Om de coronacrisis te overleven, zullen luchtvaartmaatschappijen wereldwijd 150 tot 200 miljard dollar aan financiële steun van de overheid nodig hebben. ‘Het geld raakt wel zo ongeveer op’, waarschuwt Alexandre de Juniac, de topman van de internationale organisatie van luchtvaartmaatschappijen (IATA).

Volgens de organisatie is bij driekwart van alle luchtvaartmaatschappijen de kas toereikend om hooguit drie maanden alle vaste kosten te blijven betalen. Daarom is een breed pakket steunmaatregelen nodig, zoals overheidsgaranties op kredieten en steun voor de markt van bedrijfsobligaties, aldus de voorzitter.

Maar zelfs met steun zal de sector er na de coronacrisis anders uitzien, klonk het nog. Er zullen luchtvaartmaatschappijen verdwijnen, anderen zullen overgenomen worden en er kunnen volledig nieuwe groepen ontstaan.

Schatting ontoereikend

De International Air Transport Association (IATA), dat 290 maatschappijen wereldwijd vertegenwoordigt, schatte begin maart dat de sector dit jaar 113 miljard dollar aan inkomsten zou mislopen door de impact van de corona-pandemie.

Al is die schatting intussen gedateerd, want ze hield nog geen rekening met de grenssluitingen en vliegverboden die sindsdien in vele landen werden ingevoerd om de verspreiding van het virus te beperken.

De laatste dagen maakten verschillende individuele luchtvaartmaatschappijen bekend dat ze naar de overheid kijken voor financiële steun. Zo was de Duitse luchtvaartmaatschappij Lufthansa vorige week al in overleg met verschillende regeringen. Ook dochterbedrijf Brussels Airlines vraagt de federale regering om steun.