijn door de brexit, waarmee ze ruimte krijgen om hun strategische businessplannen duurzaam om te vormen en vervolgens die transformatie toe te passen‘, zo klinkt het in ambtenarentaal.
Grimmig: Het huis van premier De Croo werd geviseerd door vandalen en met hakenkruizen beklad.
- Niet bepaald prettig: de privéwoning in Brakel van de eerste minister, Alexander De Croo, is vannacht beklad met liefst zeven hakenkruizen. Het parket van Oost-Vlaanderen heeft een onderzoek geopend.
- Al eerder viseerden actievoerders die zich tegen de coronamaatregelen kanten de woonplaats van de eerste minister. Ook dit weekend wilden sommigen daar gaan betogen, maar daarbij stootten ze op een politiemacht.
- Dat vandalen nu met een spuitbus tot aan de gevel en brievenbus van de eerste minister raakten, is niet bepaald geruststellend. Via Belga laat z’n woordvoerder weten dit erg te betreuren, “vooral het feit dat men op die manier zijn gezin en kinderen probeert te intimideren”.