De Japanse autobouwer Nissan Motor weigert om concrete details van het samenwerkingsakkoord met zijn Franse sectorgenoot Renault bekend te maken. Dat is gebleken tijdens de algemene vergadering van Nissan, waar een aandeelhouder een voorstel had willen neerleggen om de banden tussen beide autobouwers duidelijk te maken. Het voorstel werd afgewezen.

Aan het einde van de voorbije eeuw stond Nissan aan de rand van de afgrond. De Japanse constructeur kon zich dankzij een tussenkomst van zijn Franse sectorgenoot Renault uiteindelijk toch nog overeind houden. Die operatie had echter belangrijke gevolgen voor de verhouding tussen de twee autobouwers.

Geheim

Door de reddingsoperatie van Nissan, verwierf Renault een belang van 43 procent in de Japanse autobouwer. In omgekeerde richting kreeg Nissan 15 procent van de aandelen van de Franse autobouwer in handen. Maar aan dat pakket was voor Nissan geen stemrecht verbonden. De verdere inhoud van het samenwerkingsakkoord dat de twee constructeurs daarbij sloten, bleef echter geheim.

Een aantal aandeelhouders van Nissan willen meer informatie over het Restated Alliance Master Agreement dat het Japanse concern met Renault heeft gesloten. Omdat dit akkoord nooit is gepubliceerd, is het voor de aandeelhouders van Nissan dan ook onmogelijk om een discussie over de alliantie op gang te brengen.

Een van de aandeelhouders had daarom gevraagd tijdens de algemene vergadering Renault officieel als moederbedrijf van Nissan te registreren. Dat initiatief zou het bedrijf wettelijk verplicht hebben de inhoud van het samenwerkingsakkoord, dat onder meer informatie over de financiële en zakelijke aspecten van de alliantie behandelt, te publiceren.

Wrijvingen

De overeenkomst vormt al langer een basis voor wrijvingen tussen beide autobouwers, want het akkoord biedt Renault de mogelijkheid om zijn betrokkenheid bij de leiding van Nissan op te voeren. Die wrijvingen kwamen vier jaar geleden tot een hoogtepunt, toen Carlos Ghosn, de architect van de overeenkomst, door Nissan van fraude werd beticht en voor de rechter werd gedaagd.

Ghosn ontkende alle aantijgingen die naar voor waren gebracht. In afwachting van een proces, kreeg hij desondanks in Japan een huisarrest opgelegd. De man hield vol een slachtoffer van de interne onvrede bij Nissan over de banden met Renault te zijn geworden. Hij slaagde er uiteindelijk in op een spectaculaire manier het land te ontvluchten. Hij verblijft nu in zijn vaderland Libanon.

Waarnemers hadden verwacht dat Renault zich zou verzetten tegen de publicatie van het akkoord. Nissan gaf vorige maand echter te kennen de inhoud van de overeenkomst in zijn jaarrapport te zullen publiceren, zonder echter een inbreuk te plegen rond de clausules over de vereiste geheimhouding die in het akkoord zijn opgenomen.

De alliantie tussen Nissan en Renault werd zes jaar geleden aangevuld met de Japanse autobouwer Mitsubishi Motors.

(fjc)