De Europese Centrale Bank (ECB) kondigde donderdag aan haar programma voor de opkoop van schuldpapier van 750 miljard euro uit te breiden tot 1.350 miljard euro. De monetaire stimulans moet de Europese economie helpen om sneller uit de coronacrisis te komen.
Ondanks de tsunami aan doemberichten over die economie zijn er een reeks economische sectoren die de crisis snel achter zich zullen laten.
De winnaars van de Covid-19 crisis
Ten eerste zijn er de winnaars van de Covid-19-crisis. Dat zijn de industrieën die zich in het hart van de pandemieproblematiek bevonden. Denk daarbij aan de essentiële beroepen en diensten, waaronder de voedingssector (bakkers, slagers, producenten van voedingsmiddelen, landbouwproducten, maar ook de supermarkten,…) en de gezondheidssector. Hier gaat het om labo’s, ziekenhuizen, zorgcentra en fabrikanten van medisch materiaal. De onderfinanciering van de medische sector was een steeds terugkomend punt tijdens de crisis en zal nu prioriteit krijgen.
Dan was er de discussie om essentiële medische producten terug in eigen land te gaan produceren om zo de nationale veiligheid te beschermen. Eerder deze week raakte bekend dat verschillende Belgische bedrijven mondmaskers gaan produceren. Zoiets was tot voor enkele maanden ondenkbaar, omdat het onmogelijk concurreren was tegen de goedkope massaproductie uit Azië. Maar nu liggen de kaarten anders. Er is veel meer vraag naar maskers, sommige Aziatische leveringen blijken van bedenkelijke kwaliteit en de mogelijke EU-steun – van strengere kwaliteitscontroles tot mogelijke subsidiëring – kan leiden tot een leefbare Europese markt.
Elke crisis is een versneller van transformaties
Dan volgen de sectoren die van de pandemie gebruik hebben gemaakt om vooruitgang te boeken en nieuwe concepten te introduceren. Elke crisis is een versneller van transformaties. ICT-bedrijven zullen kunnen profiteren van de herorganisatie van de workflows. Denk aan de opgelegde digitalisering en de omschakeling naar telewerk, dankzij diensten als videoconferencing, de automatisering van bedrijfsprocessen en andere softwarediensten. De Belgische ICT-sector telde in 2017 ruim 40.300 van die ICT-bedrijven.
Nutsbedrijven
Een derde sector is die van de nutsbedrijven: watervoorziening, gas en elektriciteit, maar ook internet- en telecomdiensten. Allemaal essentiële diensten waarbij de gebruiker contractueel gebonden is. Diensten ook die recurrente inkomsten garanderen. Elektriciteitsbedrijven hebben de vraag vanuit de bedrijfswereld tijdens de crisis tijdelijk zien afnemen. Die vraag zal zich vanaf nu snel herstellen tot het niveau van vóór de crisis.
Last but not least: de financiëledienstensector
Tenslotte is er de financiëledienstensector. Grote crises gaan gepaard met grote kansen. Denk daarbij aan consultants die bedrijven zullen begeleiden bij herstructureringen en fusies. Maar ook aan zakenbanken die assistentie verlenen bij fusies en acquisities, kapitaalrondes of het uitgeven van schuldpapier.
Omdat we tijdens de pandemie verplicht werden ons gedrag aan te passen zijn er nog een reeks ondernemingen die de toekomst met vertrouwen tegemoet kunnen zien. Doe-het-zelfzaken, producenten van schoonmaak- en onderhoudsproducten (zeep, detergenten,…), producenten van verpakkingsmateriaal, tuincentra, hobbywinkels, apothekers, OTC-gezondheidsproducten en nog vele andere.