Europa wil opnieuw troepen sturen naar West-Afrika om Russische dreiging te counteren

Europa doelt op de uitrol van nieuwe Europese missies in verschillende West-Afrikaanse landen, om daar de invloed van Rusland tegen te gaan. Dat blijkt uit een “strategisch overzicht” van de EEAS, de Europese dienst voor extern optreden. De situatie in Mali, waar Europese troepen werden geboycot en Russische huurlingen met open armen werden ontvangen, vormt de rechtstreekse aanleiding.

In het dossier, dat door nieuwswebsite EUObserver kon worden ingekeken, wordt allereerst gekeken naar de situatie in Mali. In dat land, dat geteisterd wordt door staatsgrepen, burgeroorlogen en terreurgroepen, was een grote Europese troepenmacht aanwezig. Frankrijk, dat vroeger de koloniale overheerser was, had tot voor kort meer dan 5.000 soldaten in de Sahel-regio. Ook Estland, Denemarken, Zweden en het Verenigd Koninkrijk leverden soldaten.

Naast de Franse missie zou ook vanuit de Europese Unie een operatie op poten worden gezet, Taskforce Takuba, waar 250 Belgische militairen aan zouden deelnemen. Begin dit jaar begon het sentiment in Mali echter te keren, en verzette bevolking en politiek zich plots tegen de westerse steun. Wie wel met open armen ontvangen werden, waren de Russische huurlingen van Wagner Group, een privémilitie in handen van Yevgeny Prigozjin, een nauwe vriend van de Russische autocraat Vladimir Poetin.

Mali en Sahel

In het rapport van de EEAS staat ook duidelijk vermeld dat een toekomstige samenwerking met Mali afhangt van twee zaken: allereerst moet er in Mali de wil en toewijding zijn om samen te werken, en moet het daar ook naar handelen. Ten tweede moet het land kunnen garanderen dat de EU-troepen kunnen handelen naar wat hun missie hen opdraagt. De EEAS noemt de aanwezigheid van met Rusland geaffilieerde troepen een gevaar voor de EU-missie.

Toch is er op Europees niveau nog steeds een bereidwilligheid om de soldaten en agenten in Mali verder op te leiden, om het land zo te wapenen tegen terroristen en interne conflicten, en wil het ook zelf actief helpen de terreurgroepen in de regio te bestrijden. Ook in buurland Niger, dat met grotendeels dezelfde problemen kampt, zou een bijkomende EU-missie tot de mogelijkheden behoren.

Ook in Burkina Faso, dat aan beide landen grenst, bekijkt de EU de mogelijkheid om soldaten te sturen. Dat land heeft echter twee petjes: het vraagt de steun van Europa, maar stuurde ondertussen een militaire delegatie naar Mali, waarvan de EU vermoedt dat ze de mogelijkheid bekeken om ook een beroep te kunnen doen op de Russische huurlingen. “De mogelijkheid van het Malinese model in Burkina Faso en de inzet van Russische huurlingen kan niet worden uitgesloten”, waarschuwt de buitenlanddienst van de EU in het rapport.

Ook meer zuidwaarts

De inzet van Europese troepen lijkt zich echter niet te beperken tot de Sahel-regio. Ook meer zuidwaarts, aan de kust van de Golf van Guinee, wil de EU een basis uitbouwen. Van daaruit kunnen Europese soldaten naar andere landen in de regio worden gestuurd, om daar de lokale legers en politiediensten de nodige professionele training te geven. Ook in deze regio heeft het plan zijn oorsprong in het verleden: de Europese Unie leverde soldaten aan de Centraal Afrikaanse Republiek, tot ook daar vorig jaar Wagner-soldaten opdoken en gruwelijkheden begingen.

Ondertussen is het land zo hard opgeschoven in de Russische invloedssfeer, dat kinderen er ondertussen Russische les krijgen. Ook bood de regering Poetin aan dat het soldaten naar Oekraïne zou sturen, om te helpen vechten aan de kant van Rusland.

Het rapport van de EEAS moet dus een antwoord bieden op al die problemen, en moet vooral zorgen dat niet nog meer Afrikaanse landen in de Russische invloedssfeer terechtkomen. Daarvoor is de militaire aanwezigheid in de regio nu eenmaal noodzakelijk, en lijkt dus ook een terugkeer naar Mali en op termijn de Centraal-Afrikaanse Republiek geen overbodige luxe.

(ns)

Meer