In de Europese Unie daalde de honingoogst dit jaar met 40 procent. Extreme weersomstandigheden vormden achter dit probleem een cruciale factor. Dat staat in een rapport van Copa-Cogeca, de federatie van de Europese landbouworganisaties. De federatie luidt de alarmklok en betoogt dat de sector dringend de hulp van de Europese Commissie nodig heeft.
‘De Europese honingproductie heeft een nieuw recordverlies moeten optekenen,’ zegt Copa-Cogeca. ‘Dat betekent een nieuwe klap voor een sector die al met diepe en structurele marktverstoringen is geconfronteerd. Ook vorig jaar moest al een vergelijkbaar slechte oogst worden gemeld.’
Beperkte bloeitijd
‘De achteruitgang is in belangrijke mate te wijten aan ongunstige klimatologische omstandigheden,’ voert Copa-Cogeca aan. ‘Door overstromingen en droogtes wordt de bloeitijd van de planten immers sterk ingekort.’
De federatie maakt daarbij nog gewag van sterke regionale verschillen. Vooral de honingproductie in centrale en oostelijke regio’s van Europa zijn bijzonder hard door extreme klimatologische omstandigheden getroffen.
Een groot deel van de honingproductie is geconcentreerd in oostelijke en zuidelijke gebieden van Europa. In een aantal van die regio’s moet een zware daling van de opbrengsten worden gemeld. Bepaalde soorten honing in deze regio’s zijn nagenoeg volledig verdwenen.
‘Een voorbeeld daarvan in de acaciahoning,’ merkt Copa-Cogeca op. ‘Alleen al in Hongarije viel de productie van deze variëteit tot amper 10 procent van zijn normale opbrengsten terug. De totale oogst daalde tot 30 procent van de gemiddelde niveaus. Er waren ook aanzienlijke verliezen in Portugal en Italië. Daar werden dalingen tussen 70 procent en 80 procent geregistreerd.’
Import
‘Deze daling van de opbrengsten kon echter niet door een overeenkomstige prijsstijging worden gecompenseerd,’ zegt het rapport nog. ‘De honingprijzen in de belangrijkste importerende landen blijven dalen. Zonder de juiste instrumenten dreigt de toekomst van de bijenteelt sterk in het gedrang te komen.’
De sectororganisatie klaagt onder meer over de afwezigheid van een sterke oorsprongsbescherming. Daarnaast vormt ook de bijna ondetecteerbare vervalsing een belangrijk knelpunt. Dit zijn volgens de honingproducenten de grootste bedreiging voor hun sector. Ze vragen dat de Europese wetgevers deze problemen prioritair zou aanpakken.
‘Vorig jaar al sloegen we alarm,’ benadrukt Etienne Bruneau, voorzitter van de werkgroep honing bij de Copa-Cogeca. ‘We hebben toen de Europese Commissie gevraagd een noodplan op te stellen. Het is duidelijk dat de situatie geen verbetering kent, maar steeds erger wordt.’
De problemen vormen volgens Bruneau niet enkel een bedreiging voor de 650.000 imkers die van de honingproductie leven, maar moet er op veel bredere gevolgen worden gewezen. Miljoenen boeren dreigen immers met de bestuiving van hun gewassen in problemen te komen. Bovendien wijst Bruneau op de ecosysteemdiensten die door de bijen worden geleverd en waarvan de hele samenleving kan genieten.
Steun
Bruneau vraagt dat de Europese Unie ondersteuning zou bieden om de schadelijke effecten van volatiliteit op de markt aan te pakken, zoals ook al het geval is bij dierlijke producten zoals melk of vlees.
‘Er is een dringende behoefte aan maatregelen die de risicobeheersing helpen en de afzet bevorderen,’ meent hij. ‘Daarnaast moet eveneens gewerkt worden aan een oorsprongsaanduiding voor de Europese honingproducten en strengere controles bij de invoer van honing uit externe landen.’
De Europese Unie is na China de grootste honingproducent van de wereld, maar is anderzijds ook de grootste importeur van het product. In Europa beheren 650.000 imkers ongeveer 18 miljoen bijenkorven. Ongeveer 10 miljoen bijenkasten worden beheerd door imkers die uit de activiteit een cruciaal deel van hun inkomsten halen.