Het jaar 2023 zal de geschiedenis ingaan vanwege vele belangrijke economische, politieke en technologische ontwikkelingen. Maar een van de meest opmerkelijke is iets dat zich niet heeft voorgedaan: een recessie in de Verenigde Staten. Terwijl delen van Europa flirtten met een recessie en China struikelde na het opheffen van zijn ‘zero-COVID’-beperkingen, bleken de Amerikaanse arbeidsmarkt en Amerikaanse consumenten behoorlijk veerkrachtig.
Dat kwam voor mij niet als een verrassing. In de zomer van 2021 voorspelde ik dat het zogenoemde American Rescue Plan van president Joe Biden – een onnodig pakket van 1.900 miljard dollar aan contante betalingen en subsidies dat drie keer zo groot was als de geschatte output gap van de twee jaar daarna – een vlaag van hoge inflatie zou veroorzaken. Als reactie daarop zou de Federal Reserve (de Fed, het federale stelsel van Amerikaanse centrale banken) haar richtrente moeten verhogen en zou de economie naar behoren vertragen.
Toch behoorde ik niet tot de meerderheid die beweerde dat er een recessie op komst was. In plaats daarvan dacht ik dat er een goede kans was op een zachte landing (een dalende inflatie bij ontstentenis van een hogere werkloosheid), omdat alle recente problemen met het werven en behouden van werknemers veel bedrijven ertoe zou aanzetten om arbeid op te sparen.
De VS zijn nog niet uit de problemen
Er zijn enkele duidelijke tekenen van zwakte, zoals in commercieel vastgoed, en hoewel de inflatie een neerwaartse trend vertoont, steeg de kernindex voor de persoonlijke consumptieve bestedingen (PCE), die de volatiele voedsel- en energieprijzen buiten beschouwing laat, in oktober nog met 3,5 procent op jaarbasis – ruim boven de Fed-doelstelling van 2 procent.
Bovendien heeft het wrede cumulatieve effect van de inflatie het budget van veel huishoudens onder druk gezet, wat mede verklaart waarom Biden in de aanloop naar de verkiezingen van 2024 in de opiniepeilingen achterblijft bij voormalig president Donald Trump. Veel andere kwesties – van stijgende criminaliteit, massale illegale immigratie, en de vernietiging van Roe v. Wade tot de vier aanklachten tegen Trump en vragen over de rol van Biden in het beïnvloedingsschandaal rond zijn zoon – hebben bijgedragen aan de over het algemeen slechte stemming onder de kiezers.
Een grondoorlog in Europa
Tien jaar geleden zou niemand een grote grondoorlog in Europa hebben voorspeld. Ondanks het recente succes van Oekraïne om de Zwarte Zee vrij te maken van Russische marinedreigingen, is het conflict op de grond vastgelopen, zonder dat het einde in zicht is. Gelukkig leverde de wereldwijde energiemarkt sneller dan voorspeld vloeibaar aardgas (LNG) aan Europa. Deze leveringen, in combinatie met een gelukkig warme winter, hebben het grootste deel van het continent behoed voor ernstige ontberingen bij het loskoppelen van Russische energie. Het is opnieuw een voorbeeld van de voordelen die markten bieden als ze mogen functioneren.
Een barbaarse aanval van Hamas
Ondertussen heeft de barbaarse terroristische aanval van Hamas op Israël de wereld blootgesteld aan een schokkend niveau van verdorven wreedheid, waaronder verkrachtingen en onthoofdingen van burgers in hun huizen. Erger nog, de reactie van Israël, gezien de burgerslachtoffers en de extreme ontberingen in Gaza, heeft geleid tot een golf van pro-Hamas sentimenten op Amerikaanse universiteitscampussen, waar velen oproepen tot de eliminatie van de staat Israël en, tenminste impliciet, tot genocide op joden. In een recente peiling van YouGov/Economist beschreef één op de vijf Amerikanen tussen 18 en 29 jaar de Holocaust als een ‘mythe.’
De woke ‘progressieve’ ideologie die zich over de elite-universiteiten heeft verspreid
De meeste Amerikanen zijn geschokt en verbijsterd over de zwakke reactie van universiteitsvoorzitters op het antisemitisme op de campus. Maar ze zouden niet verbaasd moeten zijn. Het is de zoveelste manifestatie van de woke ‘progressieve’ ideologie die zich over de elite-universiteiten heeft verspreid. Als gevolg daarvan wordt elke kwestie onderworpen aan de simpele framing van ‘onderdrukkers versus onderdrukten.’ Hiërarchieën van ‘intersectioneel’ slachtofferschap en dwaze, onjuiste geschiedenis worden routinematig gebruikt om afschuwelijk gedrag van selecte groepen te rechtvaardigen.
