De nieuwe trend in het professioneel voetbal is het mede-eigendom, een evolutie die volgens velen potentieel gevaarlijker is dan de Super League. Vooral in België zijn de resultaten zuur.
“Multi-eigendom van clubs is grotere dreiging voor het voetbal dan de Super League”

Waarom is dit belangrijk?
Mede-eigendom van voetbalclubs, waarbij één persoon of een holding verschillende voetbalclubs in zijn portefeuille heeft, is een fenomeen dat blijft groeien. Wereldwijd zijn er 180 clubs bij dergelijke constructies betrokken, een aantal dat de voorbije 10 jaar is vermenigvuldigd met vijf.In het nieuws. Steeds meer voetbalclubs komen terecht in mede-eigendomsconstructies. Eigenaars willen zo kosten verlagen en schaalvoordelen realiseren. Maar ze proberen vooral kleinere clubs om te vormen tot spelersincubatoren voor hun topclubs. De Franse krant Les Echos wijdt een special aan het fenomeen en komt tot een reeks verontrustende conclusies.
- Het bekendste voorbeeld is ongetwijfeld het in oliegeld uit de Verenigde Arabische Emiraten verdrinkende City Football Group. Die groep heeft een dozijn clubs in portefeuille, waaronder Manchester City (VK), Girona FC (Spanje), Sichuan Jiuniu (China), Mumbai City (India), Melbourne City (Australië), Club Bolivar (Bolivië), maar ook het Belgische Lommel SK.
Transformatie van voetballers in financiële activa
Wat is het probleem? Volgens Jerôme Latta (Cahiers du foot) is het mede-eigendom een uiting van de “transformatie van voetballers in financiële activa”.
- Dat houdt een duidelijk geïdentificeerd risico in, namelijk dat voetbal “een competitie van holdings wordt”.
- Met mede-eigendom verandert de aard van de relaties tussen de verschillende teams:
- de horizontale werking (waarbij de “broederclubs” gelijk zijn) wordt vervangen door een piramidale logica. Met als doel dat alle progressie uiteindelijk bij de meest prestigieuze club wordt geconcentreerd. In het geval van de City Football Group is dat uiteraard de Engelse landskampioen Manchester City.
Competitievervalsing
Competitievervalsing? Jazeker, en op verschillende niveaus:
- Hoe zorg je voor de eerlijkheid van een wedstrijd tussen 2 partnerclubs? Op 20 september 2018 gaf regerend Oostenrijks kampioen Red Bull Salzburg zijn Duitse broederclub Red Bull Leipzig partij in de Europe League. Beide clubs deelden dezelfde eigenaar. Via een juridische constructie verhinderden ze dat ze in overtreding van het artikel 5 van de UEFA waren. Dat artikel verbiedt invloed van een club op een andere.
- Ook voor de transfermarkt: “van de 114 intragroepbewegingen in 2022, waren er driekwart door een lening of een gratis transfer”.
- Het economische model van de kleine clubs. Zij overleven vandaag alleen door de verkoop van hun beste spelers aan de grote teams. Morgen zullen ze gedwongen worden om ze te verkopen tegen een lage prijs of om ze te lenen aan een van de clubs binnen dezelfde holding.
Wat met België?
Wat met België? België trok al snel de aandacht binnen deze trend. De helft van de 18 teams uit de eerste klasse en zes van de acht authentieke tweede klasse teams – de overige vier zijn beloftenteams van topclubs – functioneren als filialen van buitenlandse eigenaren met meerdere clubs. Zelfs de derdeklasser Patro Eisden maakt deel uit van een internationaal netwerk.
- “Met voorlopig maar één succesverhaal, dat van Union Saint-Gilloise dat eigendom is van Brighton [in de Premier League]”, zegt Jean-Michel de Waele, sportsocioloog aan de Universiteit van Brussel, in de Franse zakenkrant.
- “Cercle Brugge had hoge verwachtingen van de samenwerking met Monaco, maar werd teleurgesteld. Kortrijk was een flop en Standard Luik kende, net als de andere clubs onder het netwerk van 777 Partners, ernstige financiële tegenvallers.”
- Sporteconoom Jos Verschueren van de Vrije Universiteit wijst erop dat “in het begin, de clubs dit model vooral omarmden om te kunnen overleven, maar dat het tot vele tot misverstanden heeft geleid.”
Conclusie: Financieel zwakke competities, zoals de Belgische, zijn dus constant op zoek naar nieuwe inkomsten. Met wereldwijd erkende opleidingstalenten (tijdens het WK 2022 speelden 22 van de 26 geselecteerden voor buitenlandse clubs), zal heel ons kampioenschap binnenkort vazal worden van de grootste Europese clubs. Uiteindelijk was de Super League niet zo’n slecht idee. (cv)