“Bidens militaire actie legt puinhoop Midden-Oostenbeleid van Washington bloot”

Daniel R. DePetris, specialist in Amerikaanse defensiezaken, schrijft in een opiniestuk op de Amerikaanse site van Newsweek zijn teleurstelling over de laatste militaire actie van president Joe Biden van zich af.

Waarom is dit belangrijk?

Het bombarderen van Irak (en andere Midden-Oosterse landen) lijkt intussen een conditio sine qua non geworden voor een Amerikaans presidentschap. Daar kunnen gerust wat vragen bij gesteld worden. Niettemin lijkt de aanzienlijke Amerikaanse aanwezigheid in de regio nog steeds een grote Iraanse dreiging te impliceren.

In het nieuws: Het Amerikaanse leger heeft vorige zondag luchtaanvallen uitgevoerd op pro-Iraanse milities aan de Iraaks-Syrische grens. Daarbij zijn minstens vijf doden gevallen.

“Als reactie op een alarmerende reeks geavanceerde droneaanvallen van door Iran gesponsorde sjiitische milities in Irak, gaf President Joe Biden toestemming voor beperkte precisie-luchtaanvallen op drie afzonderlijke militiefaciliteiten verspreid over beide landen, in de hoop dat het Ministerie van Defensie een ‘duidelijke en ondubbelzinnige afschrikwekkende boodschap’ zou afgeven,” vangt DePetris aan. 

“Helaas hebben die milities de boodschap niet begrepen, want uren na de Amerikaanse aanvallen werden Amerikaanse troepen in Oost-Syrië met raketten bestookt. Gelukkig waren er voor de Amerikaanse troepen in het gebied geen slachtoffers.”

“Zaak gesloten, toch? Was het maar zo eenvoudig.”

“Als je de regering Biden mag geloven, zijn de gebeurtenissen van de afgelopen twee dagen onder controle. De militaire aanval was zowel legaal als gepast, houden de president en zijn assistenten vol. Vroeg of laat zal er een einde komen aan (…) de dreiging.” Zaak gesloten, toch? “Was het maar zo eenvoudig.”

DePetris richt zich eerst op de juridische aspecten.

  • “Het is waar dat er bepaalde buitengewone omstandigheden zijn waarin presidenten het recht hebben om militair geweld te gebruiken zonder goedkeuring van het congres. (…) Amerikaanse troepen die waar ook ter wereld worden ingezet, hebben altijd het recht om zichzelf te beschermen. Daarom was niemand bijzonder bezorgd toen het Amerikaanse leger de raketaanvallen van de milities in Syrië beantwoordde met tegenvuur.”
  • De vraag is echter “gerechtvaardigd of de Amerikaanse aanvallen op sjiitische militiedoelwitten in Irak en Syrië van afgelopen zondag beschouwd kunnen worden als daden van zelfverdediging.” 
  • Het is namelijk “net zo aannemelijk dat de Amerikaanse luchtaanvallen van 27 juni bedoeld waren om toekomstige raket- en droneaanvallen op Amerikaanse militaire posities in Irak af te schrikken, activiteiten die niet expliciet onder de War Powers Resolution of zelfs onder artikel II vallen.”
  • “Sommige bondgenoten van de regering (…) lijken het niet eens te zijn met Bidens interpretatie van zijn eigen oorlogsbevoegdheden, en daar zijn goede redenen voor – in het tijdperk na de Koude Oorlog hebben verschillende regeringen de autoriteit van het Congres op dit vitale gebied steeds verder ondermijnd.” (…)
    • De laatste luchtaanvallen van de VS bevestigen volgens DePetris opnieuw wat iedereen reeds weet: “presidenten hebben een veel ruimere definitie van hun eigen macht dan wat de grondwet van de VS toestaat.”

“De wettigheid van de aanval is niet het enige element van dit verhaal dat rijp is voor nader onderzoek.”

  • “Het Pentagon beweert dat de aanvallen op sjiitische milities diegenen zullen afschrikken die proberen de Amerikaanse troepen in Irak lastig te vallen met raketvuur.”
  • Maar: “De regering Biden kan het woord ‘afschrikking’ in persberichten gebruiken zoveel ze wil. Maar tenzij sjiitische milities als Kata’ib Hezbollah en Kata’ib Sayyid al-Shuhada gaan geloven dat de risico’s van het aanvallen van Amerikanen groter zijn dan de voordelen, is afschrikking niet meer dan een loze kreet.” 
  • Zijn tweede argument afsluitend: “Net zoals de Amerikaanse luchtaanvallen van afgelopen februari op dezelfde milities de raketten in de maanden daarna niet hebben tegengehouden, is het hoogst onwaarschijnlijk dat deze laatste ronde luchtaanvallen dat wel zal doen.”
    • Want: “In plaats van afschrikking zullen de Amerikaanse troepen eerder te maken krijgen met een escalatiespiraal, waarbij meerdere ronden van vuur worden uitgewisseld en mogelijkheden voor de-escalatie steeds precairder worden.”

Absurde situatie

Bovenal legt Bidens laatste militaire actie “de puinhoop bloot die bekend staat als het Midden-Oostenbeleid van Washington”, schrijft DePetris. 

  • “Het Amerikaanse buitenlands beleidestablishment denkt graag dat het een duidelijk, beknopt, intelligent kader heeft waarmee de VS haar doelstellingen in de regio bereikt.” 
  • In werkelijkheid echter “worden de militaire missies van de V.S. in het Midden-Oosten (…) gedicteerd door inertie, gewoonte en ouderwets denken dan door een duidelijk inzicht in de belangen van de V.S.”
  • Er zijn ongeveer 50.000 Amerikaanse troepen gestationeerd in een constellatie van militaire bases in de Perzische Golf, een daling (…), maar nog steeds veel meer dan wat nodig is om de twee belangrijkste Amerikaanse belangen in de regio veilig te stellen: verdedigen tegen anti-Amerikaans terrorisme en het voorkomen van aanzienlijke, langdurige verstoringen van de oliestroom.” 

Conclusie: “Op dit moment bevinden de Amerikaanse troepen in Irak zich in de absurde situatie dat zij raketten moeten ontwijken die worden afgevuurd door milities die technisch gezien deel uitmaken van het officiële Iraakse leger – hetzelfde leger dat de Amerikaanse troepen moeten trainen en adviseren.” Als dit geen “strategische bijziendheid” is, concludeert DePetris, “dan weet ik het niet meer.”

(jvdh)

Meer