We zijn nu allemaal bekend met triggerwaarschuwingen, veilige ruimten, de obsessie met voornaamwoorden en cancelcultuur, die allemaal het gezonde verstand, universeel respect voor alle mensen, objectiviteit en eerlijk onderzoek hebben verdrongen. Oproepen tot ‘gelijkheid,’ ‘inclusie’ en ‘rechtvaardigheid’ op de campus en in veel bedrijven werden nooit uitgebreid naar joden – die 2,5 procent van de Amerikaanse bevolking uitmaken, terwijl ze 63 procent van de haatmisdrijven met betrekking tot religie ondergaan – of naar Aziaten. Geen wonder dat het hoger onderwijs wordt geconfronteerd met een vertrouwenscrisis en de roep om definanciering.
De explosieve groei van generatieve kunstmatige intelligentie
Een van de belangrijkste ontwikkelingen van 2023 is ook de explosieve groei van generatieve kunstmatige intelligentie. AI wordt al jaren in allerlei toepassingen gebruikt, maar door de snelle verbeteringen en de angst dat het mensen zal verdringen, zijn overheden druk bezig om verstandige regels op te stellen. Het zal niet eenvoudig zijn om de voordelen te maximaliseren en de schade te beperken, zeker niet gezien de snelle AI-ontwikkelingen in China.
Kissinger en O’Connor
Tot slot verloor Amerika tegen het einde van het jaar twee reuzen. Ik had het voorrecht om zowel voormalig minister van Buitenlandse Zaken van de VS Henry Kissinger als voormalig rechter van het Amerikaanse Hooggerechtshof Sandra Day O’Connor als vrienden te hebben. Net als zijn goede vriend, voormalig minister van Buitenlandse Zaken George Shultz, stierf Kissinger kort na zijn honderdste verjaardag. Hij stond vooral bekend om het spelen van de ‘China-kaart’ om een wig te drijven in de relatie tussen China en de Sovjet-Unie; om het beëindigen van de Vietnamoorlog, waarvoor hij de Nobelprijs voor de Vrede won; en om het beheren van de relaties met de Sovjet-Unie tijdens de Koude Oorlog.
Kissingers realpolitik van machtsevenwicht had zeker zijn tegenstanders, vooral vanwege de burgerslachtoffers in Cambodja, Vietnam en Oost-Timor. Maar de geschiedenis zal hem (samen met Shultz) tot Amerika’s grootste diplomaten rekenen – samen met Dean Acheson, George Kennan en George Marshall, die president Harry Truman hielpen bij het opzetten van de economische en veiligheidsgemeenschap na de Tweede Wereldoorlog.
O’Connor, de eerste vrouwelijke rechter in het Hooggerechtshof, was pragmatisch, conservatief, bescheiden, charmant en hard, maar nooit gemeen. Als ze een progressieve Democraat was geweest, zouden meer standbeelden en openbare infrastructuur haar naam dragen. Als doorslaggevende stem in het Hof verwierp ze decennialang vaak absolutistische standpunten over hete hangijzers als abortus en positieve discriminatie, en zorgde ze voor compromissen die een grote meerderheid van de Amerikanen kon accepteren.
Beiden bleven hun opmerkelijke talenten nog lang na hun overheidsdienst inzetten. Terwijl Kissinger wereldleiders adviseerde en invloedrijke boeken schreef in een tempo dat zelfs de meest productieve jongere auteur zou verbazen, promootte O’Connor het maatschappijleeronderwijs dat gevaarlijk aan het verdwijnen is uit de lesprogramma’s van basis- en middelbare scholen (en de universiteiten). We kunnen alleen maar hopen dat er snel een nieuwe generatie denkers en doeners van hun kaliber opstaat om een woelige natie door turbulente tijden te loodsen.
De auteur Michael J. Boskin is hoogleraar economie aan de Stanford Universiteit en Senior Fellow aan de Hoover Institution. Hij was van 1989 tot 1993 voorzitter van de Raad van Economische Adviseurs van president George H.W. Bush.
© Project Syndicate, 2023
www.project-syndicate.org