Minister De Crem wil plaatsverbod om amokmakers weg te houden aan de kust

De Kamercommissie Binnenlandse Zaken is dinsdag even uit zomerreces gekomen om terug te blikken op het voorbije en onstuimige weekend aan zee. Bevoegd minister Pieter De Crem (CD&V) werd er aan de tand gevoeld over de inspanningen van de federale regering.

Waarover gaat het? U herinnert zich vast de vechtpartij tussen balorige strandgangers en de politie in Blankenberge van afgelopen weekend nog. De knokpartij ontstond zaterdagavond toen de politie een groep jongeren aansprak op hun wangedrag. De Brusselse jongeren gingen de agenten te lijf met flesjes, parasols en allerlei andere zaken die op het strand voorhanden waren. Maandag werden drie van hen voor de onderzoeksrechter geleid, op verdenking van opzettelijke slagen en verwondingen.

In het nieuws? De voorbije dagen ontspon zich een discussie over de aanpak van de amokmakers. Burgemeester van Oostende Bart Tommelein (Open Vld) pleitte maandag bijvoorbeeld voor een behandeling zoals voetbalhooligans, met een plaatsverbod. N-VA-Kamerlid Koen Metsu sprong mee op de kar en vroeg om een vervroegde samenkomst van de Kamercommissie. In De Ochtend zette hij de oproep kracht bij. ‘Die probleemjongeren moeten wij confronteren met zwaardere straffen’, klonk het.

De reacties? Tijdens de zitting kreeg de minister van Binnenlandse Zaken kritische bemerkingen voorgeschoteld.

  • Kamerlid en Oostends schepen Björn Anseeuw (N-VA) hekelt het feit dat De Crem niet ingreep. ‘Waarom heeft u alles op zijn beloop laten gaan? Waarom hebt u dit niet voorzien? U zat stil, u bleef stil, oorverdovend stil, u liet ons stikken aan de kust’, zei hij. Volgens hem kozen de kustgemeenten ervoor om zich af te sluiten, omdat de federale regering de burgemeesters niet ter hulp schoot.
  • Barbara Pas, fractieleider van het Vlaams Belang, herinnerde De Crem aan zijn uitspraken na rellen in Anderlecht eerder jaar. Hij beloofde toen dat geweld tegen de politie niet meer zou voorkomen. Het Kamerlid eist nu maatregelen om dat geweld tegen te gaan en suggereert een systeem met zwarte lijsten.
  • De Vlaamse socialisten benadrukken dat de rellen ‘geen vrijgeleide mogen zijn om een hele groep mensen te stigmatiseren’. Federaal parlementslid Meryame Kitir (sp.a) vraagt voorts om een gecoördineerde aanpak. ‘Er was een eenheid van commando nodig. De burgemeesters voelen zich in de steek gelaten’, zegt ze.
  • Bij Groen valt eenzelfde geluid te horen. Kamerlid Jessika Soors vraagt duidelijke afspraken en een verspreidingsplan. ‘Een kordate aanpak van de relschoppers moet ervoor zorgen dat veiligheid, gezondheid én vrijheid voor al die mensen die zich wel gedragen weer samengaan’, postte fractieleider Kristof Calvo zondagavond al op Twitter.

In zijn verweer benadrukte minister De Crem dat er op geen enkel moment een tekort aan agenten was. Hij wijst er ook op dat de lokale overheden bij de recentste Nationale Veiligheidsraad meer bevoegdheden vroegen om de coronacrisis aan te pakken. Ook de kustburgemeesters benadrukten in het verleden al dat elke kustgemeente een verschillende aanpak vereist.

De minister bracht wel concrete voorstellen met zich mee. Hij ziet heil in een plaatsverbod, zoals dat voor voetbalhooligans bestaat. Daarnaast kan ook een meldingsplicht een hulpmiddel zijn. Wie bekend is voor strafbare feiten tijdens bepaalde periodes van het jaar, moet zich daarbij in het commissariaat van de thuisgemeente melden. Op die manier kunnen politiediensten controleren of ze zich aan het plaatsverbod houd.

Tot slot sneerde De Crem terug naar Blankenberge, waar het gemeentebestuur te laat ingreep, klonk het. ‘Volgens mijn informatie waren er al rond 14 uur signalen over mogelijke problemen met jongeren. Uiteindelijke is maar om 17.30 uur opgetreden. Er werd dus tijd verloren. De amokmakers konden ook bij aankomst of in de straten van Blankenberge onderschept of gecontroleerd worden op samenscholing en potentieel drankmisbruik. Ook dat is niet gebeurd.’

Meer